ECLI:NL:GHARL:2023:8287
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van gewoontewitwassen na hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 27 september 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte die eerder door de politierechter was veroordeeld voor het medeplegen van gewoontewitwassen. De politierechter had de verdachte een gevangenisstraf van zes maanden opgelegd. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis. Tijdens de zitting op 13 september 2023 heeft het hof het dossier en de vordering van de advocaat-generaal bestudeerd, evenals de argumenten van de verdediging, vertegenwoordigd door mr. A.W.J. van Galen.
Het hof heeft vastgesteld dat de tenlastelegging betrekking had op het verwerven en omzetten van geld dat vermoedelijk afkomstig was uit misdrijf, gepleegd in de periode van 1 juli 2010 tot 2 oktober 2014. De advocaat-generaal was van mening dat het tenlastegelegde wettig en overtuigend kon worden bewezen, terwijl de verdediging aanvoerde dat er geen sprake was van geld dat uit misdrijf afkomstig was.
Na zorgvuldige overweging heeft het hof geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was om te concluderen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het tenlastegelegde feit. Het hof heeft daarbij in aanmerking genomen dat de dochter van de verdachte, die ook als medeverdachte werd beschouwd, in een civiele procedure was veroordeeld, maar dat dit niet voldoende bewijs opleverde voor de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de verdachte. Het hof heeft daarom het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde feit.