Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
- een memorie van grieven
- een memorie van antwoord tevens van grieven in incidenteel hoger beroep en tevens een vermeerdering van eis in reconventie
- een memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep tevens akte uitlating vermeerdering van eis in reconventie.
2.De kern van de zaak
3.De vaststaande feiten
4.De vorderingen
5.Het oordeel van het hof
Tot dusver is eiser niet ingegaan op mijn schikkingsvoorstellen maar een 50/50 verdeling van de resterende huurtermijn lijkt mij redelijk. Per 1 oktober beide huurovereenkomsten ontbinden en herstel van de door huurder eiser aangebrachte voorzieningen betekent een finale betaling van € 30.749,29 (…) door (…) [appellant] aan (…) [geïntimeerde] .”Een redelijke uitleg van de processtukken brengt mee dat hier sprake is van een vordering van [geïntimeerde] (dus: in reconventie). Dit is als zodanig, zo blijkt uit het vonnis en daartegen is niet gegriefd, door de kantonrechter ook met partijen besproken; [appellant] heeft op die vordering ook ter gelegenheid van de mondelinge behandeling gereageerd. Dat [appellant] niet in de gelegenheid is gesteld om daaraan voorafgaand een schriftelijke conclusie van antwoord in reconventie te nemen, maakt niet dat hij geen redelijke mogelijkheid heeft gehad om zich tegen de tegenvordering te verweren. In het tussenvonnis van 13 september 2022 is overigens al benoemd dat [geïntimeerde] een tegenvordering had ingesteld. In dat tussenvonnis is [appellant] de keus gelaten of hij daarop schriftelijk dan wel mondeling wilde reageren. Bovendien ligt de tegenvordering in het verlengde van wat [appellant] met zijn vordering aan de orde had gesteld. Dat de kantonrechter het door [geïntimeerde] gestelde heeft opgevat als een tegenvordering en daarop heeft beslist, acht het hof dan ook niet onbegrijpelijk en niet in strijd met 137 Rv. [1]
‘Bepaalde tijd langer dan twee (2) jaar (zelfstandig)/ vijf (5) jaar (onzelfstandig)’. De mogelijke opties 1 tot en met 3 voor ‘duur, verlenging en opzegging’, zijn vervolgens doorgehaald, waarna onder de resterende optie 4 in artikel 3.1 is bepaald dat de huurovereenkomst is aangegaan voor
‘dertig maanden, ingaande op 1 oktober 2020 en lopende tot en met 31 maart 2023’. Artikel 3.4 bepaalt vervolgens dat als die periode zonder opzegging verstrijkt, de huurovereenkomst voor onbepaalde tijd doorloopt. Daarmee is op duidelijke wijze verwoord dat de huurovereenkomst voor een bepaalde tijd is aangegaan.
- begin april 2022 is een aantal maal door of namens [appellant] aangegeven dat door [geïntimeerde] genoemde momenten voor bezichtiging niet uitkwamen;
- op het afgesproken moment voor bezichtiging van 12 april 2022 wilde (de vader van) [appellant] niet wachten op [geïntimeerde] , die had aangegeven iets later maar wel onderweg te zijn;
- een afgesproken moment voor herstel op 19 april 2022 is diezelfde dag vóór de komst van [geïntimeerde] en de door hem ingeschakelde aannemer door [appellant] afgezegd.
- op 20 april 2022 heeft [geïntimeerde] nieuwe data van 26 en 29 april 2022 voor herstelwerk voorgesteld, waar niet op is gereageerd;
- op 25 april 2022 heeft de gemachtigde van [appellant] geantwoord dat [geïntimeerde] op woensdag en vrijdag kan herstellen;
- op 26 april 2022 heeft [geïntimeerde] geantwoord dat hij, zoals is voorgesteld, woensdag
- op 26 april 2022 mailt [geïntimeerde] [appellant] dat hij op donderdag 28 en vrijdag 29 april zal langskomen, waarop niet geantwoord is;
- op 28 april 2022 vraagt [geïntimeerde] om 08.01 uur of hij die dag terecht kan, waarop niet is geantwoord en waarna [geïntimeerde] niet bij het gehuurde is verschenen;
- op 29 april 2022 vraagt [geïntimeerde] om 08.13 uur via WhatsApp of hij over een uur toegang krijgt, wat hij in een e-mailbericht van 08.28 uur herhaalt, onder mededeling dat door de werkzaamheden aan de Ringweg van [plaats1] zijn komst ook vertraagd kan zijn;
- op 29 april 2022 om 08.48 uur antwoordt (de vader van) [appellant] dat hij vanaf
- op 29 april 2022 heeft [geïntimeerde] in een e-mailbericht aan [appellant] gemachtigde geprotesteerd tegen herhaalde weigering tot toegang en dat hij graag die dag wil horen op welke twee dagen hij in de volgende week met zijn aannemer werkzaamheden kan verrichten;
- op 3 mei 2022 heeft [geïntimeerde] een rappel gezonden;
- op 3 mei 2022 heeft [appellant] gemachtigde zich beklaagd over de handelwijze van [geïntimeerde] , dat [geïntimeerde] voldoende in de gelegenheid is gesteld de gebreken te verhelpen, dat [appellant] geen huur meer zal betalen en dat [appellant] het recht heeft de overeenkomst te ontbinden. Een mogelijke nieuwe datum voor herstelwerkzaamheden wordt niet genoemd;
- op 4 mei 2022 heeft [geïntimeerde] [appellant] via zijn gemachtigde gesommeerd om mee te werken aan herstel op dinsdag 6 mei 2022 en zo nodig op woensdag 7 mei 2022, waarna om een bevestiging van te verlenen toegang wordt gevraagd;
- op 6 mei 2022 heeft [geïntimeerde] nogmaals om die bevestiging gevraagd;
- de gemachtigde van [appellant] heeft op 6 mei 2022 geantwoord dat [geïntimeerde] op woensdag 7 mei en donderdag 8 mei 2022 toegang zal krijgen voor het verrichten van herstelwerk;
- [geïntimeerde] heeft vervolgens bevestigd dat zij zijn overeengekomen dat op woensdag 11 mei en donderdag 12 mei herstelwerkzaamheden zullen worden verricht en dat na opname van de aardbevingsschade op 24 mei 2022 door het Instituut Mijnbouwschade Groningen de scheuren in de gevel zullen worden hersteld;
- op 12 mei 2022 heeft [geïntimeerde] aan [appellant] gevraagd of hij de volgende dag langs kan komen om een en ander af te ronden;
- de vader van [appellant] heeft daarop geantwoord dat het die dag toch klaar zou zijn en dat het de volgende dag niet schikt;
- op 18 mei 2022 heeft [geïntimeerde] de vader van [appellant] herinnerd aan de inspectie van de aardbevingsschade en gevraagd of iemand dan thuis is. De vader van [appellant] heeft daarop geantwoord dat alle contact via de advocaat van [appellant] moet verlopen;
- in e-mailberichten van 22 en 23 mei 2022 aan de gemachtigde van [appellant] heeft [geïntimeerde] aangedrongen op toegang voor de inspectie van de aardbevingsschade, dat tegelijk het dakterras zal worden gerepareerd, en dat na de inspectie een planning kan worden gemaakt voor het oplossen van klachten van scheuren in het stucwerk.