ECLI:NL:GHARL:2023:5475
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek in civiele procedures tegen de Gemeente De Ronde Venen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 juni 2023 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek dat was ingediend door verzoekers in drie civiele procedures tegen de Gemeente De Ronde Venen. De wraking was gericht tegen de drie raadsheren die de zaak behandelden tijdens een mondelinge behandeling op 19 april 2023. Tijdens deze zitting werd door verzoeker [verzoeker1] aangevoerd dat de zitting niet kon doorgaan omdat het proces-verbaal van de eerdere zitting niet was ondertekend door een rechter, wat volgens hem leidde tot nietigheid van het vonnis. Daarnaast werd er bezwaar gemaakt tegen de aanwezigheid van de parketpolitie, die volgens verzoekers niet nodig was.
De wrakingskamer heeft de ontvankelijkheid van het verzoek beoordeeld en geconcludeerd dat de gronden voor wraking niet voldoende waren. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, en dat alleen in uitzonderlijke gevallen kan worden aangenomen dat er sprake is van vooringenomenheid. De wrakingskamer oordeelde dat de beslissing van de raadsheren om de zitting door te laten gaan en de aanwezigheid van de parketpolitie niet kon worden opgevat als een blijk van vooringenomenheid. De wrakingskamer verklaarde het verzoek tot wraking ongegrond, en de beslissing werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.