ECLI:NL:GHARL:2024:7458

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
3 december 2024
Publicatiedatum
3 december 2024
Zaaknummer
200.338.794
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verstek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onderzoekskosten na diefstal door werknemer

In deze zaak heeft Debiteuren365.nl B.V., voorheen handelend onder de naam DBO Finance B.V., hoger beroep ingesteld tegen een verstekvonnis van de kantonrechter in de rechtbank Gelderland. De zaak betreft een vordering tot betaling van onderzoekskosten die zijn gemaakt naar aanleiding van een diefstal door een werknemer van een supermarkt. De werknemer heeft erkend € 2.000,- te hebben gestolen en heeft een schuldbekentenis ondertekend waarin hij ook aansprakelijkheid heeft erkend voor de niet gespecificeerde onderzoekskosten. De kantonrechter heeft de vordering van Debiteuren365.nl afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd zou zijn. Debiteuren365.nl heeft echter in hoger beroep de vordering opnieuw ingediend, met als doel de afgewezen vordering alsnog toegewezen te krijgen.

Het hof heeft geoordeeld dat de vordering toewijsbaar is, omdat de geïntimeerde niet is verschenen en de vordering niet onrechtmatig of ongegrond lijkt. Debiteuren365.nl heeft voldoende bewijs geleverd dat de geïntimeerde zich contractueel heeft verbonden om de onderzoekskosten te vergoeden. Het hof heeft de hoogte van de onderzoekskosten en de verschuldigdheid van de bedragen niet betwist gezien, aangezien de geïntimeerde geen verweer heeft gevoerd. Het hof heeft de vordering tot betaling van € 4.099,50 aan onderzoekskosten toegewezen, evenals de wettelijke rente vanaf 4 januari 2020.

Daarnaast zijn de buitengerechtelijke kosten toegewezen, met inachtneming van de wettelijke eisen. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de geïntimeerde veroordeeld tot betaling van de proceskosten, zowel in eerste aanleg als in hoger beroep. De uitspraak is gedaan op 3 december 2024.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem, afdeling civiel
zaaknummer gerechtshof 200.338.794
zaaknummer rechtbank Gelderland 10792532
arrest van 3 december 2024
in de zaak van
Debiteuren365.nl B.V., voorheen handelend
onder de naam DBO Finance B.V.
die is gevestigd in Hoorn
die hoger beroep heeft ingesteld
en bij de kantonrechter optrad als eisende partij
hierna: Debiteuren365.nl
advocaat: mr. P. Thole
tegen
[geïntimeerde]
die woont in [woonplaats1]
die bij de kantonrechter optrad als gedaagde partij
hierna: [geïntimeerde]
niet verschenen

1.Het verloop van de procedure in hoger beroep

1.1.
Debiteuren365.nl heeft hoger beroep ingesteld tegen het verstekvonnis dat de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, (hierna: de kantonrechter) op 29 november 2023 tussen partijen heeft uitgesproken. Het procesverloop in hoger beroep blijkt uit:
  • de dagvaarding in hoger beroep;
  • de verstekverlening tegen [geïntimeerde] op 19 maart 2024
  • de memorie van grieven.
1.2.
Hierna is de zaak voor arrest komen te staan.

2.De kern van de zaak

2.1.
[geïntimeerde] heeft zich tijdens zijn dienstverband bij een supermarkt van Albert Heijn op onrechtmatige wijze € 2.000,- toegeëigend. [geïntimeerde] heeft dit erkend en een schuldbekentenis ondertekend, waarin hij heeft verklaard aansprakelijk te zijn voor het gestolen bedrag en voor de (niet nader gespecificeerde) onderzoekskosten. De supermarkt heeft de vordering op [geïntimeerde] overgedragen aan Debiteuren365.nl.
2.2.
Debiteuren365.nl heeft bij de kantonrechter gevorderd dat [geïntimeerde] veroordeeld wordt tot betaling van € 4.099,50 vermeerderd met de contractuele rente van 1% per maand dan wel de wettelijke rente en € 822,78 aan buitengerechtelijke kosten en met veroordeling van [geïntimeerde] in de proceskosten, beide vermeerderd met de wettelijke rente.
2.3.
De kantonrechter heeft de vordering afgewezen. Volgens de kantonrechter heeft Debiteuren365.nl onvoldoende onderbouwd dat het bedrag aan onderzoekskosten (€ 6.599,50) onderdeel uitmaakt van de schuldbekentenis en dat [geïntimeerde] daarvoor aldus een betalingsverplichting is aangegaan. De bedoeling van het hoger beroep is dat de afgewezen vordering alsnog wordt toegewezen.

3.Het oordeel van het hof

De beslissing
3.1.
Het hof zal de vordering alsnog toewijzen, omdat [geïntimeerde] in eerste aanleg en in hoger beroep niet is verschenen en de vordering het hof niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt. [geïntimeerde] heeft het recht om in verzet te gaan en dan alsnog gemotiveerd verweer te voeren tegen de vordering. Het hof licht zijn beslissing hierna toe.
3.2.
Volgens Debiteuren365.nl heeft [geïntimeerde] zich door ondertekening van de schuldbekentenis verbonden om het gestolen geldbedrag (€ 2.000,-) en de gemaakte onderzoekskosten, te vermeerderen met contractuele rente, terug te betalen. Debiteuren365.nl stelt dat in totaal een bedrag van € 6.599,50 aan onderzoekskosten door onderzoeksbureau VMB Security & Solutions bij de supermarkt in rekening is gebracht. [geïntimeerde] heeft volgens Debiteuren365.nl na sommatie € 2.500,- aan Debiteuren365.nl terugbetaald. Dit bedrag is in mindering gebracht op de gemaakte onderzoekskosten. Debiteuren365.nl stelt dat daardoor een bedrag van € 2.000,- uit hoofde van de schuldbekentenis en een bedrag van € 4.099,50 aan onderzoekskosten resteert. Van dit laatste bedrag vordert Debiteuren365.nl in rechte betaling. Debiteuren365.nl stelt verder dat [geïntimeerde] de verschuldigdheid van de bedragen heeft erkend door een betalingsregeling met Debiteuren365.nl aan te gaan en betalingen te verrichten.
3.3.
Het hof is van oordeel dat Debiteuren365.nl aan haar stelplicht heeft voldaan en het gevorderde bedrag van € 4.099,50 toewijsbaar is. Zij heeft voldoende onderbouwd gesteld dat [geïntimeerde] zich op onrechtmatige wijze gelden heeft toegeëigend en dat hij zich middels ondertekening van de schuldbekentenis heeft verbonden het gestolen geld en ook de onderzoekskosten, die gemaakt zijn om vast te kunnen stellen dat [geïntimeerde] het geld heeft gestolen, terug te betalen. Debiteuren365.nl heeft de onderzoekskosten voldoende onderbouwd aan de hand van de in het geding gebrachte specificatie. [geïntimeerde] heeft de verschuldigdheid van het gevorderde bedrag niet weersproken. Meer in het bijzonder heeft hij niet weersproken dat hij zich verbonden heeft om de gemaakte onderzoekskosten te vergoeden en dat deze € 6.599,50 bedragen. Het feit dat in de schuldbekentenis geen bedrag aan onderzoekskosten is opgenomen en de door Debiteuren365.nl overgelegde specificatie van de onderzoekskosten niet door [geïntimeerde] is ondertekend, maakt dat niet anders. [geïntimeerde] heeft zich namelijk wel contractueel verbonden om onderzoekskosten te betalen en door niet te verschijnen in de procedure heeft Belkamer de hoogte van die onderzoekskosten vervolgens niet bestreden. Ook de betalingsachterstand is niet weersproken.
3.4.
[geïntimeerde] heeft door niet te verschijnen ook geen verweer gevoerd tegen de overeengekomen rente van 1% per maand. Debiteuren365.nl vordert de contractuele rente vanaf 24 oktober 2017 (datum schuldbekentenis), subsidiair vanaf 24 oktober 2019 en meer subsidiair vanaf datum dagvaarding. In de dagvaarding in eerste aanleg heeft Debiteuren365.nl evenwel gesteld dat zij aanspraak maakt op de contractuele rente vanaf 1 december 2017. Debiteuren365.nl heeft onvoldoende onderbouwd dat de contractuele rente vanaf 24 oktober 2017 of 24 oktober 2019 toewijsbaar is, omdat in de schuldbekentenis geen bedrag aan onderzoekskosten staat opgenomen en niet duidelijk is vanaf welke datum aanspraak is gemaakt op betaling van een concreet bedrag aan onderzoekskosten. Ook heeft Debiteuren365.nl niet toegelicht wanneer [geïntimeerde] de betalingen heeft verricht die op het bedrag aan onderzoekskosten in mindering zijn gebracht. Het hof zal de wettelijke rente toewijzen vanaf 4 januari 2020, omdat dat de datum is waarop (ook volgens Debiteuren365.nl, zie randnummer 18 dagvaarding) de termijn uit de sommatiebrief van 16 december 2019, waarin de onderzoekskosten staan opgenomen, is verlopen.
3.5.
Ten aanzien van de gevorderde buitengerechtelijke kosten geldt dat [geïntimeerde] niet heeft weersproken dat hij de door Debiteuren365.nl verzonden sommatiebrief, die voldoet aan de eisen van artikel 6:96 lid 6 BW, heeft ontvangen
.Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten (€ 679,98 exclusief btw) is lager dan het in het Besluit bepaalde tarief en zal daarom worden toegewezen. Debiteuren365.nl heeft het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten vermeerderd met btw. De gevorderde btw is niet toewijsbaar, omdat Debiteuren365.nl niet heeft gesteld geen ondernemer te zijn in de zin van artikel 7 van de Wet op de omzetbelasting 1968 of als ondernemer een vrijgestelde prestatie verricht te hebben.
De conclusie
3.6.
Het hoger beroep slaagt. Omdat [geïntimeerde] grotendeels in het ongelijk zal worden gesteld, zal het hof [geïntimeerde] tot betaling van de proceskosten zowel in hoger beroep als bij de kantonrechter veroordelen. Onder die kosten vallen ook de nakosten die nodig zijn voor de betekening van de uitspraak en de wettelijke rente daarover. De rente is verschuldigd vanaf veertien dagen na die betekening. [1]
3.7.
De veroordelingen in deze uitspraak kunnen ook ten uitvoer worden gelegd als een van partijen de beslissing van het hof voorlegt aan de Hoge Raad (uitvoerbaarheid bij voorraad).

4.De beslissing

Het hof:
4.1.
vernietigt het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, van 29 november 2023 en
- veroordeelt [geïntimeerde] om tegen behoorlijk bewijs van betaling aan Debiteuren365.nl te betalen een bedrag van € 4.099,50, te vermeerderden met de contractuele rente vanaf 4 januari 2020 tot de dag van algehele voldoening;
- veroordeelt [geïntimeerde] om tegen behoorlijk bewijs van betaling aan Debiteuren365.nl te betalen een bedrag van € 679,98, te vermeerderden met de wettelijke rente vanaf 19 oktober 2023 tot de dag van algehele voldoening;
4.2.
veroordeelt [geïntimeerde] tot betaling van de volgende proceskosten van Debiteuren365.nl tot aan de uitspraak van de kantonrechter:
€ 487,- aan griffierecht
€ 130,49 aan kosten voor het betekenen (bekendmaken) van de dagvaarding aan [geïntimeerde]
€ 264,- aan salaris van de advocaat van Debiteuren365.nl (1 procespunt x tarief € 264,-)
en tot betaling van de volgende proceskosten van Debiteuren365.nl in hoger beroep:
€ 798,- aan griffierecht
€ 112,99 aan kosten voor het betekenen (bekendmaken) van de dagvaarding aan [geïntimeerde]
€ 858,- aan salaris van de advocaat van Debiteuren365.nl (1 procespunt x appeltarief I)
4.3.
bepaalt dat al deze kosten moeten worden betaald binnen 14 dagen na vandaag. Als niet op tijd wordt betaald, dan worden die kosten verhoogd met de wettelijke rente;
4.4.
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit arrest is gewezen door mrs. M. Schoemaker, A.A. van Rossum en L.A. de Vrey, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op
3 december 2024.

Voetnoten

1.HR 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853.