ECLI:NL:GHARL:2025:6314

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
10 oktober 2025
Publicatiedatum
13 oktober 2025
Zaaknummer
21-000161-25
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor valsheid in geschrift, oplichting en mensensmokkel met vrijspraak van witwassen en mensenhandel

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 oktober 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte is veroordeeld voor het meermalen plegen van valsheid in geschrift, oplichting en mensensmokkel, maar is vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten van witwassen en mensenhandel. Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor het misbruik van een kwetsbare positie en het oogmerk van uitbuiting in de mensenhandel. De verdachte had zes vrouwen geholpen bij het verkrijgen van verblijf in Nederland, terwijl hij ernstige redenen had te vermoeden dat hun verblijf wederrechtelijk was. De verdachte huurde woningen en verhuurde deze aan prostituees, waarbij hij gebruik maakte van vervalste documenten om de huur te rechtvaardigen. Het hof heeft de eerdere veroordeling van de rechtbank vernietigd en een gevangenisstraf van 24 maanden opgelegd, waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren. De verdachte heeft geen verweer gevoerd tegen de bewezenverklaring van de feiten 2, 3 en 4, en het hof heeft de teruggave van in beslag genomen geldbedragen en telefoons gelast.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-000161-25
Uitspraakdatum: 10 oktober 2025
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden , zittingsplaats Arnhem, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 13 januari 2025 met parketnummer 18-088709-24 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] (Nederlandse Antillen) op [geboortedag] 1986,
wonende te [woonplaats] .

Het hoger beroep

De verdachte en de officier van justitie hebben tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 26 september 2025 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd. Het hof heeft verder kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsvrouw, mr. J. Verstegen, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

De rechtbank heeft de dagvaarding in eerste aanleg (partieel) nietig verklaard met betrekking tot de in feit 1 opgenomen zinsnede
‘en/of een of meer (andere) personen’en verdachte veroordeeld wegens:
Mensenhandel, meermalen gepleegd;
Een ander uit winstbejag behulpzaam zijn bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, terwijl hij weet dat verblijf wederrechtelijk is, meermalen gepleegd;
Opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd;
Oplichting, meermalen gepleegd;
Van het plegen van witwassen een gewoonte maken.
Daarbij is aan verdachte een gevangenisstraf opgelegd voor de duur van 30 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft gezeten. Daarnaast zijn de inbeslaggenomen geldbedragen en twee telefoons verbeurd verklaard en is van één telefoon de teruggave aan verdachte gelast.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen, omdat het tot een andere bewijsbeslissing en strafoplegging komt, en daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging in eerste aanleg, tenlastegelegd dat:
Feit 1hij (op een of meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 mei 2022 tot en met 16 april 2024 te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of [plaats 2] , in elk geval op een of meerdere (andere) locaties in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
(A)
een of meerdere anderen, te weten:
-
(op of omstreeks 18 januari 2024 op het adres [adres 1] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 1] (geboren in Colombia), (zie: pag. 156 ev./159 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 18 januari 2024 op het adres [adres 1] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 2] (geboren in Colombia), (zie: pag. 156 ev./ 159 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 5 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 3] (geboren in Venezuela), (zie: pag. 162 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 5 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 4] (geboren in Venezuela), (zie: pag. 162 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 19 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 5] (geboren in Colombia), (zie: pag. 166 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 19 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) de heer/mevrouw [naam 6] (geboren in Colombia), (zie: pag. 166 ev.), en/of
-
een of meerdere (andere) personen,
(telkens)
-
door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht, en/of
-
door misbruik van een kwetsbare positie,
heeft
-
geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die anderen, (sub 1) en/of
-
gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten van seksuele aard dan wel onder die omstandighe(i)d(en) enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan verdachte en/of zijn mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die anderen zich daardoor beschikbaar zou(den) stellen tot het verrichten van arbeid of diensten van seksuele aard, (sub 4) en/of
-
gedwongen dan wel bewogen verdachte en/of zijn mededader(s) te bevoordelen uit de opbrengst van hun/haar seksuele handelingen met en/of voor een derde, (sub 9) en/of
(B)
-
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele uitbuiting van die anderen, (sub 6)
immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s):
-
meerdere malen, althans eenmaal, (ten behoeve van het verblijf van die anderen en/of de door die anderen uit te voeren prostitutiewerkzaamheden) een of meerdere woningen gehuurd, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, (een of meerdere kamers in) die woningen ingericht en gereed gemaakt ten behoeve van (door die anderen te verrichten) prostitutiewerkzaamheden, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, contact opgenomen en/of onderhouden met die anderen en/of (tijdens dat contact) die anderen geïnformeerd over het (kunnen) huren en/of het tegen betaling (kunnen) gebruiken van en/of verblijven in en/of uitvoeren van prostitutiewerkzaamheden in en/of vanuit (een kamer in) die woningen, en/of
-
(aldus) die anderen bewogen om naar (de locatie van) die woningen te komen en/of in die woningen te verblijven en/of prostitutiewerkzaamheden uit te voeren, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, die anderen in (een kamer van) die woningen ondergebracht en/of gehuisvest en/of (een kamer in) die woningen aan die anderen (onder)verhuurd en/of (anderszins) tegen betaling ter beschikking gesteld en/of voor die anderen geregeld, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, die anderen (met een auto) naar die woningen gebracht en/of laten brengen en/of bij die woningen opgehaald en/of laten ophalen en/of (anderszins) vervoerd en/of laten vervoeren, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, (een of meerdere pakjes) condooms en/of tissues en/of (schoon) beddengoed en/of WIFI(-codes en/of wachtwoorden) en/of (andere) benodigdheden (ten behoeve van prostitutie) aan die anderen verstrekt en/of (anderszins) voor die anderen geregeld, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, huisregels en/of instructies aan die anderen gegeven en/of laten geven, waaronder de huisregel en/of de instructie dat:

de gordijnen van die woningen (altijd) gesloten en/of dicht moesten blijven, en/of

die anderen moesten letten op de privacy (van die anderen en/of de woning), en/of

die anderen (de/het telefoonnummers van) hun/haar/zijn klanten moesten controleren en/of verstandig moesten werken, en/of

klanten die woningen (niet via de voordeur maar via de achterdeur van die woningen) binnen moesten gaan, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, (ten behoeve van de huur en/of het gebruik van die woningen) huur en/of commissie(geld) en/of (andere) kosten bij die anderen in rekening gebracht en/of (van die anderen) gelden opgehaald en in ontvangst genomen en/of laten ophalen en in ontvangst laten nemen,
(zulks) terwijl die anderen:
-
niet bekend waren/was (met de omgeving) in [plaats 3] en/of [plaats 2] en/of [plaats 5] en/of [plaats 2] en/of [plaats 4] , en/of
-
niet over (andere) eigen inkomsten en/of eigen huisvesting (in Nederland) beschikte(n), en/of
-
(in Nederland) geen, althans een beperkt, sociaal netwerk had(den), en/of
-
geen (prostitutie)werkzaamheden (in Nederland) mochten uitvoeren en/of niet rechtmatig in Nederland verbleven/verbleef, en/of
-
de Nederlandse en/of Engelse taal niet (goed) beheerst(e)(n) en/of zich (aldus) niet goed verstaanbaar konden maken, en
(aldus) terwijl die anderen zich in een kwetsbare positie bevond(en) en/of van verdachte en/of zijn mededaders afhankelijk waren/was,
waaraan die anderen zich niet hebben/heeft kunnen onttrekken en ten gevolge waarvan die anderen geen weerstand verdachte en/of zijn mededaders hebben/heeft kunnen bieden;
Feit 2
hij (op een of meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2024 tot en met 31 maart 2024 te [plaats 3] en/of [plaats 2] en/of [plaats 2] , in elk geval op een of meerdere (andere) locaties in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
een of meerdere anderen, althans een ander, te weten:
-
(op of omstreeks 18 januari 2024 op het adres [adres 1] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 1] (geboren in Colombia), (zie: pag. 156 ev./159 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 18 januari 2024 op het adres [adres 1] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 2] (geboren in Colombia), (zie: pag. 156 ev./ 159 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 5 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 3] (geboren in Venezuela), (zie: pag. 162 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 5 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 4] (geboren in Venezuela), (zie: pag. 162 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 19 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) mevrouw [naam 5] (geboren in Colombia), (zie: pag. 166 ev.) en/of
-
(op of omstreeks 19 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2] ) de heer/mevrouw [naam 6] (geboren in Colombia), (zie: pag. 166 ev.),
uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, of hen, althans haar, daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededader(s):
-
meerdere malen, althans eenmaal, (met een verhuurder) een huurovereenkomst gesloten en/of (aldus) een woning gehuurd, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, contact opgenomen en/of onderhouden met die anderen en/of (tijdens dat contact) die anderen geïnformeerd over het (kunnen) huren, althans het tegen betaling (kunnen) gebruiken, van en/of (kunnen) verblijven en/of (kunnen) uitvoeren van prostitutiewerkzaamheden in en/of vanuit (een kamer in) die woning, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, die anderen in (een kamer van) die woning ondergebracht en/of (een kamer in) die woningen aan die anderen verhuurd, althans (anderszins) tegen betaling ter beschikking gesteld, en/of (een kamer in) die woning voor die anderen geregeld, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, huur en/of kosten bij die anderen in rekening gebracht en/of (voor de (ver)huur van die woning) gelden (van die anderen) in ontvangst genomen en/of in ontvangst laten nemen,
terwijl hij, verdachte, en zijn mededaders wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk was,
en terwijl hij en/of zijn mededaders van (het plegen van) dit feit een gewoonte en/of beroep heeft gemaakt en/of dit feit in vereniging is begaan (met meerdere personen);
Feit 3hij (op een of meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 mei 2022 tot en met 16 april 2024 te [plaats 1] en/of [plaats 3] en/of [plaats 2] en/of [plaats 5] en/of [plaats 2] en/of [plaats 6] en/of [plaats 4] , in elk geval op een of meerdere (andere) locaties in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
opzettelijk gebruik heeft gemaakt van meerdere vervalste geschriften, althans een vervalst geschrift, die/dat bestemd waren/was om tot bewijs van enig feit te dienen, als ware het echt en onvervalst, te weten:
(1a.)
(een kopie van) een aangifte inkomstenbelasting 2021, (zie: zaaksdossier 01, pag. 182 ev.) en/of
(1b.)
(een kopie van) een aangifte inkomstenbelasting 2022, (zie: zaaksdossier 01, pag. 182 ev.) en/of
(2.)
(een kopie van) een ( [bank] ) Financieel Jaaroverzicht (2022), (zie: zaaksdossier 02, pag. 199 ev.) en/of
(3a.)
(een kopie van) (een uittreksel van) een MBO-diploma (opleiding) ‘Persoonlijke begeleider gehandicapte zorg’, (zie: zaaksdossier 03, pag. 208 ev.) en/of
(3b.)
(een kopie van) (een uittreksel van) een MBO-diploma (opleiding) ‘Begeleider specifieke doelgroepen’, (zie: zaaksdossier 03, pag. 208 ev.) en/of
(4.)
(een kopie van) een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG), (zie: zaaksdossier 04, pag. 220 ev.)
immers hebben/heeft hij, verdachte, en/of zijn mededaders:
-
ten behoeve van het huren van een woning en/of het sluiten van een huurovereenkomst (daartoe),
(1a.)

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere medewerk(st)ers van) [bedrijf 12] ( [plaats 3] ), zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 9] te [plaats 3] , (zie: pag. 1.501 ev.) en/of

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere medewerk(st)ers van) [bedrijf 1] , zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 3] te [plaats 3] , (zie: pag. 769 ev.) en/of

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere medewerk(st)ers van) [bedrijf 2] , zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 4] te [plaats 3] , (zie: pag. 1.570 ev.) en/of
(1a. en 1b.)

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 (die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2022 toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere (andere) medewerk(st)ers van) [bedrijf 3] , zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 5] te [plaats 6] , (zie: pag. 1.036 ev.) en/of
(1a. en 2.)

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (die kopie van) dat Financieel Jaaroverzicht toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere medewerk(st)ers van) [bedrijf 4] , zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 6] te [plaats 4] , (zie: pag. 1.705 ev.) en/of
(1a., 1b. en 2.)

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2022 en/of (die kopie van) dat Financieel Jaaroverzicht toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere medewerk(st)ers van) [bedrijf 5] , zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 7] te [plaats 3] , (zie: pag. 642 ev.) en/of

(die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (die kopie van) die aangifte inkomstenbelasting 2022 en/of (die kopie van) dat Financieel Jaaroverzicht toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een of meerdere medewerk(st)ers van) [bedrijf 6] , zijnde de bemiddelaar voor (de verhuurder van) de woning op het adres [adres 8] te [plaats 2] , (zie: pag. 1.646 ev.) en/of
-
ten behoeve van het sluiten van een (arbeids- of bemiddelings)overeenkomst voor het tegen een vergoeding verrichten van werkzaamheden (in de zorg),
(3a.)

(die kopie van) (dat uittreksel van) dat MBO-diploma (opleiding) ‘Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg’ toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een persoon met de naam) ‘ [naam 7] ’ en/of (een medewerk(st)er van het bedrijf) [bedrijf 7] ., althans een ander, (zie: pag. 953 ev.) en/of
(3b.)

(die kopie van) (dat uittreksel van) dat MBO-diploma (opleiding) ‘Begeleider specifieke doelgroepen’ toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een persoon met de naam) ‘ [naam 8] ’ en/of (een medewerk(st)er van het bedrijf) [bedrijf 8] , althans een ander, (zie: pag. 962 ev.) en/of
(4.)

(die kopie van) die Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) toegestuurd en/of (anderszins) verstrekt aan (een persoon met de naam) ‘ [naam 8] ’ en/of (een medewerk(st)er van het bedrijf) [bedrijf 8] , althans een ander, (zie: pag. 962 ev.)
dan wel (opzettelijk) zodanige geschriften heeft afgeleverd of voorhanden heeft gehad, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die (of dit) geschriften bestemd waren (of was) voor zodanig gebruik;
Feit 4hij (op een of meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 mei 2022 tot en met 16 april 2024 te [plaats 1] en/of [plaats 3] en/of [plaats 2] en/of [plaats 5] en/of [plaats 2] en/of [plaats 6] en/of [plaats 4] , in elk geval op een of meerdere (andere) locaties in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
een of meerdere anderen, te weten:
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw [naam 9] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 9] te [plaats 3] , (zie: pag. 1.501 ev.) en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw [naam 10] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 3] te [plaats 3] , (zie: pag. 769 ev.) en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw [naam 11] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 4] te [plaats 3] , (zie: pag. 1.570 ev.) en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw [naam 12] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 7] te [plaats 3] , (zie: pag. 642 ev.) en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw [naam 13] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 8] te [plaats 2] , (zie: pag. 1.646 ev.), en/of
-
(de bemiddelaar voor) [bedrijf 9] . en/of [bedrijf 10] ., zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 6] te [plaats 4] , (zie: pag. 1.705 ev.) en/of
-
(de bemiddelaar voor) [bedrijf 11] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 5] te [plaats 6] , (zie: pag. 1.036 ev.) en/of
heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een schuld, waaronder maar niet beperkt tot:
-
de afgifte en/of het sluiten van een huurovereenkomst, en/of
-
de afgifte van een of meerdere (huis)sleutels, en/of
-
het gebruik en/of huurgenot van een woning,
immers hebben (of heeft) hij, verdachte, en/of zijn mededaders, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven -:
-
meerdere malen, althans eenmaal, aan die anderen te kennen gegeven dat hij en/of zijn mededaders wilde(n) verhuizen en/of (om die reden) die woning wilde(n) huren en/of (zelf) wilde(n) bewonen, en/of
-
meerdere malen, althans eenmaal, aan die anderen een of meerdere vervalste en/of valse documenten, te weten (een kopie van) een aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (een kopie van) een aangifte inkomstenbelasting 2022 en/of (een kopie van) een ( [bank] ) Financieel Jaaroverzicht (2022), toegezonden en/of (anderszins) verstrekt, en/of
-
(met die vervalste documenten en/of anderszins) aan die anderen te kennen gegeven dat verdachte over (voldoende) inkomsten uit (legale) werkzaamheden als zelfstandig ondernemer (in de zorg en de bouw) beschikte en/of (daarmee) de huur voor de woningen kon betalen en/of (aldus) voldeed aan de (financiële) voorwaarden voor het huren van die woning, en/of
-
verzwegen en/of niet kenbaar gemaakt dat verdachte (tevens) inkomsten had afkomstig uit door verdachte en/of zijn mededaders (andere) gehuurde en (aan prostituees) (onder)verhuurde woningen, en/of
-
verzwegen en/of niet kenbaar gemaakt dat verdachte en/of zijn mededaders die woning - in strijd met de (te sluiten) huurovereenkomst en/of hetgeen verdachte en/of zijn mededaders aan die anderen te kennen hebben/heeft gegeven - niet (zelf) ging(en) bewonen, maar dat die woning (aan prostituees) (onder)verhuurd en/of voor prostitutie gebruikt zou (gaan) worden, en/of
-
zich voorgedaan als bonafide huurder(s), en/of (aldus)
-
die anderen een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven;
Feit 5hij (op een of meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2022 tot en met 30 januari 2024 te [plaats 1] , in elk geval op een of meerdere (andere) locaties in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
meerdere voorwerpen, althans een voorwerpen, te weten:
-
vijftien, althans een of meerdere, contante (door verdachte op de bankrekeningen van verdachte gestorte) geldbedragen, althans banktegoeden, van in totaal (€35.030 en €10.450, zijnde) €45.485, en/of
-
een of meerdere giraal op de bankrekeningen van verdachte ontvangen geldbedragen (van in totaal €41.395,37), althans banktegoeden, te weten:

negen, althans een of meerdere, (vanaf de bankrekening van [rekeninghouder 1] overgemaakte) geldbedragen van in totaal (€6.970 en €3.485, zijnde) €10.455, en/of

negentien, althans een of meerdere, (vanaf de bankrekening van [rekeninghouder 2] overgemaakte) geldbedragen van in totaal €6.649, en/of

vier, althans een of meerdere, (door [naam 14] aan verdachte overgemaakte) geldbedragen van in totaal €6.514,93, en/of

27, althans een of meerdere, (vanaf de rekening van [rekeninghouder 3] overgemaakte) geldbedragen van in totaal (€6.150 en €1.938, zijnde) €8.088, en/of

vier, althans een of meerdere, (vanaf de rekening van [rekeninghouder 4] overgemaakte) geldbedragen van in totaal €4.400, en/of

vier, althans een of meerdere, (vanaf de rekening van [rekeninghouder 5] overgemaakte) geldbedragen van in totaal €3.048,44, en/of

vijf, althans een of meerdere, (vanaf de rekening van [rekeninghouder 6] overgemaakte) geldbedragen van in totaal €2.240,
(sub a)
-
de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of heeft verhuld, en/of
-
heeft verborgen en/of heeft verhuld wie de rechthebbende(n) op dat/die voorwerp(en) was dan wel was/waren, en/of
-
heeft verborgen en/of heeft verhuld wie dat/die voorwerpen(en) voorhanden had(den), en/of
door:

die/dat contante geldbedragen (van in totaal €45.485) op de bankrekeningen van verdachte te (laten) storten, en/of

die/dat (contante) gestorte geldbedragen (van in totaal €45.485) en/of die giraal op de bankrekeningen van verdachte ontvangen geldbedragen (van in totaal €41.395,37), althans die banktegoeden, gedeeltelijk (contant) op te nemen en/of gedeeltelijk uit te geven en/of aan een of meerdere anderen over te maken,
en/of
(sub b)
-
heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, en/of
-
gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij wist, dan wel redelijkerwijs moest vermoeden, dat die voorwerpen dan wel dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren/was uit enig misdrijf, althans - onmiddellijk - afkomstig waren/was uit enig eigen misdrijf,
en hij, verdachte, en/of zijn mededaders van het plegen van witwassen een gewoonte hebben/heeft gemaakt
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Geldigheid dagvaarding

Op grond van artikel 261, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) moet de dagvaarding een opgave bevatten van het feit dat aan verdachte ten laste wordt gelegd.
Met deze bepaling wordt beoogd dat een tenlastelegging het verwijt voldoende feitelijk omschrijft, zodat de verdachte kan begrijpen welk verwijt hem wordt gemaakt en zich daartegen kan verdedigen.
Het hof oordeelt – met de rechtbank en overeenkomstig het standpunt van de advocaat-generaal – dat de tenlastelegging met betrekking tot de in feit 1 opgenomen zinsnede
‘en/of een of meer (andere) personen’onvoldoende feitelijk is omschreven en daarom niet voldoet aan de eisen die artikel 261 Sv stelt. Zonder enige nadere duiding van namen, plaatsen en omstandigheden is het voor de verdediging – maar ook voor het hof – ondoenlijk om na te gaan op welke personen de tenlastelegging ziet. Het hof zal daarom deze zinsnede van de dagvaarding nietig verklaren. Voor het overige wordt de dagvaarding in stand gelaten.
Overweging met betrekking tot het bewijs ten aanzien van het onder 2, 3, en 4 tenlastegelegde
Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het onder 2, 3 en 4 tenlastegelegde.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen verweer gevoerd ten aanzien van het onder 3 en 4 tenlastegelegde. Verdachte heeft deze feiten bekend.
De raadsvrouw heeft ten aanzien van het onder 2 tenlastegelegde verzocht verdachte vrij te spreken vanwege het ontbreken van opzet en/of grove schuld. Niet bewezen kan worden dat verdachte wist of ernstige redenen had te vermoeden dat het verblijf van de in de tenlastelegging genoemde personen wederrechtelijk was. Ook rustte er geen verzwaarde onderzoeksplicht op hem om zich te vergewissen van de verblijfsstatus van de personen waarmee hij van doen had.
Oordeel van het hof
Het hof is van oordeel dat het door en namens verdachte gevoerde verweer strekkende tot vrijspraak van het onder 2 tenlastegelegde wordt weersproken door de gebezigde bewijsmiddelen, zoals deze later in de eventueel op te maken aanvulling op dit arrest zullen worden opgenomen. Het hof heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van die bewijsmiddelen te twijfelen.
Het hof overweegt daarbij in het bijzonder het volgende.
Verdachte heeft tegen betaling van € 100,- per persoon per dag woningen in [plaats 2] en [plaats 2] onderverhuurd aan de zes op de tenlastelegging genoemde vrouwen. [naam 15] en [naam 16] huurden omstreeks 18 januari 2024 de woning aan de [adres 1] te [plaats 2] enkele dagen van verdachte. De woning aan de [adres 2] te [plaats 2] werd omstreeks 5 maart 2024 van verdachte gehuurd door [naam 17] en [naam 18] en omstreeks 19 maart 2024 door [naam 18] en [naam 19] .
[naam 15] , [naam 16] , [naam 18] en [naam 19] zijn afkomstig uit Colombia. [naam 17] en [naam 18] zijn afkomstig uit Venezuela. De politie heeft ten aanzien van [naam 15] , [naam 16] en [naam 18] vastgesteld dat zij amper tot geen Engels spraken. De vrouwen hadden geen van allen rechtmatig verblijf in Nederland en zij mochten (dus) niet werken in Nederland.
Verdachte heeft ter zitting van de rechtbank op 16 december 2024 onder meer het volgende verklaard:
‘Ik huurde woningen waarna ik ze onderverhuurde. Ik bood de woningen als werkplekken aan prostituees aan, zodat ze seks konden hebben. Ik adverteerde daar ook mee. Dit was mijn verdienmodel. Ik heb er ook wel aan verdiend. De standaardprijs was € 100,- per dag. In het begin stonden de woningen nog wel eens leeg en zakte ik naar € 80. Ik denk dat dat was in 2022. (…) Van de dames die op de tenlastelegging staan, wist ik dat het prostituees waren. Aan hen heb ik woningen verhuurd. Ik benaderde prostituees zelf via Kinky.nl. (…) De vrouwen verbleven meestal twee of drie dagen in de woning. (…) Ik wist wel dat er volgens de huurregels geen prostitutiewerk in de woningen gedaan mocht worden (…). In januari 2024 zijn [naam 15] en [naam 16] aangetroffen. Ik weet wie zij zijn. Ik wist waar ze vandaan kwamen toen, ik meen dat het Colombia was. Ik heb hun verblijfsvergunningen niet gecontroleerd. Ik heb ze alleen gevraagd naar hun paspoort. (…) Maar ik heb niet gekeken naar een inreisstempel of gevraagd hoe lang ze hier al waren. (…) Achteraf gezien snap ik dat ik had moeten uitzoeken of het allemaal wel mocht.’
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft verdachte verklaard dat hij wist dat de vrouwen die in de tenlastelegging staan genoemd afkomstig waren uit Colombia of Venezuela.
Verdachte is zes vrouwen behulpzaam geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, terwijl die vrouwen niet rechtmatig in Nederland verbleven. Verdachte huurde woningen en verhuurde deze vervolgens aan prostituees, ook als deze afkomstig waren uit landen buiten de Europese Unie. Uit het dossier volgt niet dat verdachte wist dat het verblijf van deze vrouwen onrechtmatig was. Als het inderdaad zo is dat verdachte niet wist dat het verblijf onrechtmatig was, dan is dat een gevolg van het feit dat verdachte dit niet heeft onderzocht. Naar het oordeel van het hof had verdachte dit wel moeten onderzoeken. Gedurende langere tijd verdiende verdachte geld met het verhuren van woningen aan prostituees, die (ook) uit het buitenland (waaronder landen buiten de Europese Unie) afkomstig waren. Verdachte had vanwege het structurele karakter van zijn activiteiten de plicht om te onderzoeken of hij zich daarbij aan de regels hield. Nu verdachte niet heeft onderzocht of hij de in de tenlastelegging genoemde vrouwen mocht huisvesten, acht het hof bewezen dat verdachte ernstige redenen had te vermoeden dat het verblijf van de vrouwen wederrechtelijk was en dat verdachte zich aan het onder 2 tenlastegelegde heeft schuldig gemaakt.

Vrijspraak van mensenhandel (het onder 1 tenlastegelegde)

Verdachte wordt bij het onder 1 tenlastegelegde verweten dat hij ten aanzien van de hierboven genoemde vrouwen uit Colombia en Venezuela zich schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel, onder meer door ze te huisvesten en huur te innen.
Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het onder 1 tenlastegelegde voor zover dat niet ziet op artikel 273f lid 1 sub 4 van het Wetboek van Strafrecht. De advocaat-generaal heeft betoogd dat verdachte een veel te hoge huur vroeg. Nederlandse mondige prostituees zouden nooit het bedrag betalen dat verdachte als huur vroeg. Dat de in de tenlastegelegde genoemde vrouwen die bereidheid wel hadden, had te maken met de kwetsbare positie waarin zij zich bevonden. Verdachte heeft misbruik van die kwetsbare positie gemaakt door die huurbedragen te vragen en te innen.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft aangevoerd dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de onder 1 tenlastegelegde mensenhandel omdat de bestanddelen ‘misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht en/of misbruik van een kwetsbare positie’ en ‘(oogmerk van) uitbuiting’ niet kunnen worden bewezen. Daarbij is aangevoerd dat uit het dossier niet volgt dat sprake is geweest van uitbuiting of dat verdachte het oogmerk daarop heeft gehad. Ook volgt uit het dossier niet dat verdachte de kwetsbare positie van de tenlastegelegde personen heeft ingezet (heeft misbruikt) om hen tegen hun zin werkplekken te laten huren. Niet is vast te stellen dat de personen zijn beperkt in hun keuzevrijheid om te werken of te huren tegen door verdachte onevenredig gestelde voorwaarden. Het gegeven dat er door verdachte uiteindelijk wel economisch voordeel is behaald met de verhuur van werkplekken maakt dit niet anders. De bedragen die verdachte vroeg waren namelijk marktconform, zowel als het gaat om de vergunde werkplekken als om de plekken waar vanuit illegale prostitutie wordt bedreven. Op de website
www.sekswerk.nlworden werkplekken aangeboden voor 80 tot 120 euro per dagdeel. Ook heeft de verdediging in eerste aanleg screenshots overgelegd van op Airbnb aangeboden woningen in [plaats 4] van 95 tot 116 euro per dag. Uit het dossier volgt dat de onderhuur telkens maar voor één of twee dagen was. Prijzen voor de lange termijnhuur zijn altijd lager dan de huur voor korte duur. De vrouwen betaalden huurbedragen die normaal zijn in Nederland. Zij werden niet benadeeld omdat ze illegaal in Nederland waren. De werkplekken waren schoon, veilig en van gemakken voorzien (televisie, wasmachine, droger en wifi). De woningen werden schoon gemaakt en van schoon beddengoed voorzien.
Oordeel van het hof
Uit de wetsgeschiedenis van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) en de jurisprudentie over dit wetsartikel volgt dat mensenhandel is gericht op uitbuiting. De strafbaarstelling van mensenhandel stelt het belang van het individu steeds voorop. Dat belang is het behoud van de lichamelijke en geestelijke integriteit en de persoonlijke vrijheid van het slachtoffer.
De in artikel 273f Sr verboden gedragingen beïnvloeden de wil, waaronder is begrepen de keuzemogelijkheid van het slachtoffer, in die zin dat zij leiden tot het ontbreken van vrijwilligheid waartoe ook behoort het ontbreken of de vermindering van de mogelijkheid een bewuste keuze te maken. Dit gebrek aan een vrije keuze komt nader tot uitdrukking in de verschillende bestanddelen die van artikel 273f Sr deel uitmaken.
Met betrekking tot het bestanddeel ‘een kwetsbare positie’ geldt dat dit begrip in de wet is gedefinieerd in die zin dat daaronder wordt begrepen: “een situatie waarin een persoon geen andere werkelijke of aanvaardbare keuze heeft dan het misbruik te ondergaan”.
Het in artikel 273f, eerste lid, Sr voorkomende bestanddeel (oogmerk van) uitbuiting is in de wet niet gedefinieerd, anders dan door de opsomming in het tweede lid van een aantal vormen van uitbuiting, waaronder gedwongen of verplichte arbeid of diensten, met inbegrip van uitbuiting van strafbare activiteiten.
Blijkens de wetsgeschiedenis doelt deze bepaling op een verscheidenheid aan moderne vormen van slavernij, waarbij als voorbeeld wordt genoemd een extreem lange werkweek tegen onevenredig lage betaling onder slechte werkomstandigheden.
Uit de wettekst volgt dat uitbuiting een bestanddeel is van artikel 273f, eerste lid aanhef en onder sub 6 Sr, terwijl oogmerk van uitbuiting een bestanddeel is van artikel 273f, eerste lid aanhef en onder sub 1 Sr. Uit jurisprudentie volgt verder dat uitbuiting moet worden aangemerkt als een impliciet bestanddeel van artikel 273f, eerste lid, aanhef en onder sub 3, sub 4 en sub 9 Sr. De verweten gedragingen kunnen eerst dan als mensenhandel worden bestraft indien uit de bewijsvoering volgt dat is voldaan aan de voorwaarde dat zij zijn begaan onder omstandigheden waarbij uitbuiting kan worden verondersteld. [1]
In deze zaak draait het om de vraag of sprake is (oogmerk) van uitbuiting, misbruik van een kwetsbare positie en/of misbruik van overwicht.
Het hof zal bij de uitleg van het middel misbruik van een kwetsbare positie en het middel misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht aansluiting zoeken bij de tekst en de ratio van artikel 273f Sr, welk artikel in de kern uitbuiting (en de voorbereiding of het profijt ervan) strafbaar stelt.
De middelen misbruik van een kwetsbare positie en misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht overlappen elkaar grotendeels.
Naar het oordeel van het hof bevonden de in de tenlastelegging onder 1 genoemde vrouwen zich in een kwetsbare positie (met name omdat ze illegaal in Nederland verbleven). Het faciliteren van prostitutiewerkzaamheden van mensen die zich in een kwetsbare positie bevinden hoeft niet strafwaardig te zijn. Dit is anders in geval
misbruikwordt gemaakt van die kwetsbare positie. Van misbruik zal (in ieder geval) sprake zijn (in geval van sub 4 en/of sub 9) als de verdachte weet van de kwetsbare positie (althans voorwaardelijk opzet daarop heeft) en de kwetsbare positie gebruikt als middel om de persoon aan het werk te zetten, te faciliteren of de verdiensten af te laten dragen onder zodanige omstandigheden dat sprake is van uitbuiting. In geval van sub 1 zal van misbruik (in ieder geval) sprake zijn als de verdachte weet van de kwetsbare positie (althans daar voorwaardelijk opzet op heeft) en de kwetsbare positie als middel inzet om een persoon te vervoeren, huisvesten etc. met het oogmerk van uitbuiting.
Uit het dossier blijkt niet dat de vrouwen geen zeggenschap hadden over hun werkzaamheden. Verdachte bemoeide zich daar niet mee. Het ging de verdachte er slechts om dat de vrouwen hem elk € 100 per dag betaalden voor de woning die ze van hem huurden.
De in de tenlastegelegde genoemde vrouwen hebben kort (een paar dagen) in de door verdachte gehuurde woningen verbleven. Het totaal dat verdachte van deze vrouwen heeft ontvangen is (waarschijnlijk) minder dan de huur die hij voor beide woningen heeft moeten betalen. Dat verdachte ten aanzien van de woningen in [plaats 2] en [plaats 2] winst heeft gemaakt, blijkt in ieder geval niet uit het dossier.
Uit het dossier blijkt verder niet dat de in de tenlastelegging genoemde vrouwen (tenminste) een hele (of een groot gedeelte van de) maand in de woningen moesten of zouden verblijven zodat verdachte van de vrouwen veel meer geld zou ontvangen dan het bedrag dat hij zelf aan huur was verschuldigd. Uit het dossier volgt eerder dat de vrouwen zelf konden bepalen hoe lang (of hoe kort) zij in de woning verbleven. Korte termijnverhuur impliceert dat de woning een tijdje niet bewoond kan zijn. In dat geval zou verdachte niet dagelijks huurinkomsten ontvangen.
Het hof is het met de raadsvrouw eens dat voor de vraag of verdachte een (min of meer) marktconforme prijs vroeg, gekeken moet worden naar de prijzen die in Nederland in het algemeen gevraagd worden voor de korte termijnverhuur van onderkomens, zoals die voor legale prostitutie, hotels en airbnb’s. Gelet op wat de raadsvrouw daarover heeft aangevoerd en heeft overgelegd, is het hof van oordeel dat een bedrag van € 100 per persoon per dag niet buitensporig lijkt. Uit het dossier blijkt verder niet dat de staat van de door verdachte verhuurde woningen slecht was. In de woningen stond meubilair en verdachte zorgde voor wifi, schoon beddengoed en schone handdoeken. Voor zover bekend hadden de vrouwen elk hun eigen (slaap)kamer met bed. Het hof is daarom van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte – door een bedrag van € 100 per persoon per dag te vragen - misbruik heeft gemaakt van de kwetsbare positie van de in de tenlastelegging genoemde vrouwen, dan wel dat hij misbruik heeft gemaakt van het overwicht dat hij zou hebben gehad op die vrouwen. Onvoldoende is gebleken dat verdachte de vrouwen heeft uitgebuit of dat hij het oogmerk op uitbuiting had. Daarom wordt de verdachte vrijgesproken van de gehele tenlastelegging.

Vrijspraak van witwassen (het onder 5 tenlastegelegde)

Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het onder 5 tenlastegelegde.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de bankoverschrijvingen geen redelijk vermoeden van witwassen opleveren op grond waarvan van verdachte kan worden verlangd om over de herkomst daarvan een verklaring af te leggen. Een bankoverschrijving op naam is op zichzelf niet aan te merken als witwasindicator. Niet vastgesteld kan worden dat het niet anders kan zijn dan dat de tenlastegelegde girale bedragen van misdrijf afkomstig zijn.
Beoordelingskader
Het hof stelt voorop dat in geval van een verdenking van witwassen dient te worden vastgesteld of de relevante voorwerpen en/of geldbedragen afkomstig zijn uit enig misdrijf. Niet is vereist dat uit de bewijsmiddelen moet kunnen worden afgeleid dat het desbetreffende voorwerp afkomstig is uit een nauwkeurig aangeduid misdrijf.
Dat een voorwerp ‘afkomstig is uit enig misdrijf’ kan, als op grond van de beschikbare bewijsmiddelen geen rechtstreeks verband valt te leggen met een bepaald misdrijf, niettemin bewezen worden geacht, als het op grond van de vastgestelde feiten en omstandigheden niet anders kan zijn dan dat het in de tenlastelegging genoemde voorwerp uit enig misdrijf afkomstig is. Het is daarbij aan het openbaar ministerie bewijs aan te dragen van dergelijke feiten en omstandigheden.
Als door het openbaar ministerie feiten en omstandigheden zijn aangedragen die een vermoeden rechtvaardigen dat het niet anders kan zijn dan dat het voorwerp uit enig misdrijf afkomstig is, mag van de verdachte worden verlangd dat hij of zij een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat het voorwerp niet van misdrijf afkomstig is. De omstandigheid dat deze verklaring van de verdachte mag worden verlangd, houdt niet in dat het aan de verdachte is om aannemelijk te maken dat het voorwerp niet van misdrijf afkomstig is.
Als de verdachte zo een verklaring heeft gegeven ligt het op de weg van het openbaar ministerie nader onderzoek te doen naar die verklaring. De rechter zal dan mede op basis van de resultaten van dat onderzoek moeten beoordelen of ondanks de verklaring van de verdachte het witwassen bewezen kan worden op de grond dat (het niet anders kan zijn dan dat) het voorwerp uit enig misdrijf afkomstig is.
Als zo’n verklaring uitblijft, mag de rechter die omstandigheid betrekken in zijn bewijsoverweging.
Beoordeling door het hof
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het onder 5 tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken. Verdachte heeft gedurende de tenlastegelegde periode verschillende keren een bedrag gestort op zijn rekening. Ook hebben in de tenlastegelegde periode de in de tenlastelegging genoemde mensen geld naar de verdachte overgemaakt.
Ten aanzien van de door verdachte gestorte bedragen geldt dat verdachte hierover heeft verklaard dat deze bedragen de contant door hem ontvangen huur betreft. Het hof acht deze verklaring op voorhand niet hoogst onwaarschijnlijk, terwijl deze concreet en min of meer verifieerbaar is. Deze verklaring past immers bij de bevindingen in het dossier dat verdachte woningen huurde en deze onderverhuurde. Uit de bankafschriften die zich in het dossier bevinden zijn vele afschrijvingen te zien die zien op de huur van woningen voor in totaal ruim € 132.000 in de periode van 1 januari 2022 tot en met 21 februari 2024, terwijl daar (ten aanzien van dat gehele bedrag) geen overboekingen van huur tegenover staan. Het hof acht het daarom aannemelijk dat verdachte (een deel van) de huur contant ontving en deze bedragen zelf op zijn rekening stortte. Gelet op de data waarop deze bedragen zijn gestort, stelt het hof vast dat deze niet afkomstig kunnen zijn van de huuropbrengsten van de onder 2 genoemde prostituees. Daarom kan niet worden vastgesteld dat deze stortingen afkomstig zijn uit een nauwkeurig aangeduid misdrijf. Het kunnen huurinkomsten zijn die niet afkomstig zijn uit misdrijf; ze kunnen afkomstig zijn van personen die legaal in Nederland verbleven, geen misdrijven pleegden en geen slachtoffer waren van mensenhandel.
Het hof merkt nog op dat de omstandigheid dat verdachte bij het huren van de woningen loog tegen de verhuurders en gebruik maakte van vervalste documenten, niet maakt dat de huur die hij ontving van de personen aan wie hij onderverhuurde, van misdrijf afkomstig is.
Verdachte heeft geen verklaring afgelegd over de herkomst van de overgeboekte bedragen. Op basis van het dossier en het onderzoek ter zitting kan het hof geen rechtsreeks verband leggen tussen deze bedragen en een bepaald misdrijf. Dat het niet anders kan dan dat de bedragen afkomstig zijn uit misdrijf, kan het hof evenmin vaststellen. Van verdachte is bekend dat hij gedurende een lange periode huizen huurde en die weer onderverhuurde aan prostituees en daarmee geld verdiende. Het verhuren van een woning aan een prostituee kan onder omstandigheden een misdrijf zijn, namelijk wanneer daardoor sprake is van mensenhandel en/of mensensmokkel. In geval die omstandigheden zich niet voordoen is het verhuren van een woning aan een prostituee op zich geen misdrijf. De in feit 5 genoemde namen zouden Oost-Europees (Roemeens) kunnen zijn. De door die personen overgemaakte bedragen zouden de aan verdachte verschuldigde huur kunnen zijn, waarbij die bedragen niet door of uit misdrijf verkregen hoeven te zijn. Aldus kan het hof niet vaststellen dat het niet anders kan dan dat de naar verdachte overgeboekte bedragen uit misdrijf afkomstig zijn.

Bewezenverklaring

Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
Feit 2
hij(opeen ofmeerdere tijdstippen)inof omstreeksde periode van 1 januari 2024 tot en met 31 maart 2024 te[plaats 3] en/of[plaats 2] en/of[plaats 2] ,in elk geval op een of meerdere (andere) locaties in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
een of meerdereanderen,althans een ander,te weten:
-
(op ofomstreeks 18 januari 2024 op het adres [adres 1] te [plaats 2])mevrouw [naam 1] (geboren in Colombia),(zie: pag. 156 ev./159 ev.)en/of
-
(op ofomstreeks 18 januari 2024 op het adres [adres 1] te [plaats 2])mevrouw [naam 2] (geboren in Colombia),(zie: pag. 156 ev./ 159 ev.)en/of
-
(op ofomstreeks 5 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2])mevrouw [naam 3] (geboren in Venezuela),(zie: pag. 162 ev.)en/of
-
(op ofomstreeks 5 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2])mevrouw [naam 4] (geboren in Venezuela),(zie: pag. 162 ev.)en/of
-
(op ofomstreeks 19 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2])mevrouw [naam 5] (geboren in Colombia),(zie: pag. 166 ev.)en/of
-
(op ofomstreeks 19 maart 2024 op het adres [adres 2] te [plaats 2]) de heer/mevrouw [naam 6] (geboren in Colombia),(zie: pag. 166 ev.),
uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland,of hen, althans haar, daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immershebben/heeft hij, verdachte,en/of zijn mededader(s):
-
meerdere malen,althans eenmaal, (met een verhuurder)een huurovereenkomst gesloten en/of (aldus)een woning gehuurd, en/of
-
meerdere malen,althans eenmaal,contact opgenomen en/ofonderhouden met die anderen en/of (tijdens dat contact)die anderen geïnformeerd over het(kunnen)huren,althans het tegen betaling (kunnen) gebruiken,van en/of(kunnen)verblijven en/of(kunnen)uitvoeren van prostitutiewerkzaamheden inen/of vanuit (een kamer in)die woning, en/of
-
meerdere malen,althans eenmaal,die anderen in(een kamer van)die woning ondergebracht en/of (een kamer in)die woningen aan die anderen verhuurd,althans (anderszins) tegen betaling ter beschikking gesteld, en/of (een kamer in) die woning voor die anderen geregeld,en/of
-
meerdere malen,althans eenmaal,huuren/of kostenbij die anderen in rekening gebracht en/of(voor de(ver)huur van die woning)gelden(van die anderen)in ontvangst genomenen/of in ontvangst laten nemen,
terwijl hij, verdachte,en zijn mededaders wist(en) ofernstige redenen had(den)te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk was,
en terwijl hijen/of zijn mededadersvan(het plegen van)dit feit een gewoonte en/of beroep heeft gemaakten/of dit feit in vereniging is begaan (met meerdere personen);
Feit 3hij(opeen ofmeerdere tijdstippen)inof omstreeksde periode van 1 mei 2022 tot en met 16 april 2024te [plaats 1] en/of [plaats 3] en/of [plaats 2] en/of [plaats 5] en/of [plaats 2] en/of [plaats 6] en/of [plaats 4] , in elk geval op een of meerdere (andere) locatiesin Nederland,
meerdere malen,althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
opzettelijk gebruik heeft gemaakt vanmeerderevervalste geschriften,althans een vervalst geschrift,die/datbestemd waren/wasom tot bewijs van enig feit te dienen, als ware het echt en onvervalst, te weten:
(1a.)
(een kopie van)een aangifte inkomstenbelasting 2021,(zie: zaaksdossier 01, pag. 182 ev.)en/of
(1b.)
(een kopie van)een aangifte inkomstenbelasting 2022,(zie: zaaksdossier 01, pag. 182 ev.)en/of
(2.)
(een kopie van)een([bank])Financieel Jaaroverzicht(2022), (zie: zaaksdossier 02, pag. 199 ev.)en/of
(3a.)
(een kopie van) (een uittreksel van)een MBO-diploma(opleiding)‘Persoonlijke begeleider gehandicapte zorg’,(zie: zaaksdossier 03, pag. 208 ev.)en/of
(3b.)
(een kopie van) (een uittreksel van)een MBO-diploma(opleiding)‘Begeleider specifieke doelgroepen’,(zie: zaaksdossier 03, pag. 208 ev.)en/of
(4.)
(een kopie van)een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG),(zie: zaaksdossier 04, pag. 220 ev.)
immershebben/heeft hij, verdachte,en/of zijn mededaders:
-
ten behoeve van het huren van een woningen/of het sluiten van een huurovereenkomst (daartoe),
(1a.)

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een of meerdere medewerk(st)ers van)[bedrijf 12]([plaats 3]), zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 9] te [plaats 3] ,(zie: pag. 1.501 ev.)en/of

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een of meerdere medewerk(st)ers van)[bedrijf 1] , zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 3] te [plaats 3] ,(zie: pag. 769 ev.)en/of

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan (een of meerdere medewerk(st)ers van)[bedrijf 2], zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 4] te [plaats 3] ,(zie: pag. 1.570 ev.)en/of
(1a. en 1b.)

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 en(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2022 toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een of meerdere (andere) medewerk(st)ers van)[bedrijf 3], zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 5] te [plaats 6] ,(zie: pag. 1.036 ev.)en/of
(1a. en 2.)

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (die kopie van)dat Financieel Jaaroverzicht toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een of meerdere medewerk(st)ers van)[bedrijf 4] , zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 6] te [plaats 4] ,(zie: pag. 1.705 ev.)en/of
(1a., 1b. en 2.)

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2022 en/of (die kopie van)dat Financieel Jaaroverzicht toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een of meerdere medewerk(st)ers van)[bedrijf 5] , zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 7] te [plaats 3], (zie: pag. 642 ev.)en/of

(die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of (die kopie van)die aangifte inkomstenbelasting 2022 en/of (die kopie van)dat Financieel Jaaroverzicht toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een of meerdere medewerk(st)ers van)[bedrijf 6] , zijnde de bemiddelaar voor(de verhuurder van)de woning op het adres [adres 8] te [plaats 2] ,(zie: pag. 1.646 ev.)en/of
-
ten behoeve van het sluiten van een(arbeids- of bemiddelings)overeenkomst voor het tegen een vergoeding verrichten van werkzaamheden(in de zorg),
(3a.)

(die kopie van) (dat uittreksel van)dat MBO-diploma(opleiding)‘Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg’ toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een persoon met de naam)‘ [naam 7] ’en/of (een medewerk(st)er van het bedrijf) [bedrijf 7] ., althans een ander, (zie: pag. 953 ev.)en/of
(3b.)

(die kopie van) (dat uittreksel van)dat MBO-diploma(opleiding)‘Begeleider specifieke doelgroepen’ toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een persoon met de naam)‘ [naam 8] ’ en/of (een medewerk(st)er van het bedrijf)[bedrijf 8] ,althans een ander, (zie: pag. 962 ev.)en/of
(4.)

(die kopie van)die Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) toegestuurden/of (anderszins) verstrektaan(een persoon met de naam)‘ [naam 8] ’ en/of (een medewerk(st)er van het bedrijf)[bedrijf 8] ,althans een ander, (zie: pag. 962 ev.)
dan wel (opzettelijk) zodanige geschriften heeft afgeleverd of voorhanden heeft gehad, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die (of dit) geschriften bestemd waren (of was) voor zodanig gebruik;
Feit 4hij(op een of meerdere tijdstippen)inof omstreeksde periode van 1 mei 2022 tot en met 16 april 2024te [plaats 1] en/of [plaats 3] en/of [plaats 2] en/of [plaats 5] en/of [plaats 2] en/of [plaats 6] en/of [plaats 4] , in elk geval op een of meerdere (andere) locatiesin Nederland,
meerdere malen,althans eenmaal,
tezamen en in vereniging (met zijn mededaders), althans alleen,
(telkens)met het oogmerk om zichen/of een anderwederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen vaneen valse naam en/ofeen valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
een ofmeerdere anderen, te weten:
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw[naam 9] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 9] te [plaats 3] ,(zie: pag. 1.501 ev.)en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw[naam 10] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 3] te [plaats 3] ,(zie: pag. 769 ev.)en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw[naam 11] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 4] te [plaats 3] ,(zie: pag. 1.570 ev.)en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw[naam 12] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 7] te [plaats 3] ,(zie: pag. 642 ev.)en/of
-
(de bemiddelaar voor) de heer/mevrouw[naam 13] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 8] te [plaats 2] ,(zie: pag. 1.646 ev.),en/of
-
(de bemiddelaar voor)[bedrijf 9] . en/of [bedrijf 10] ., zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 6] te [plaats 4] ,(zie: pag. 1.705 ev.)en/of
-
(de bemiddelaar voor)[bedrijf 11] , zijnde de verhuurder van de woning op het adres [adres 5] te [plaats 6] ,(zie: pag. 1.036 ev.)en/of
heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het verlenen van een diensten/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een schuld, waarondermaar niet beperkt tot:
-
de afgifte en/ofhet sluiten van een huurovereenkomst, en/of
-
de afgifte vaneen of meerdere (huis)sleutels, en/of
-
het gebruik en/ofhuurgenot van een woning,
immershebben (ofheeft)hij, verdachte,en/of zijn mededaders,valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven -:
-
meerdere malen,althans eenmaal,aan die anderen te kennen gegeven dat hijen/of zijn mededaderswilde(n)verhuizen en/of (om die reden)die woning wilde(n)huren en/of(zelf)wilde(n)bewonen, en/of
-
meerdere malen,althans eenmaal,aan die andereneen of meerderevervalsteen/of valsedocumenten, te weten(een kopie van)een aangifte inkomstenbelasting 2021 en/of(een kopie van)een aangifte inkomstenbelasting 2022 en/of(een kopie van)een([bank])Financieel Jaaroverzicht(2022), toegezondenen/of (anderszins) verstrekt, en/of
-
(met die vervalste documentenen/of anderszins)aan die anderen te kennen gegeven dat verdachte over(voldoende)inkomsten uit(legale)werkzaamheden als zelfstandig ondernemer(in de zorg en de bouw)beschikte en/of (daarmee)de huur voor de woningen kon betalen en/of (aldus)voldeed aan de(financiële)voorwaarden voor het huren van die woning, en/of
-
verzwegen en/of niet kenbaar gemaakt dat verdachte (tevens) inkomsten had afkomstig uit door verdachte en/of zijn mededaders (andere) gehuurde en (aan prostituees) (onder)verhuurde woningen, en/of
-
verzwegenen/of niet kenbaar gemaaktdat verdachteen/of zijn mededadersdie woning - in strijd met de(te sluiten)huurovereenkomst en/ofhetgeen verdachteen/of zijn mededadersaan die anderen te kennenhebben/heeft gegeven - niet(zelf)ging(en)bewonen, maar dat die woning(aan prostituees) (onder)verhuurd en/ofvoor prostitutie gebruikt zou(gaan)worden, en/of
-
zich voorgedaan als bonafide huurder(s), en/of(aldus)
-
die anderen een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het onder 2 bewezenverklaarde levert op:
Een ander uit winstbejag behulpzaam zijn bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, terwijl hij weet of ernstige redenen heeft te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk is, terwijl het feit wordt begaan door een persoon die daarvan een beroep of gewoonte maakt, meermalen gepleegd.
Het onder 3 bewezenverklaarde levert op:
Opzettelijk gebruik maken van een vervalst geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd.
Het onder 4 bewezenverklaarde levert op:

Oplichting, meermalen gepleegd.

Strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.

Oplegging van straf en/of maatregel

De rechtbank heeft verdachte voor de onder 1 tot en met 5 tenlastegelegde feiten (kort gezegd: mensenhandel, mensensmokkel, gebruik maken van vervalste geschriften, oplichting en witwassen) veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van dertig maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft gezeten.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat verdachte voor alle vijf de tenlastegelegde feiten zal worden veroordeeld tot een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van veertig maanden, met aftrek van voorarrest.
De raadsvrouw heeft verzocht verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen die langer is dan de tijd die hij voor de onderhavige zaak in voorlopige hechtenis heeft verbleven, te weten ongeveer zeventien maanden.
Het hof heeft – anders dan de rechtbank – verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde mensenhandel en witwassen. Het hof komt tot een bewezenverklaring van (kort gezegd) mensensmokkel (feit 2), het opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift (feit 3) en oplichting (feit 4), allen meermalen gepleegd.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder in aanmerking genomen – en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een deels onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van de hierna aan te geven duur leiden – de navolgende omstandigheden.
Verdachte is uit winstbejag zes vrouwen behulpzaam geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, terwijl hij ernstige redenen had te vermoeden dat zij niet over een geldig verblijfsrecht voor Nederland beschikten. Met zijn handelen heeft verdachte illegaal verblijf van deze vrouwen in Nederland in de hand gewerkt en heeft hij het overheidsbeleid om dit juist tegen te gaan, gefrustreerd.
Het hof zal bij het bepalen van de straf aansluiting zoeken bij de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg voor Vakinhoud Strafrecht (LOVS) voor mensensmokkel, die uitgaan van een gevangenisstraf voor de duur van drie maanden voor iedere gesmokkelde persoon en een in beginsel lineaire verhoging bij het smokkelen van meerdere personen. Het maken van een beroep of gewoonte wordt in de oriëntatiepunten aangemerkt als een strafvermeerderende factor.
Verder heeft verdachte zich zes keer schuldig gemaakt aan oplichting door valse documenten (zoals een aangifte inkomstenbelasting en een financieel jaaroverzicht van de [bank] ) te gebruiken om woningen te huren waarvoor hij niet aan de inkomenseis voldeed. Daarbij heeft hij verzwegen dat de woningen gebruikt zouden worden om prostituees te huisvesten. Hiermee heeft verdachte woningverhuurders doelbewust een verkeerde stand van zaken voorgespiegeld en daarmee ook het vertrouwen geschaad dat men op de huurmarkt pleegt te hechten aan de door potentiële huurders over te leggen documenten.
Naast het gebruik van de vervalste aangiftes inkomstenbelasting en een financieel overzicht heeft verdachte ook gebruik gemaakt van vervalste zorgdiploma’s en een valse Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) om te worden aangenomen bij zorguitzendbureaus. Verdachte heeft vervolgens ook daadwerkelijk in de zorg gewerkt, terwijl hij daarvoor niet de juiste opleiding heeft (afgerond). Ook hier heeft verdachte weer het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer moet kunnen worden gesteld in de juistheid van bepaalde documenten ernstig beschaamd. Bovendien is ten aanzien van het gebruik van vervalste zorgdiploma’s sprake van een groot maatschappelijk risico voor kwetsbare personen in onze samenleving die zorg behoeven. Verdachte heeft in dit verband weinig compassie getoond en heeft niet laten zien dat hij begrijpt dat hij hierdoor patiënten en cliënten niet de gekwalificeerde zorg heeft gegeven die zij mochten verwachten. Het hof rekent verdachte deze onverschillige houding ten opzichte van maatschappelijke spelregels en ten opzichte van de belangen van kwetsbare personen in hoge mate aan.
In alle gevallen heeft verdachte zijn eigen financiële gewin vooropgesteld. Ook als het gaat om het gebruik van vervalste diploma’s en VOG heeft verdachte geld de voorkeur gegeven boven de veiligheid en het welzijn van anderen. Verdachte is hiermee voorbijgegaan aan het belang van kwetsbare patiënten die zonder dat zij – of het overige verplegend personeel – het wisten waren overgeleverd aan een ongekwalificeerde medewerker met een strafblad.
Bij de strafbepaling heeft het hof verder rekening gehouden met het uittreksel uit de justitiële documentatie van verdachte van 27 augustus 2025, waaruit blijkt dat verdachte meermalen onherroepelijk veroordeeld is voor onder andere vermogensdelicten, waarbij ook onvoorwaardelijke gevangenisstraffen zijn opgelegd. Dit heeft hem er echter niet van weerhouden de onderhavige feiten te plegen.
Het voorgaande rechtvaardigt naar het oordeel van het hof oplegging van een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur. Een gevangenisstraf die gelijk is aan de duur van het voorarrest, zoals door de verdediging is verzocht, doet naar het oordeel van het hof onvoldoende recht aan de aard en de ernst van het bewezenverklaarde.
Alles afwegende acht het hof een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren, passend en geboden.
Het hof zal de teruggave aan verdachte gelasten van de inbeslaggenomen en niet teruggegeven geldbedragen en telefoons.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 63, 197a, 225 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart de dagvaarding nietig ten aanzien van in de tenlastelegging onder 1 opgenomen zinsnede
‘en/of een of meer (andere) personen’.
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 en 5 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 2, 3 en 4 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
4 (vier) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven geldbedragen, te weten:
- € 210,- (goednummer [nummer 1] );
- € 30,- (goednummer [nummer 2] );
- € 785,- (goednummer [nummer 3] );
- € 20,- (goednummer [nummer 4] );
- € 325,- (goednummer [nummer 5] );
- € 110,- (goednummer [nummer 6] );
en van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven telefoons, te weten:
- Samsung, zwart (goednummer [nummer 7] );
- Samsung, grijs (goednummer [nummer 8] );
- Samsung (goednummer [nummer 9] ).
Aldus gewezen door
mr. J.D. den Hartog, voorzitter,
mr. I.P.H.M. Severeijns en mr. M.L. Plas, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. M.J. van de Ruitenbeek, griffier,
en op 10 oktober 2025 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 10 oktober 2025.
Tegenwoordig:
mr. J.D. den Hartog, voorzitter,
mr. G. Nijpels, advocaat-generaal,
mr. R. Jansen, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter spreekt het arrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.

Voetnoten

1.Zie onder meer HR 5 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:554 en HR 17 mei 2016: HR: 2016: 857.