Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij, in of omstreeks de periode van 7 juli 2021 tot en met 26 september 2021, te [plaats] , althans in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [benadeelde] , door:
hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 15 augustus 2021 tot en met 19 september 2021, te [plaats] , althans in Nederland, [betrokkende 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door [benadeelde] en/of [betrokkende 4] (telefonisch en/of mondeling) dreigend de woorden toe te voegen
hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 7 juli 2021 tot en met 26 september 2021, te [plaats] , althans in Nederland, opzettelijk, de eer en/of de goede naam van [benadeelde] , [betrokkende 2] en/of [betrokkende 3] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, door middel van geschriften en/of afbeeldingen verspreid, openlijk tentoongesteld of aangeslagen en/of door geschriften waarvan de inhoud openlijk ten gehore werd gebracht, door een of meerdere (openbare) berichten te plaatsen op internet (te weten een of meerdere openbare berichten op zijn, verdachtes, facebookpagina), inhoudende onder meer:
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
hij, in
of omstreeksde periode van 29 augustus 2021 tot en met 26 september 2021, te [plaats] ,
althans in Nederland,wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [benadeelde] , door:
, althans meermalen,zich op te houden in de omgeving van voornoemde [benadeelde] en
/ofin de omgeving van de woning van voornoemde [benadeelde] en
/ofbij de school van een kind van voornoemde [benadeelde] , en
/of
/ofde woning van voornoemde [benadeelde] te betreden (zonder toestemming en/of tegen de wil van voornoemde [benadeelde] ), en
/of
/of
/ofvia social media (dreigende en
/ofhinderlijke) berichten te sturen naar voornoemde [benadeelde] , en
/of
te doen, niet te doen,te dulden en
/ofvrees aan te jagen;
hij,
op een of meerdere tijdstippen,in
of omstreeksde periode van 15 augustus 2021 tot en met 19 september 2021,
te [plaats] , althansin Nederland, [betrokkende 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en
/ofmet zware mishandeling, door [benadeelde] en
/of[betrokkende 4]
(telefonisch en/ofmondeling) dreigend de woorden toe te voegen
/ofdat hij, verdachte, voornoemde [betrokkende 1] door het hoofd zal schieten, althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking, welke woorden ter kennis zijn gekomen van voornoemde [betrokkende 1] ;
hij, op
een ofmeerdere tijdstippen, in
of omstreeksde periode van 7 juli 2021 tot en met 26 september 2021, te [plaats] ,
althans in Nederland,opzettelijk, de eer en
/ofde goede naam van [benadeelde] , [betrokkende 2] en
/of[betrokkende 3] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, door middel van geschriften
en/of afbeeldingenverspreid en openlijk tentoongesteld
of aangeslagen en/of door geschriften waarvan de inhoud openlijk ten gehore werd gebracht,door
een ofmeerdere
(openbare
)berichten te plaatsen op internet (te weten een of meerdere openbare berichten op zijn, verdachtes, facebookpagina), inhoudende onder meer:
/of
/of
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Beslag
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) maanden.
Beveelt dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden dadelijk uitvoerbaar is.
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 10.465,40 (tienduizend vierhonderdvijfenzestig euro en veertig cent) bestaande uit € 7.265,40 (zevenduizend tweehonderdvijfenzestig euro en veertig cent) materiële schade en € 3.200,00 (drieduizend tweehonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.