In deze zaak gaat het om een incident dat is ingesteld door Stichting Portaal, die een huurwoning verhuurde aan de ouders van de appellanten, [appellant] en [appellante]. Na het overlijden van de ouders hebben de appellanten, die zich op het adres van hun grootouders hebben ingeschreven, geweigerd de huurwoning te verlaten. Portaal heeft daarop ontruiming gevorderd bij de kantonrechter, die de ontruimingsvordering heeft toegewezen maar de vordering tot betaling van een gebruiksvergoeding heeft afgewezen. De kantonrechter heeft het vonnis niet uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat Portaal in hoger beroep aanvecht. Het hof oordeelt dat de incidentele vordering van Portaal tot uitvoerbaarverklaring bij voorraad van het vonnis moet worden afgewezen. Het hof stelt vast dat er geen juridische misslag is in de beoordeling van de kantonrechter en dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die een andere beslissing rechtvaardigen. De vordering van Portaal wordt afgewezen en zij wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten in het incident.