Uitspraak
[appellant],
YBA,
1.Het verloop van de procedure bij het hof
2.De kern van de zaak
3.De vaststaande feiten
Hij heeft voor deze auto een verzekering op grond van de Wet Aansprakelijkheids-verzekering Motorvoertuigen (een WAM-verzekering) afgesloten bij YBA.
thv Shell aan de Margijnenenk. Vervolgens wilde collega’s(zwartgelakt)
controleren waarop een achtervolging ontstond. Gelijktijdig werd [naam1] gevolg door(zwartgelakt)
welke via de Dapperstraat in de richting van de Ceintuurbaan ging (meerdere keren druk bellend). Vervolgens werd(zwartgelakt)
aangehouden door de collega’s waarop rapp(zwartgelakt)
[naam1] wilde controleren. [naam1] stapte echter op de Ceintuurbaan in als bijrijder bij de PA van [appellant] . Rapp(zwartgelakt)
heeft het portier van [naam1] losgetrokken en zich kenbaar gemaakt als politieambtenaar. [naam1] schreeuwde vervolgens ‘rijden, rijden!!’. Hierop scheurde [appellant] weg over de Ceintuurbaan idrv de rotonde met de Hoge Hondstraat. Ik,(zwartgelakt),
reed in tegengestelde richting op de Ceintuurbaan en reed in een onopvallend dienstvoertuig. Ik,(zwartgelakt),
hoorde via mijn verbindingsmiddelen van collega(zwartgelakt)
dat de beide personen ervandoor gingen en zich onttrokken aan de staande houding. Ik,(zwartgelakt),
zag het voertuig met piepende banden wegrijden bij mijn collega(zwartgelakt).
Ik,(zwartgelakt),
heb mijn voertuig op de rijbaan van de bestuurder van de Twingo, [appellant] neergezet en zag dat de bestuurder mij,(zwartgelakt),
aankeek. Ik zag dat [appellant] mij op ongeveer 20 m naderde. Ik,(zwartgelakt),
zag dat de bestuurder [appellant] geen vaart minderde maar een stuurbeweging naar rechts maakte en zodoende kennelijk via het trottoir / parkeerstrook wilde passeren. Hierop heb ik,(zwartgelakt),
stapvoets mijn voertuig tegen het voertuig van [appellant] gezet en hem tot stoppen gedwongen. Hierdoor stopte [appellant] en werden beide aangehouden. Door de manoeuvre is er schade ontstaan aan het voertuig van [appellant] en mijn dienstvoertuig.”
4.De beoordeling van het geschil
de bestuurder of verzekerde met opzet of door roekeloosheid mede schade heeft veroorzaakt.’ In artikel 1.2 van de polisvoorwaarden zijn de begrippen opzet en roekeloosheid als volgt gedefinieerd:
‘
Opzet: het willens en wetens (doelgericht) een verboden handeling uitvoeren en/of het verboden gevolg bewerkstelligen.(…)Roekeloosheid: handelen zonder zorg voor de gevolgen en de gevaren van de handeling.’
a. [appellant] aansprakelijk is voor deze schade;
b. [appellant] de schade opzettelijk of door roekeloos heeft veroorzaakt.
YBA dient te stellen, en zo nodig te bewijzen, dat aan deze vereisten is voldaan. Daarbij heeft te gelden dat indien vaststaat dat [appellant] de schade opzettelijk of door roekeloosheid heeft veroorzaakt (vereiste b) er ook van kan worden uitgegaan dat hij aansprakelijk is voor deze schade (vereiste a).
‘
Op basis van deze uitgangspunten ziet de kantonrechter geen aanleiding om aan de echtheid van het mutatierapport te twijfelen. Voor dit oordeel is allereerst van belang dat het mutatierapport een gedetailleerd verslag bevat van de gebeurtenissen op 8 november 2021 waarbij [appellant] betrokken was. Hoewel een politielogo en een ondertekening ontbreken, bevat het mutatierapport vele gegevens wel, zoals de betreffende politie-eenheid, district en basisteam, een registratienummer van het incident en het registratienummer van de politieagent die het rapport heeft opgesteld. Ook bevat het mutatierapport gegevens van [appellant] . zijn auto en zijn bijrijder op het moment van het voorval. Dit maakt dat het zeer onaannemelijk is dat het mutatierapport niet van de politie afkomstig is. Het feit dat de namen van de betreffende politieagenten zijn weggelakt maakt dit oordeel niet anders.’
In het mutatierapport is uitdrukkelijk vermeld dat de politieagent zich als zodanig kenbaar heeft gemaakt. Het hof ziet geen reden om op voorhand aan de juistheid van deze door een politieagent verstrekte en vervolgens op schrift gestelde informatie te twijfelen. Daarbij is ook van belang dat [appellant] voor het overige de in het mutatierapport beschreven feitelijkheden niet betwist en hij in hoger beroep ook niet bestrijdt, zoals de kantonrechter in 5.7 van het vonnis van 19 maart 2024 heeft overwogen, dat hij geen duidelijk antwoord heeft kunnen geven op haar vraag of de persoon die bij hem instapte “
rijden, rijden!” heeft gezegd. Met het mutatierapport heeft YBA het bewijs van de door haar gestelde toedracht dan ook geleverd, met dien verstande dat [appellant] tegenbewijs had kunnen leveren, bijvoorbeeld door een schriftelijke verklaring in het geding gebracht van zijn passagier.
expliciet het recht voor[behouden] om in een later stadium alsnog nadere producties in de procedure te brengen.’ Dat voorbehoud kan, ook wanneer in aanmerking wordt genomen dat een bewijsaanbod tot het leveren van tegenbewijs niet gespecificeerd behoeft te zijn, niet worden aangemerkt als een aanbod tot het leveren van tegenbewijs tegen het voorshands bewezen feit dat de politieagent zich als zodanig kenbaar heeft gemaakt. Getuigenbewijs heeft [appellant] niet aangeboden. Het hof ziet ook geen reden om [appellant] ambtshalve tot het leveren van dat tegenbewijs toe te laten.