ECLI:NL:GHARL:2024:602

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
11 januari 2024
Publicatiedatum
24 januari 2024
Zaaknummer
200.335.465
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Einde ondertoezichtstelling en niet tijdige verlenging in jeugdzorgzaak

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 januari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ondertoezichtstelling van kinderen. De ondertoezichtstelling was oorspronkelijk verleend door de kinderrechter op 27 oktober 2022 en gold tot 27 oktober 2023. De kinderrechter heeft op 27 oktober 2023 de ondertoezichtstelling verlengd. Het hof oordeelt echter dat de ondertoezichtstelling van rechtswege is geëindigd op 26 oktober 2023, omdat de maximale duur van één jaar was bereikt. De verlenging op 27 oktober 2023 was dus niet tijdig en kon niet meer plaatsvinden. Het hof verwijst naar HR 9 juli 2021, ECLI:HR:2021:1113, waarin is bepaald dat een ondertoezichtstelling die niet tijdig is verlengd, niet meer kan worden verlengd.

De zaak werd behandeld met gesloten deuren, waarbij de betrokken partijen, waaronder de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming Gelderland, de moeder en de vader, aanwezig waren. De vader had voorwaardelijk incidenteel appel ingesteld, maar het hof kwam hier niet aan toe omdat niet aan de voorwaarden was voldaan. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank Gelderland van 27 oktober 2023 vernietigd en de verzoeken van de vader afgewezen. De voorzitter van het hof heeft meegedeeld dat een afschrift van de uitspraak binnen veertien dagen zal volgen.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem, afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.335.465
zaaknummer rechtbank Gelderland 424473
proces-verbaal van uitspraak als bedoeld in artikel 29a Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv)
Proces-verbaal van de mondelinge behandeling met gesloten deuren van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 januari 2024, door mrs. J.U.M. van der Werff, voorzitter, I.G.M.T. Weijers-van der Marck en L. Hamer, leden, bijgestaan door mr. L.M. de Wit, griffier,
in de zaak van:

de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming Gelderland,

die is gevestigd in Arnhem,
verzoeker in hoger beroep
hierna: de GI,

[de moeder] ,

die woont in [woonplaats1] ,
hierna: de moeder,
advocaat: mr. S. Striekwold,
en

[de vader] ,

die woont in [woonplaats1] en verblijft in [verblijfplaats] ,
hierna: de vader,
advocaat: mr. A. Oosterhuis-Boeve.
Aanwezig waren:
  • de vader met zijn advocaat;
  • de moeder het haar advocaat;
  • [naam1] en [naam2] , namens de GI;
  • [naam3] , namens de raad.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft het hof de zitting geschorst voor overleg in de raadkamer. Vervolgens heeft het hof de zaak doen uitroepen voor uitspraak en heeft het hof op grond van artikel 29a Rv in het openbaar mondeling uitspraak gedaan.
De kinderrechter heeft de kinderen onder toezicht gesteld van de GI in de beschikking van 27 oktober 2022. Volgens die beschikking is de ondertoezichtstelling geldig
met ingang van 27 oktober 2022 tot 27 oktober 2023.
In de beschikking van 27 oktober 2023 heeft de kinderrechter de ondertoezichtstelling van de kinderen verlengd en een zorgregeling vastgesteld tussen de kinderen en de vader.
Zowel de GI als de vader stellen zich op het standpunt dat de ondertoezichtstelling niet tijdig is verlengd. De moeder heeft hierover geen standpunt ingenomen.
Het hof oordeelt als volgt. Artikel 1:258 BW bepaalt dat de duur van de ondertoezichtstelling ten hoogste één jaar is. Uit de tekst van de beschikking van 27 oktober 2022 volgt dat de ondertoezichtstelling is verleend voor de periode van 27 oktober 2022
tot27 oktober 2023. Dat is precies één jaar. Daarmee is de ondertoezichtstelling van rechtswege geëindigd op 26 oktober 2023. De verlenging op 27 oktober 2023 is daarom buiten de termijn van één jaar gedaan. Op grond van HR 9 juli 2021, ECLI:HR:2021:1113 kan een ondertoezichtstelling die niet tijdig is verlengd en dus is geëindigd ook niet meer verlengd worden.
Voorstaande leidt ertoe dat het hof de beschikking van de rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, van 27 oktober 2023 zal vernietigen.
De vader heeft voorwaardelijk incidenteel appel gesteld. Omdat aan de voorwaarden niet wordt voldaan, komt het hof niet toe aan inhoudelijke behandeling van dit incidenteel appel. Het hof wijst de verzoeken van de vader daarom af. Het hof ziet geen aanleiding voor de door de vader verzochte kostenveroordeling.

De beslissing

Het hof vernietigt de beschikking van de rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, van 27 oktober 2023;
wijst het meer of anders verzochte af.
De voorzitter deelt mee dat een afschrift van het bovenstaande volgt binnen veertien dagen en sluit de zitting.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal dat conform artikel 29a Rv is ondertekend door de voorzitter.
Mr. J.U.M. van der Werff
voorzitter