Uitspraak
[appellante],
1.[geïntimeerde1] ,
[geïntimeerde1],
2.[geïntimeerde2] ,
[geïntimeerde2],
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.Het oordeel van het hof
- dat de Nederlandse deurwaarder de dagvaarding heeft betekend op grond van de Verordening (EU) 2020/1784 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2020 inzake de betekening en kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of handelszaken (hierna: BetVo 2020);
- dat de Nederlandse deurwaarder op 7 november 2024 twee afschriften van de dagvaarding (zonder producties) en het tussenarrest van 24 september 2024 van dit hof, met vertaling van deze stukken in de Deense taal en het formulier als bedoeld in artikel 8 lid 2 van de Verordening, opgesteld in de Deense taal heeft gestuurd naar de ontvangende instantie in Denemarken, te weten de minister van justitie (Justitsministeriet) in Kopenhagen met het verzoek om tot betekening over te gaan;
- dat de Nederlandse deurwaarder de hiervoor omschreven stukken ook per aangetekende post via UPS naar het woonadres van [geïntimeerde2] zal verzenden.
- de aanvraag om betekening of kennisgeving van stukken (formulier A als bedoeld in artikel 8 lid 2 BetVo 2020) van 21 juni 2023 van de Nederlandse deurwaarder aan de voor Denemarken aangewezen verzendende instanties (als bedoeld in artikel 3 lid 1 BetVo 2020), wat dus gericht had moeten zijn aan de voor Denemarken aangewezen ontvangende instantie (als bedoeld in artikel 3 lid 2 BetVo 2020);
- een uit Denemarken afkomstig ingevuld formulier K als bedoeld in artikel 11 lid 2 BetVo 2020 gedateerd 10augustus 2023. Uit dit (in de Deense taal opgestelde) formulier K blijkt dat de dagvaarding op 10 augustus 2023 is betekend aan [geïntimeerde2] , dit door afgifte aan [geïntimeerde2] in persoon.