AV-nummer: 001108-24
Parketnummer: 21-001209-22
Uitspraak d.d.: 17 februari 2025
Beschikking van de meervoudige raadkamer op het klaagschrift ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering van:
[klager],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1962,
verblijvende in de P.I. te [plaats] ,
bijgestaan door mr. J.C. Reisinger, advocaat te Utrecht,
hierna te noemen: klager.
Bij vonnis van 13 november 2023 van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, is klager veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar wegens – kort gezegd – overtreding van de Opiumwet, de Geneesmiddelenwet en de Wet Wapens en Munitie. Tegen dit vonnis heeft klager hoger beroep ingesteld. De inhoudelijke behandeling van de zaak in hoger beroep heeft nog niet plaatsgevonden.
In een op 29 oktober 2024 door het hof ontvangen klaagschrift en een op 3 januari 2025 door het hof ontvangen aanvullend klaagschrift heeft klager verzocht te gelasten dat de in het klaagschrift gespecificeerde EncroChat-, Sky ECC- en losstaande meta-data, die deel uitmaken van het strafdossier, worden vernietigd en/of ontoegankelijk worden gemaakt, dan wel te beslissen dat het gebruik van die gegevens niet is toegestaan.
Het hof heeft het klaagschrift op 3 februari 2025 in het openbaar in raadkamer behandeld, waarbij zijn gehoord de advocaat-generaal en klager (via een videoverbinding), bijgestaan door mr. Reisinger.
Beoordeling van het klaagschrift
Klager heeft zich op het standpunt gesteld dat de EncroChat- en Sky ECC-data gegevens zijn die zijn opgeslagen, verwerkt of overgedragen door middel van een geautomatiseerd werk en zijn vastgelegd bij een onderzoek in zodanig werk als bedoeld in artikel 552a lid 1 van het Wetboek van Strafvordering. De raadsman heeft – kort samengevat – naar voren gebracht dat sprake is van onrechtmatig verkregen gegevens en gegevens die niet (voldoende) betrouwbaar zijn gebleken en om die reden in strijd zijn met fundamentele mensenrechten. Derhalve is sprake van een (verdragsrechtelijke en/of Unierechtelijke) verplichting tot ontoegankelijk maken en vernietiging van de genoemde gegevens. De raadsman heeft het beklag in raadkamer nader onderbouwd en heeft gepersisteerd bij het verzochte in het klaagschrift.
De advocaat-generaal heeft zich in raadkamer – voor zover hier van belang - op het volgende standpunt gesteld:
Geen belang bij het verzoek
Evenmin is het klaagschrift heel duidelijk, of in elk geval niet consequent over wat klager van het hof verlangt: in de conclusie wordt verzocht dat ‘genoemde EncroChat- en Sky ECC-data wordt vernietigd en/of ontoegankelijk wordt gemaakt’.
In punt 4. echter verzoekt klager ‘om te beslissen dat die kennisneming en/of het gebruik van gegevens, zoals die beschikbaar zijn gekomen (onder meer) doordat deze gegevens zijn “opgeslagen, verwerkt of overgedragen door middel van een geautomatiseerd werk en vastgelegd bij een onderzoek in zodanig werk”, niet is toegestaan en om vernietiging van gegevens.’
Ik ga ervan uit dat bedoeld is om in de volgorde van meest naar minst verstrekkend verzoek te verlangen: de vernietiging, daarna het ontoegankelijk maken en tot slot het niet toestaan van de kennisneming en/of het gebruik.
Vooropgesteld, de gehele achtergrond van 552a Sv betreft niet zozeer het ‘uit de macht’ halen van gegevens bij de autoriteiten maar vooral het weer terugkrijgen van gegevens bij de ‘beslagene’. De bepaling is niet bedoeld om een voorshands oordeel te vorm over de rechtmatigheid van beslag (dat niet aanwezig is), dan wel de rechtmatigheid van de in het dossier bestaande Encro en Sky data.
De gegevens waar het klaagschrift op ziet, zijn reeds verwerkt in Nederlandse onderzoeken. Er is al uitvoerig kennisgenomen van de inhoud van deze gegevens en er ligt in het geval van [klager] een veroordelend vonnis dat (een deel) van deze gegevens bezigt voor de bewezenverklaring. Het verzoek van de verdediging om niet over te gaan/te stoppen met de kennisneming en gebruikmaking van deze gegevens kent derhalve geen enkel belang meer, nu deze gegevens reeds zijn verweven met – en onlosmakelijk onderdeel uitmaken van – de processtukken.
Voor zover de verdediging met dit verzoek doelt op het niet alleen vernietigen van de gegevens, maar tevens het uitsluiten van het bewijs van alle processtukken die melding maken van deze gegevens, wordt in feite een verkapt beroep gedaan op art 359a Sv. Daar is de beklagprocedure niet voor bedoeld.
Voor zover klager klagers verzoek betrekking heeft op data (i.h.b. chatgesprekken) die onderdeel zijn van het procesdossier, kan zijn beklag geen doel treffen gelet op HR 17-01-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU2046: ‘De wet kent geen bepaling die de zittingsrechter bevoegd verklaart bewijsmateriaal dat naar zijn oordeel onrechtmatig is verkregen, alsnog uit het dossier te doen verwijderen (vgl. HR 20 april 2010, LJN BK3369, NJ 2011/222). Evenmin kent de wet een bepaling die het in art. 552a Sv bedoelde gerecht bevoegd verklaart om na de aanvang van het onderzoek op de terechtzitting stukken die bij het procesdossier zijn gevoegd, alsnog uit het dossier te doen verwijderen of te bepalen dat van die stukken geen kennis mag worden genomen dan wel dat daarvan bij de beantwoording van de vragen van de art. 348 en 350 Sv geen gebruik mag worden gemaakt.’
(zie ook de lezenswaardige conclusie van PG [naam] , r.o. 13.9)
Wat klager aan het hof verzoekt te doen valt allemaal onder het doen verwijderen (nl. door vernietiging) of geen kennisnemen (dat het geval is bij ontoegankelijk maken of de kennisneming niet toestaan).
Klager kan zijn doel dus niet bereiken als/voor zover het beklag ziet op de chats en bijbehorende gegevens die zich reeds in het dossier Tetra bevinden. Klager is op die grond reeds niet ontvankelijk.
Ook om andere redenen kan hij gelet op wat hij u verzoekt te doen niet bij u als beklagrechter terecht: