Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[woonplaats](hierna: belanghebbende)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 december 2024 uitspraak gedaan in het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 21 december 2023. De zaak betreft de ontvankelijkheid van een bezwaar dat door belanghebbende is ingediend tegen de beschikking van de heffingsambtenaar van de gemeente Westerwolde, waarin de waarde van een onroerende zaak is vastgesteld op € 108.000 per waardepeildatum 1 januari 2020. De heffingsambtenaar had het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard, wat door de rechtbank werd bevestigd. Belanghebbende stelde dat er sprake was van verschoonbare termijnoverschrijding bij de indiening van het bezwaarschrift, dat te laat was ingediend op 5 juli 2021, terwijl de termijn eindigde op 9 april 2021. Tijdens de zitting op 17 oktober 2024 heeft belanghebbende verklaard dat hij leed aan depressiviteit, maar het Hof oordeelde dat niet was aangetoond dat deze omstandigheden de termijnoverschrijding verschoonbaar maakten. Het Hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het hoger beroep ongegrond. De proceskosten werden niet toegewezen.