Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- het beroepschrift, op de griffie binnengekomen op 14 augustus 2024
- het verweerschrift
- de door beide partijen ingediende nadere producties:
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
het sausje eromheen” [waarmee wordt bedoeld dat het in de omgang met [appellant] soms stroef liep; hof] het grootste struikelblok was van Stichtse Vecht. [appellant] schrijft dat de afspraak altijd 2 x 1 jaar was en dan vast en dat 14 maanden een te groot risico is als er een tweede persoon bijkomt op zijn functie. Hij wil zekerheid hebben dat hij niet na 14 maanden alsnog de bons krijgt als hij een ander ingewerkt heeft.
“
En dat we na 2 contracten onbepaald zouden aanbieden; situatie is natuurlijk wel anders op dit moment, voorjaar liep erg stroef, en nu zit je ook in de ziektewet, en we weten nu nog niet eens voor hoe lang dat gaat duren! Dus dit is wat we kunnen bieden voor nu!”
zelfs door jullie hoepels te springen”. Maar volgens [appellant] wil Stichtse Vecht eigenlijk niet verder en is dit een truc om hem nog een ander te laten inwerken. Het aangeboden salaris is niet conform de cao. Hij voelt zich onder tijdsdruk gezet en schrijft dat Stichtse Vecht hem enorm dupeert door hem zo te behandelen en alle zekerheden weg te nemen. De e-mail besluit met: “
Ik vraag mij af wat willen jullie eigenlijk?? Ik kan hier namelijk niets mee”
Het gedoe wat is ontstaan sinds het plaatsen van die vacature levert geen bijdrage aan het herstel”. Het is aannemelijk dat deze opstelling van [appellant] niet bijdroeg aan de goede verstandhouding tussen partijen. [appellant] diende zich echter te realiseren dat het aan de werkgever om keuzes te maken in het belang van de bedrijfsvoering.
Dat wij na 2 contracten onbepaald zouden aanbieden; de situatie is nu wel anders op dit moment…”, waarna zij verwijst naar het feit dat het stroef loopt en de onzekerheid van de duur van de ziekte van [appellant] . Stichtse Vecht heeft geen uitleg kunnen geven voor de passage in deze mail. De door [appellant] gestelde afspraak strookt ook met wat Stichtse Vecht zelf stelt over wat er bij indiensttreding van [appellant] is besproken, namelijk dat het uitgangspunt is dat bij uitvoering van de diensten naar behoren en volle tevredenheid een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wordt aangeboden. Het hof oordeelt daarom dat Stichtse Vecht de door [appellant] gestelde afspraak onvoldoende heeft betwist. Ook als moet worden aangenomen dat de toezegging voor een vast dienstverband nog afhing verbetering van het door Stichtse Vecht genoemde “
sociale sausje”, zoals zij lijkt te suggereren, moet worden geoordeeld dat Stichtse Vecht niet voldoende heeft onderbouwd dat het functioneren van [appellant] een gerechtvaardigde reden was om van die toezegging af te wijken. Er zijn geen functioneringsverslagen waaruit dat blijkt. Dat had van haar als zorgvuldig werkgever wel verwacht mogen worden.
4.De beslissing
€ 693,- aan griffierecht
€ 818,- salaris van de advocaat van [appellant] (2 punten tarief tot € 20.000,-)