Uitspraak
1.Stint Multi-Services B.V.
1.Allinq NL B.V.
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
persoonlijke afspraken met Stint collega’s” en dat “
alle Stint-collega’s een persoonlijke arbeidsovereenkomst[hebben]
waarbij omgang, afspraken en regels met elkaar netjes staan omschreven”. In die e-mails wordt het concurrentiebeding van de werknemers echter niet concreet benoemd. De presentatie van 12 juni 2020, waar Stint ook op wijst, was volgens Allinq niet op initiatief van Allinq: de uitnodiging voor deze presentatie is verstuurd vanuit Schiphol Telematics aan e-mailadressen van de werknemers bij Schiphol Telematics. Het hof volgt hier het standpunt van Allinq omdat Stint er te weinig tegen in heeft gebracht. Stint wijst verder op een e-mail van 23 juni 2020. Daarin informeert Allinq Schiphol Telematics over het afbreken van de onderhandelingen met Stint en vermeldt zij dat drie werknemers van Stint een contract bij Allinq hebben getekend en vraagt zij dit bij Stint stil te houden. Dat getuigt naar het oordeel van het hof niet van onrechtmatig profiteren. Allinq heeft Schiphol Telematics geïnformeerd nadat zij de onderhandelingen met Stint had afgebroken. Het verzoek om de overstap niet te melden was, aldus Allinq, uit fatsoen omdat de drie werknemers dat zelf bij Stint bekend wilden maken. Dat komt het hof niet onlogisch voor, en Stint heeft hier ook niets (concreets) meer tegenover gesteld.