3.4De pensioenbrief bevat de onder meer de volgende bepalingen:
“
Artikel B.1 Aanspraken
1. De werknemer heeft aanspraak op:
Een kapitaal bij leven om daarmee op de pensioendatum ouderdomspensioen voor
zichzelf en lof partnerpensioen voor de partner aan te kopen;
(…)
Artikel B.2 Verzekeringen
1. De verzekeringsovereenkomst is een kapitaalverzekering met pensioenclausule. (…)
3. Door het sluiten van de kapitaalverzekering met pensioenclausule en het betalen van de bijdrage van de werkgever en de (eventuele) bijdrage van de werknemer aan de verzekeraar alsmede het verschaffen van de relevante gegevens aan de verzekeraar, voldoet de werkgever aan al zijn verplichtingen die voortvloeien uit deze pensioenbrief. De werkgever is nimmer tot meer gehouden dan de krachtens deze pensioenbrief verschuldigde bijdragen en zal verder op geen enkele wijze verplicht zijn tot enige betalingen en/of uitkeringen ter zake van de in deze pensioenbrief omschreven pensioenen.
(…)
Artikel B.3 Financiering van tot de pensioendatum mee te verzekeren dekkingen
1. De laatstelijk vastgestelde pensioenaanspraken worden voor de financiering van de uit deze aanspraken voortvloeiende verzekeringen gesplitst in:
a. pensioenaanspraken die kunnen worden toegekend aan de reeds voltooide dienstjaren (de z.g. backservice-aanspraken);
b. pensioenaanspraken die kunnen worden toegekend aan de toekomstige dienstjaren tot de pensioendatum (de z.g. comingservice-aanspraken).
2. Het verschil tussen de backservice-aanspraken en de reeds gefinancierde aanspraken wordt door middel van incidentele koopsommen ingekocht.
3 De comingservice-aanspraken worden gefinancierd door betaling van gelijkblijvende jaarpremies, die telkens bij wijziging van de verzekeringen worden aangepast.
(…)
Artikel C.1 Ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum
1. De werknemer heeft aanspraak op een kapitaal bij leven om daarmee op de pensioendatum ouderdomspensioen voor zichzelf en/of partnerpensioen voor de partner aan te kopen (…)
De hoogte van het jaarlijkse ouderdomspensioen en het eventueel voor de partner van de werknemer mee te verzekeren jaarlijkse partnerpensioen, ingaand bij overlijden van de (gewezen) werknemer vanaf de pensioendatum is afhankelijk van:
- het op de pensioendatum aanwezige kapitaal bij leven;
- de op de pensioendatum voor de aankoop van de desbetreffende pensioenen geldende tarieven.
2. Voor de vaststelling van het te verzekeren kapitaal bij leven dient als rekengrootheid het beoogde ouderdomspensioen (…)
Het kapitaal bij leven wordt jaarlijks op de peildatum opnieuw vastgesteld op basis van de op dat moment actuele tarieven.
Het beoogde ouderdomspensioen is 70% van de laatstelijk voor de werknemer vastgestelde pensioengrondslag vermenigvuldigd met het aantal dienstjaren, gelegen tussen de aanvang van het dienstverband en de pensioenrichtdatum. (…)”