Uitspraak
[appellant]
1.Camping Nienoord V.O.F.
2. [geïntimeerde2]
3. [geïntimeerde3]
Camping Nienoord c.s.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Noord-Nederland, dat op 10 februari 2023 is uitgesproken. De appellant huurde tijdelijk een kampeerplaats op het terrein van Camping Nienoord V.O.F. in afwachting van de oplevering van een nieuwe woning. Per 31 december 2022 sloten Camping Nienoord c.s. het toiletgebouw en werd de toevoer van water en elektra naar de kampeerplaats afgesloten. De appellant was van mening dat er nog een huurovereenkomst van kracht was en vorderde in kort geding dat Camping Nienoord c.s. deze overeenkomst zouden nakomen. Camping Nienoord c.s. vorderden echter ontruiming van de kampeerplaats en een gebruikersvergoeding vanaf 1 januari 2023.
De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van de appellant afgewezen en de tegenvorderingen van Camping Nienoord c.s. toegewezen, waarbij de appellant werd veroordeeld om de kampeerplaats binnen 10 dagen te ontruimen en een gebruikersvergoeding van € 7,- per dag te betalen. De appellant heeft de kampeerplaats inmiddels ontruimd, maar is het niet eens met het vonnis en heeft in hoger beroep vijf grieven ingediend.
Het hof heeft het vonnis van de voorzieningenrechter bekrachtigd. Het hof oordeelde dat de huurovereenkomst per 31 december 2022 was geëindigd en dat de appellant niet voldoende aannemelijk had gemaakt dat er een afspraak was gemaakt om de huurovereenkomst te verlengen. Het hof oordeelde verder dat de appellant redelijkerwijs had kunnen voorzien dat zij per 1 januari 2023 niet langer over de kampeerplaats kon beschikken en dat het belang van Camping Nienoord c.s. om de kampeerplaats te kunnen gebruiken voor geplande werkzaamheden zwaarder woog dan het belang van de appellant om de uitkomst van een bodemprocedure af te wachten. De appellant werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten in hoger beroep.