Uitspraak
Het verzoek
Beoordeling van het verzoek
€ 5.000,00 (+
BESLISSING
€ 5.390,00 (vijfduizend driehonderdnegentig euro).
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 22 september 2025 uitspraak gedaan over een verzoek om schadevergoeding op grond van artikel 533 van het Wetboek van Strafvordering. Verzoeker, geboren in 1989, vroeg een schadevergoeding van € 12.120,- voor de schade die hij had geleden door ondergane detentie. Het hof heeft het verzoek gedeeltelijk toegewezen en een schadevergoeding van € 5.390,- toegekend voor de dagen die verzoeker in voorarrest heeft doorgebracht. Het hof oordeelde dat de omstandigheden van het geval niet vergelijkbaar waren met eerdere uitspraken over elektronische monitoring, waardoor het verzoek voor schadevergoeding voor de periode van schorsing van de voorlopige hechtenis met elektronische monitoring werd afgewezen. De advocaat-generaal had zich op het standpunt gesteld dat de gebruikelijke forfaitaire vergoeding kon worden toegekend, maar dat de schadevergoeding voor de dagen met elektronisch toezicht niet voor vergoeding in aanmerking kwam. Het hof concludeerde dat de schorsingsvoorwaarden voldoende vrijheid boden om zelfstandig te functioneren, waardoor er geen sprake was van vrijheidsbeneming. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de advocaat-generaal en de raadsman van verzoeker, mr. F.M.R. Ilahibaks, en de uitspraak werd openbaar uitgesproken.