Uitspraak
1.[appellant]
[appellante]
1.[geïntimeerde1]
[geïntimeerde2],
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
- de akte nadere producties (met producties) van [geïntimeerden] ;
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 8 februari 2024;
- de memorie na enquête met productie van [geïntimeerden] ;
- de memorie na enquête van [appellanten]
2.De verdere beoordeling van het hoger beroep
tussen perceel 729 en perceel 786, zoals weergegeven op het relaas van bevindingen van 9 november 2022 tussen enerzijds de rode stippellijn (de kadastrale grens), vanaf de krijt streep (“kr str”) tot aan het grenspunt van perceel 729 en 1113 en anderzijds de houten schutting;
tussen perceel 1113 en perceel 786, zoals weergegeven op het relaas van bevindingen van 9 november 2022 tussen enerzijds de rode stippellijn (de kadastrale grens), vanaf het grenspunt tussen perceel 729 en 1113 tot het punt ter hoogte van het einde van de schutting en anderzijds de schutting.
op precies dezelfde plek” gebleven. Hij heeft van de werkzaamheden niets gezien maar is wel de dagen erna in de tuin geweest. Toen heeft hij gezien dat er een nieuwe schutting stond met betonnen palen in plaats van houten palen, “
op een vergelijkbare positie(…)
als de oude situatie”. De verklaring van [naam1] is naar het oordeel van het hof onvoldoende concreet. Onduidelijk is hoe [naam1] kan weten dat het schuttingdeel van [appellanten] op precies dezelfde plek is gebleven als hij tijdens de werkzaamheden niet aanwezig is geweest. Dat hij vanuit de openslaande deuren van de slaapkamer op de tuin van [geïntimeerden] kon uitkijken, vindt het hof niet voldoende om dit aan te kunnen nemen. Zijn verklaring dat hij een paar dagen na het plaatsen van de schutting zag dat de schutting op een vergelijkbare positie is geplaatst, acht het hof tegenstrijdig met zijn verklaring dat het schuttingdeel op precies dezelfde plek is geplaatst als de nieuwe schutting. Daarmee komt beperkte overtuigingskracht toe aan de verklaring van [naam1] .
Het verschil met de oude schutting was dat de nieuwe schutting een paal was met de delen ertussen en de oude schutting was een paal met de delen om en om aan weerszijden van de paal.” Dat de nieuwe schutting een ander type was dan de oude, wordt door [naam1] bevestigd. [naam1] heeft verklaard dat de paal iets is verplaatst in 2012. Met deze paal, zo begrijpt het hof, wordt de paal bedoeld in de hoek tussen de percelen [geïntimeerden] , [appellanten] , [naam1] en [naam2] . Volgens [naam1] is de paal weliswaar iets verplaatst, maar had dit geen invloed op de plaats van de schuttingdelen, omdat in de nieuwe situatie de schuttingdelen tussen de palen inzaten [1] . Dat de nieuwe schutting een ander type was dan de oude schutting, is gemotiveerd betwist door [appellanten] Zelfs als echter de nieuwe schutting een ander type was dan de oude schutting (namelijk met delen er tussen, in plaats van om en om), dan is daarmee nog niet vast komen te staan dat de nieuwe schutting op precies dezelfde plek is neergezet als de oude schutting. Ook in dat geval kan de schutting vanaf het hoekpunt een andere lijn hebben gevolgd dan de kadastrale grens, hetgeen ook lijkt te volgen uit een door [naam1] tijdens zijn verhoor gemaakte en aan het proces-verbaal gehechte tekening van hiervoor bedoelde paal. Uit die tekening kan worden opgemaakt dat op dat punt de middenlijn van de nieuwe schutting is verschoven in de richting van het perceel van [appellanten] Bovendien is het hof van oordeel dat uit een door [appellanten] overgelegde foto van de oude situatie volgt dat niet is vast komen te staan dat de nieuwe schutting een ander type was dan de oude schutting, nu uit deze foto volgt dat ook in de oude situatie de schutting uit houten palen met de schuttingdelen ertussen bestond (en niet ‘om en om’). [2]
In de situatie voor 2012, dus met de oude schutting, zat er geen ruimte tussen de border en de schutting. De border zat direct tegen de schutting aan omdat de oude schutting er stond. Nu, sinds 2012, staat de border er heel ietsjes van af.” [geïntimeerden] hebben nadien (als productie 42 bij de memorie na enquête) een aanvullende schriftelijke verklaring van [geïntimeerde1] overgelegd. In deze verklaring staat dat [geïntimeerde1] erg gespannen was tijdens het verhoor en dat er wel altijd ruimte heeft gezeten tussen de stenen border en de oude schutting (ongeveer 10 cm).
6gaat en zal de vordering daarom in gewijzigde vorm toewijzen.