2.1.De Inspecteur is met belanghebbende en diens partner, [naam1] (hierna: [naam1] ), ter zitting bij wijze van compromis het volgende overeengekomen:
- het gezamenlijk bij belanghebbende en [naam1] in aanmerking te nemen voordeel uit sparen en beleggen voor het jaar 2018 bedraagt € 26.427, waarbij zij de keuze maken een bedrag van € 16.014 toe te rekenen aan belanghebbende en € 10.413 aan [naam1] ;
- de aanslag IB/PVV 2018 ten name van belanghebbende wordt gehandhaafd, zoals door de Inspecteur vastgesteld bij de verminderingsbeschikking berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van nihil en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 15.407;
- de voor het jaar 2018 in de IB/PVV opgelegde aanslag en navorderingsaanslag ten name van [naam1] zullen door de Inspecteur ambtshalve worden verminderd, in die zin dat daarbij een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 10.413 in aanmerking wordt genomen;
- belanghebbende en [naam1] trekken hun verzoek om een schadevergoeding, als vermeld in de brief van 13 februari 2023, en hun verzoek om een dwangsom, zoals gevoegd bij de brief van 1 juni 2023, in;
- belanghebbende en [naam1] zullen geen (nader) verzoek om ambtshalve vermindering van de aanslagen IB/PVV voor het jaar 2018 indienen en [naam1] zal geen bezwaar indienen tegen de ambtshalve vermindering als hiervoor door de Inspecteur is toegezegd;
- partijen zullen geen beroep in cassatie instellen tegen de onderhavige uitspraak van het Hof;
- de Inspecteur vergoedt aan belanghebbende de proceskosten voor de beroepsfase van € 5,50 en voor de behandeling van het hoger beroep van € 60, in totaal € 65,50;
- de Inspecteur vergoedt het door belanghebbende in beroep betaalde griffierecht;
- partijen hebben nadrukkelijk verklaard dat het compromis zich beperkt tot het jaar 2018.