Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
kanhet hof een verdachte of, zoals in dit geval, het OM, op grond van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering niet-ontvankelijk verklaren wegens het ontbreken van enig belang bij het doorzetten van het beroep.
keuzevoor die mogelijkheid, in plaats van een
verplichteconclusie daartoe, voortvloeit uit de wens om aan de rechter ambtshalve ruimte te laten om, indien hij dat noodzakelijk acht, toch nader onderzoek te (doen) verrichten, ondanks het feit dat de aanvankelijke bezwaren tegen de rechterlijke uitspraak door een appellant niet langer gehandhaafd worden.
diegrond voor het OM de reden vormde om de zaak aan het hof voor te leggen.
BESLISSING
uiterlijk op 15 maart 2024aan het hof en de raadsman te verstrekken.