2.2.In het door de griffier van de Rechtbank opgemaakte en door die griffier en rechter ondertekende proces-verbaal van die zitting is onder meer het volgende opgenomen.
‘(…)
De rechter houdt partijen voor dat de relatie al jaren onder druk staat en dat mediation is
mislukt.
Bovendien legt eiser veel geschillen aan de belastingrechter voor die daar niet op kan
beslissen.
Op verzoek van partijen geeft de rechter een voorlopig oordeel over de zaken:
Als ik aan de vraag over de ontvankelijkheid van het bezwaar voorbijga, luidt mijn oordeel
dat de WOZ-beschikkingen voor beide jaren niet te hoog zijn vastgesteld. De waarden zijn
voldoende onderbouwd door verweerder onder meer door het taxatieverslag en in het licht
beschouwd van hetgeen eiser naar voren heeft gebracht.
De deskundigheid van de taxateur is voor de belastingrechter niet van belang.
Als ik aan de vraag over de ontvankelijkheid van het bezwaar voorbijga, luidt mijn oordeel
dat de aanslagen rioolheffing voor beide jaren ten onrechte zijn opgelegd. De rioolaansluiting
is van belang voor de heffing en die aansluiting is er niet.
Als ik aan de vraag over de ontvankelijkheid van het bezwaar voorbijga, luidt mijn oordeel
dat de aanslagen afvalstoffenheffing voor beide jaren terecht en tot het juiste bedrag zijn
opgelegd. De discussie over het contract van de gemeente Westerveld met ROVA is een
politieke discussie die niets afdoet aan de juistheid van de aanslagen.
De rechter schorst de zitting voor een korte tijd om partijen in de gelegenheid te stellen te
onderzoeken of een compromis mogelijk is.
Na de schorsing hervat de rechter de zitting.
Eiser verklaart naar aanleiding van het overleg met verweerder tijdens de schorsing:
Ik heb kort overleg gehad met de heer [naam1] . nadat hij lang overleg had gehad met
verweerder.
De belastingen zijn het gevolg van bestuurlijke beslissingen en ik heb bezwaren tegen die
bestuurlijke beslissingen.
Het is een bestuurlijke beslissing om deze taxateur aan te nemen.
Mijn essentiële punt is dat ik oprecht van mening ben dat er een kwaliteitsslag moet worden
gemaakt bij de gemeente.
Het gaat om de belastingen en om de gezondheid van de burgers.
Ik heb er moeite mee om een compromis te sluiten.
Het duurt allemaal al veel langer. Sinds 2007 spelen deze kwesties al.
en verklaart [naam1] namens verweerder:
Ik kan mij vinden in het voorlopig oordeel van de rechter en zou dat bij wijze van
compromis willen aanvaarden.
Daaraan zou ik dan een aantal voorwaarden willen verbinden.
Ik hecht er aan dat eiser concrete bezwaren indient bij de heffingsambtenaar over
belastingaspecten en niet al zijn bezwaren die hij heeft tegen de gemeente.
Verweerder heeft belang bij stroomlijning van de bezwaren.
Verweerder gaat so wie so onderzoek doen naar de riolering.
en verklaart eiser
Ik heb ingestemd met een onderzoek naar de riolering, maar ik heb er geen vertrouwen in.
Het moet een onafhankelijk onderzoek zijn.
De rechter houdt partijen voor dat tussen partijen alleen een nieuwe start kan worden
gemaakt als onder het verleden een streep wordt gezegd.
Partijen stemmen er vervolgens mee in dat de rechter een compromis op papier zet aan de
hand van zijn voorlopig oordeel.
Na een korte schorsing hervat de rechter de zitting en overlegt aan partijen het zojuist op
papier gestelde compromis.
Partijen krijgen de gelegenheid om dit door te nemen
De rechter houdt partijen daarbij voor dat het hen geheel vrij staat om dit compromis te
aanvaarden of af te wijzen. maar dat er niets meer aan de tekst wordt gewijzigd.
Partijen dienen er daarom goed over na te denken.
Bij aanvaarden van het compromis trekt eiser zijn beroepen in, schrijft de rechtbank geen
uitspraak en bestaat er geen mogelijkheid meer om in hoger beroep te gaan.
Als eiser of verweerder of beiden het compromis afwijzen, zal de rechtbank schriftelijk
uitspraak doen.
Nadat partijen het op schrift gestelde compromis hebben gelezen, verklaren zij ieder voor
zich dat zij het compromis aanvaarden.
Daarop wordt het schriftelijke compromis door partijen ondertekend en aan hen wordt een
kopie daarvan verstrekt.
Daarop sluit de rechter de zitting.
(…)’.