ECLI:NL:GHARL:2023:4595

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
30 mei 2023
Publicatiedatum
31 mei 2023
Zaaknummer
200.312.252/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging samenwerking tussen Iso-Bella v.o.f. en Indoor Solutions B.V. met betrekking tot onbetaalde facturen en schadevergoeding voor afrondende werkzaamheden

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gaat het om de beëindiging van de samenwerking tussen Iso-Bella v.o.f. en Indoor Solutions B.V. Beide partijen hebben onbetaalde facturen ingediend en vorderen schadevergoeding voor niet afgeronde projecten. Iso-Bella, die luxe tuinhuizen verkoopt, heeft Indoor Solutions ingeschakeld voor de montage en afbouw van deze tuinhuizen. De samenwerking is beëindigd, maar er zijn nog openstaande facturen en onvoltooide projecten. Iso-Bella heeft diverse facturen gestuurd die niet zijn betaald, terwijl Indoor Solutions ook vorderingen heeft ingediend voor vermeend meerwerk. Het hof heeft vastgesteld dat de overeenkomsten tussen partijen als aanneming van werk zijn te kwalificeren. Het hof oordeelt dat Indoor Solutions geen recht had op opschorting van haar werkzaamheden, omdat zij geen opeisbare vordering op Iso-Bella had. De vorderingen van Iso-Bella tot betaling van haar facturen zijn toegewezen, evenals de schadevergoeding voor de kosten van afbouw en herstel van de projecten. Het hof heeft Indoor Solutions veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 11.696,31 aan Iso-Bella, inclusief rente en proceskosten.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden, afdeling civiel
zaaknummer gerechtshof 200.312.252/01
zaaknummer rechtbank Midden Nederland 9432121
arrest van 30 mei 2023
in de zaak van
Iso-Bella v.o.f.,
die is gevestigd in Almere,
die hoger beroep heeft ingesteld
en bij de kantonrechter optrad als eiseres in conventie en verweerster in reconventie,
hierna:
Iso-Bella,
advocaat: mr. R. Zwiers, die kantoor houdt in Almere,
tegen
Indoor Solutions B.V.,
die is gevestigd in Almere,
die bij de kantonrechter optrad als gedaagde in conventie en eiseres in reconventie,
hierna:
Indoor Solutions,
advocaat: mr. H.N. s’Jacob, die kantoor houdt in Zwolle.

1.Het verloop van de procedure in hoger beroep

1.1.
Naar aanleiding van het arrest van 20 december 2022 heeft op 14 april 2023 een enkelvoudige mondelinge behandeling bij het hof plaatsgevonden.
Voorafgaand aan die mondelinge behandeling heeft Indoor Solutions nog een akte uitlating producties genomen en heeft Iso-Bella bij akte nog een productie overgelegd. Van de mondelinge behandeling is een verslag gemaakt dat aan het dossier is toegevoegd (het proces-verbaal). Hierna hebben partijen het hof gevraagd opnieuw arrest te wijzen.

2.De kern van de zaak

2.1.
Iso-Bella verkoopt (luxe) tuinhuizen en schuttingen, inclusief plaatsing. Indoor Solutions plaatste deze tuinhuizen in opdracht van Iso-Bella. Aan deze samenwerking is een einde gekomen. Een aantal projecten was toen nog niet (goed) afgerond. Over en weer hebben partijen diverse facturen gestuurd die onbetaald zijn gebleven. Partijen verschillen van mening over de vraag of zij de openstaande facturen nog aan elkaar moeten betalen. Daarnaast zijn zij het niet eens over de vraag of Indoor Solutions de kosten voor het herstel en het afmaken van werk aan Iso-Bella moet betalen.
2.2.
Het geschil kent de volgende feitelijke achtergrond.
2.3.
Iso-Bella heeft voor de montage en afbouw van de door haar verkochte tuinhuizen Indoor Solutions, in de persoon van de heer [naam1] , op verschillende projecten ingeschakeld. Daarnaast sloot Iso-Bella voor de montage en afbouw van de tuinhuizen ook overeenkomsten met Royal Standards, van wie de heer [naam2] bestuurder is. [naam1] en [naam2] hielpen elkaar in de praktijk over en weer met de uitvoering van de werkzaamheden.
2.4.
Iso-Bella en Indoor Solutions hebben onder andere overeenkomsten gesloten voor de montage en afbouw van de tuinhuizen ter zake van de projecten ‘ [naam3] ’, ‘ [naam4] ’ en ‘ [naam5] ’. Een andere klant van Iso-Bella, [naam6] , heeft rechtstreeks een overeenkomst met Indoor Solutions gesloten voor de montage en afbouw van een tuinhuis. Iso-Bella heeft verder met Royal Standards een overeenkomst gesloten inzake project ‘ [naam7] ’. Royal Standards heeft haar werkzaamheden op dit project op enig moment gestaakt, waarna Indoor Solutions het werk heeft overgenomen.
2.5.
Iso-Bella heeft Indoor Solutions in een brief van 20 januari 2021 (voor zover relevant) geschreven:

Onderwerp: Afronden van aangenomen projecten en openstaande facturen
Projecten: [naam3] , [naam7] , [naam4] , [naam5] , [naam6]
Beste heer [naam1] ,
Bovenstaande projecten heeft u aangenomen en nog niet volledig afgerond. Ondanks meerdere pogingen tot het aandringen hierop, heeft u op 18 januari 2021 aangegeven deze niet te gaan afronden. Wij sommen daarom ook per project, de niet door u afronden werkzaamheden op:
(…)
Uitvoeren werkzaamheden
Wij hebben u al gevraagd de werkzaamheden uit te voeren. Dat is niet gebeurd. U bent als opdrachtnemer verantwoordelijk voor het afleveren van goed werk en moet deze volledig opleveren. Zo is dat wettelijk geregeld. Wij stellen u aansprakelijk voor eventuele schade en kosten die het met zich meebrengt wegens het niet afronden van de door u aangenomen projecten.
Afspraak maken en uiterste termijn
Wij horen graag binnen 7 dagen wanneer u de gebreken gaat herstellen. (…) Als wij binnen een week niets van u horen, overweeg wij vervolgstappen. De kosten die hieraan verbonden zijn, verhalen wij bij u, zo ook de kosten voor het laten afronden van de projecten. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat het niet zover hoeft te komen. In elk geval moeten de werkzaamheden binnen 2 weken na de datum van deze brief deugdelijk te zijn uitgevoerd.
(…)
Openstaande facturen
Volgens onze administratie zijn ook de volgende facturen niet betaald:
Factuurnummer 00030221 Bedrag € 1724,20 incl. btw
Betreft schroeffundamenten tbv Project [naam6]
Factuurnummer 00040321 Bedrag € 2.899,49 incl. btw
Diverse kosten:
  • Project [naam8] – Transport en geleverd materiaal (zetwerk)
  • Project [naam9] – geleverd materiaal (zetwerk)
  • Project [naam10] – geleverd materiaal (zetwerk)
  • Project [naam4] – Latex spuitwerk en geleverde spotjes 6x
(…)”
2.6.
Indoor Solutions heeft hierop in een e-mail van 23 januari 2021 als volgt gereageerd:
“Hier zijn de facturen van de extra werkzaamheden van de 5 klanten die er nog open staan.
(…)
De facturen die jullie nog hebben open staan naar mij toe is vele male minder dan dat mijn facturen zijn deze mogen verrekend worden met mij totaal bedrag
Dat komt er dan op neer dat er 4623,69 euro van het totaalbedrag mag worden verrekend
Dan blijft er nog een bedrag open staan van 16.878,01 euro
Als deze betaling volledig is gedaan dan zal ik mijn werkzaamheden die er nog zijn afmaken.
(…)
De klant [naam6]
Deze klant maak ik gewoon af wat er van mij kant belooft is naar de klant toe.
De extra kosten die gemaakt zijn i.v.m. het niet op tijd kunnen leveren van de schuttingen deze zouden de 2 de week van januari 2021 geleverd worden die zijn er tot op heden nog niet.
De gehuurde kraan en shovel zijn hier door 2 weken langer op de klus aanwezig geweest
Daarom zijn er extra kosten ontstaan van een bedrag van 3413,70 incl. btw
Deze factuur komt voor de rekening van iso-bella (…)”
Bij deze e-mail heeft Indoor Solutions (voor zover relevant) de volgende facturen als bijlage aan Iso-Bella gezonden:
  • Factuurnr. 202069 van 20 december 2020 ter zake van project [naam7] ter hoogte van € 7.260,- inclusief btw;
  • Factuurnr. 202071 van 20 december 2020 ter zake van project [naam3] ter hoogte van € 8.020,- inclusief btw;
  • Factuurnr. 202072 van 28 december 2020 ter zake van project [naam4] ter hoogte van € 1.719,- inclusief btw;
  • Factuurnr. 202073 van 28 december 2020 ter zake van project [naam10] ter hoogte van € 871,20 inclusief btw;
  • Factuurnr. 202074 van 20 december 2020 ter zake van project [naam5] ter hoogte van € 217,80 inclusief btw.
2.7.
De gemachtigde van Iso-Bella heeft in een brief van 29 januari 2023 Indoor Solutions gesommeerd de openstaande facturen ter hoogte van in totaal € 4.623,69 te betalen. Verder staat in deze brief:
“Op 20 januari 2021 heeft cliënte u in gebreke gesteld met betrekking tot de projecten [naam3] , [naam7] , [naam4] , [naam5] en [naam6] . In reactie op de ingebrekestelling heeft u cliënte per e-mail van 23 januari 2021 diverse (niet gespecificeerde) facturen gezonden. U sluit uw e-mail af met de opmerking dat het werk zult afronden als de facturen door cliënte zijn voldaan. Deze facturen zijn volledig nieuw voor cliënte. Cliënte betwist dat zij betaling verschuldigd is, cliënte heeft aan al haar verplichtingen voldaan. Cliënte zal de facturen dan ook niet voldoen.
Cliënte vordert vanaf heden schadevergoeding in plaats van nakoming
U hebt geen gevolg gegeven aan de ingebrekestelling van 20 januari 2021. Uit uw e-mail van 23 januari 2021 10:52 aan cliënte maak ik op dat u uw verplichtingen, anders dan na betaling van de bij die e-mail gevoegde (betwiste) facturen, niet zult nakomen. Cliënte ziet zich derhalve genoodzaakt om het werk, zoals opgesomd in haar ingebrekestelling, door derden te laten uitvoeren. De schade zal op u worden verhaald. (…)”
2.8.
Iso-Bella heeft vervolgens op de projecten [naam4] en [naam3] werkzaamheden laten verrichten door DINO Klus & Afbouwbedrijf. DINO heeft ter zake hiervan facturen ter hoogte van € 3.937,05 en € 1.742,40 inclusief btw aan Iso-Bella gezonden. Iso-Bella heeft op het project [naam5] zelf afrondende werkzaamheden verricht, en daarvoor € 359,98 bij Indoor Solutions in rekening gebracht.
2.9.
Ter zake van project [naam7] heeft Iso-Bella Ingenieursburo Wilms opdracht gegeven expertise te verrichten inzake het aangebrachte dak en de dakbedekking op de vakantiewoning. In een rapport van 1 april 2021 heeft Wilms, voor zover van belang, het volgende geschreven:

analyse en conclusie:
De bitummen dakbedekking is aangebracht op een vlgs voorschrift isolatie en dakbeschot beplating 18 mm osb type 3.
De constructie is aangebracht volgens voorschrift NEN en leverancier Finisch Frame lightsteel frame bouw
  • De bitumen dakbedekking is in verkeerde leg richting aangebracht
  • De kwaliteit van het branden is aan de naden te zien onvoldoende of te lang gebrand of te kort gebrand, het vloeien van de naden vertoont onregelmatigheden
  • In deze situatie zijn de brandnaden extra gevoelig voor lekkage hierdoor kan de waterdichtheid niet gegarandeerd worden
  • Er zijn stukken dakbedekking ingebrand (andere kwaliteit) ipv maximale volledige banen hierdoor meer naden, meer kans op lekkages.
  • De minimale opstand dakrand en verkeerd uitgevoerde indekking is bij hevige regenval lekkage gevoelig
Conclusie:
  • De bitummen dakbedekking is niet aangebracht volgens de verwerkings voorschriften en voorschriften leverancier
  • De dak opstand had verhoogd kunnen worden”
2.10.
Iso-Bella heeft bij de kantonrechter gevorderd dat Indoor Solutions wordt veroordeeld tot het betalen van € 14.980,62 (bestaande uit € 14.070,12 aan hoofdsom en € 910,50 aan buitengerechtelijke incassokosten), te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 4.623,69 en kosten.
2.11.
Indoor Solutions heeft bij de kantonrechter een tegenvordering ingesteld. Zij vorderde – na vermindering van eis – dat Iso-Bella wordt veroordeeld tot het betalen van € 22.613,34 (bestaande uit € 20.501,70 aan hoofdsom, € 990,02 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 1.12,62 aan wettelijke (handels)rente, te vermeerderen met wettelijke (handels)rente over € 20.501,70 en kosten.
2.12.
De kantonrechter heeft Iso-Bella in het gelijk gesteld en heeft Indoor Solutions veroordeeld een bedrag van € 14.980,62 aan Iso-Bella te betalen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 4.623,69 vanaf de vervaldatum van de facturen tot de dag van algehele betaling, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 9.446,43 vanaf
3 september 2021 tot de dag van algehele betaling. Verder is Indoor Solutions in de kosten van de procedure veroordeeld. Indoor Solutions wil in hoger beroep dat de toegewezen vorderingen van Iso-Bella alsnog worden afgewezen en dat de vorderingen van Indoor Solutions alsnog worden toegewezen, met dien verstande dat Indoor Solutions haar eis vermindert met een bedrag van € 3.413,70.

3.Het oordeel van het hof

Inleiding
3.1.
Iso-Bella en Indoor Solutions hebben verschillende overeenkomsten met elkaar gesloten waarbij Indoor Solutions in opdracht van Iso-Bella tuinhuizen plaatste en afbouwde bij opdrachtgevers van Iso-Bella. In deze procedure draait het met name om de projecten bij [naam3] , [naam4] , [naam5] , [naam6] en [naam7] . Tussen partijen is niet in geschil dat de overeenkomsten tussen Indoor Solutions en Iso-Bella met betrekking tot deze projecten overeenkomsten van aanneming van werk zijn als bedoeld in artikel 7:750 BW. Ten aanzien van de projecten [naam3] , [naam4] en [naam5] was daarbij een vaste prijs overeengekomen, terwijl Indoor Solutions bij het project [naam6] rechtstreeks een aannemingsovereenkomst met [naam6] (en dus niet met Iso-Bella) heeft gesloten. Ten aanzien van project [naam7] verschillen partijen van mening over de tussen hen gemaakte afspraken.
3.2.
Iso-Bella en Indoor Solutions vorderen in dit geschil over en weer betaling van hun facturen. De facturen van Indoor Solutions hebben volgens haar betrekking op meerwerk. De facturen van Iso-Bella hebben betrekking op materiaal en kosten, gemaakt voor verschillende projecten. Iso-Bella vordert daarnaast vervangende schadevergoeding, omdat Indoor Solutions het werk op de projecten [naam3] , [naam4] en [naam5] niet afgemaakt heeft en het werk ter zake van project [naam7] gebreken vertoont. Iso-Bella heeft deze werkzaamheden deels zelf hersteld en deels door een derde laten afronden en herstellen. Indoor Solutions is van mening dat zij niet gehouden is schadevergoeding te betalen, onder andere omdat zij gerechtigd was haar (herstel)werkzaamheden op te schorten totdat Iso-Bella haar meerwerkfacturen zou betalen.
3.3.
Het hof zal de bezwaren tegen het vonnis van 23 februari 2022 hierna bespreken. De beslissing van het hof zal zijn dat Iso-Bella de facturen van Indoor Solutions niet hoeft te betalen. Dat betekent dat Indoor Solutions haar werkzaamheden niet mocht opschorten en gehouden is de kosten van afbouw en herstel van de projecten [naam3] , [naam4] en [naam5] te betalen. Dat ligt anders ten aanzien van project [naam7] , omdat Iso-Bella niet aannemelijk heeft gemaakt dat Indoor Solutions verantwoordelijk is voor de gebreken aan het dak. De kosten van het deskundigenbericht dat Iso-Bella in dat kader heeft laten opmaken, blijven onder die omstandigheden ook voor haar eigen rekening. Het hof zal dit alles hierna toelichten. Daarbij zullen eerst de vorderingen van Indoor Solutions worden besproken en daarna de facturen van Iso-Bella en de schadevordering van die partij.
De (meerwerk)facturen van Indoor Solutions
3.4.
Indoor Solutions maakt aanspraak op de betaling van vijf facturen (zie rov. 2.6), ter hoogte van in totaal € 18.088,-. Net als de rechtbank is het hof van oordeel dat de vordering tot betaling van deze facturen van Indoor Solutions niet kan worden toegewezen. Voor zover de facturen betrekking hebben op de projecten [naam3] , [naam10] en [naam5] (factuurnummers 202071, 202073 en 202074) stelt het hof vast dat Indoor Solutions in het geheel niet heeft toegelicht welk meerwerk zij op deze projecten heeft verricht en dat de facturen waarvan Indoor Solutions betaling vordert, niet zijn gespecificeerd. De factuur die betrekking heeft op project [naam4] (factuurnummer 202072) is weliswaar gespecificeerd, maar Iso-Bella heeft gemotiveerd weersproken dat het hier om meerwerk gaat. Bovendien geldt dat de overeenkomsten tussen Indoor Solutions en Iso-Bella overeenkomsten van werk betreffen, waarop artikel 7:755 BW van toepassing is. In dat artikel is bepaald dat de (onder)aannemer (Indoor Solutions) in geval van door de opdrachtgever (Iso-Bella) gewenste toevoegingen of veranderingen in het overeengekomen werk, slechts dan een verhoging van de prijs kan vorderen wanneer hij de opdrachtgever tijdig heeft gewezen op de noodzaak van een daaruit voortvloeiende prijsverhoging, tenzij de opdrachtgever die noodzaak uit zichzelf had moeten begrijpen. Indoor Solutions heeft in dit geval, ook in hoger beroep, nagelaten te onderbouwen dat Iso-Bella opdracht heeft gegeven voor het meerwerk en dat zij Iso-Bella daarbij gewezen heeft op de daaruit voortvloeiende prijsverhogingen. De enkele stelling dat Indoor Solutions in voorkomende gevallen Iso-Bella telefonisch of via WhatsApp benaderde, is, gelet op de betwisting door Iso-Bella, in dit kader onvoldoende. Verder geldt dat Indoor Solutions met de algemene opmerking onderaan meerdere andere facturen en/of offertes, inhoudende dat voor onvoorziene werkzaamheden € 45,- excl. btw zal worden berekend, evenmin heeft voldaan aan haar hiervoor omschreven waarschuwingsplicht. Datzelfde geldt voor de door Indoor Solutions gestelde omstandigheid dat Iso-Bella eerder, ter zake van andere projecten, wel meerwerkfacturen aan Indoor Solutions heeft voldaan.
Indoor Solutions heeft nog wel aangeboden getuigen te horen over de gang van zaken tijdens de uitvoering van de werkzaamheden en over verschillende andere aspecten van de samenwerking tussen partijen, maar het aanbod heeft niet specifiek betrekking op het leveren van bewijs van de verschuldigdheid van de facturen waarvan Indoor Solutions in deze zaak betaling vordert. Bij deze stand van zaken wordt aan bewijslevering niet toegekomen. De vordering van Indoor Solutions tot betaling van de facturen met factuurnummers 202071, 202072, 202073 en 202074 wordt dan ook afgewezen.
3.5.
Ten aanzien van de factuur die betrekking heeft op project [naam7] (factuurnummer 202069) overweegt het hof dat, nog afgezien van de vraag of het hierbij om meerwerk gaat, Indoor Solutions haar vordering op dit punt onvoldoende heeft onderbouwd. Tussen partijen is niet in geschil dat ten aanzien van het project [naam7] in eerste instantie een aannemingsovereenkomst tussen Iso-Bella en [naam2] tot stand was gekomen, en dat [naam1] [naam2] bij de uitvoering van de werkzaamheden geholpen heeft. Toen [naam2] op enig moment het werk staakte, is Indoor Solutions met Iso-Bella overeengekomen dat zij het werk af zou maken. Indoor Solutions heeft in dit kader verklaard dat op het moment waarop zij het werk van [naam2] overnam, het dak al gereed was. Zij zou vervolgens, op regiebasis, nog een zinken pijpje hebben aangelegd, de hemelwaterafvoer hebben veranderd, en een stukje bitumen hebben vervangen in verband met de ophoging van de dakbedekking ten behoeve van het aanleggen van de hemelwaterafvoer. Ook zouden nog enkele werkzaamheden binnen zijn uitgevoerd en zou wat graaf- en zetwerk zijn verricht. In verband daarmee heeft Indoor Solutions in de periode van 20 september 2020 – 20 oktober 2020 al diverse facturen bij Iso-Bella in rekening gebracht. In dit licht bezien is onduidelijk op welke werkzaamheden de factuur van 20 december 2020, die niet nader gespecificeerd is, dan nog betrekking heeft. In de procedure bij de rechtbank lijkt Indoor Solutions zich op het standpunt te hebben gesteld dat de factuur betrekking heeft op het vervangen van het dak met EPDM, maar in hoger beroep heeft zij dit standpunt verlaten en stelt zij dat zowel de bitumen als de EPDM dakbedekking niet door haar zijn aangebracht. Onder deze omstandigheden is het hof van oordeel dat Indoor Solutions ter zake van de factuur met nummer 202069 niet aan de op haar rustende stelplicht heeft voldaan, zodat haar vordering ook op dit punt als onvoldoende onderbouwd zal worden afgewezen.
De facturen 00030221 en 00040321 van Iso-Bella
3.6.
Iso-Bella vordert betaling van twee facturen: factuur met kenmerk 00030221 ter hoogte van € 1.724,20 en factuur met kenmerk 00040321 ter hoogte van € 2.899,49. IsoBella heeft toegelicht dat de eerste factuur betrekking heeft op twaalf schroeffundamenten en een huurmachine, die zij aan Indoor Solutions heeft geleverd om schroeven in te draaien op het project [naam6] . De tweede factuur ziet op diverse kosten in de projecten [naam8] , [naam9] , [naam10] en [naam4] . Het merendeel van die kosten ziet op een vergoeding voor het transport in het project [naam8] . Iso-Bella heeft ten aanzien daarvan onweersproken gesteld dat zij met Indoor Solutions was overeengekomen dat [naam1] aanwezig zou zijn bij het lossen van een aantal schuttingen van tien á twaalf meter lang, omdat deze meteen op hun plek gemonteerd moesten worden. [naam1] kwam echter niet opdagen door pech met zijn bus, waardoor de schuttingen niet gelost konden worden en de vrachtwagen onverrichterzake vertrok.
3.7.
Het hof constateert dat Indoor Solutions deze gespecificeerde facturen inhoudelijk niet heeft weersproken. Bovendien heeft Indoor Solutions in reactie op de ingebrekestelling van 20 januari 2021 met betrekking tot deze facturen aan Iso-Bella geschreven:
“De facturen die jullie nog hebben open staan naar mij toe is vele male minder dan dat mijn facturen zijn deze mogen verrekend worden met mij totaal bedrag. Dat komt er dan op neer dat er 4623,69 van het totaal bedrag mag worden verrekend.” Anders dan Indoor Solutions, leest het hof hierin niet een voorwaardelijk voorstel tot betaling van de facturen van Iso-Bella – in die zin dat de facturen van Iso-Bella zullen worden voldaan onder de opschortende voorwaarde dat Iso-Bella de facturen van Indoor Solutions voldoet – maar alleen een beroep op verrekening en daarmee een erkenning van de verschuldigdheid van de facturen ter hoogte van in totaal € 4.623,69. Indoor Solutions vermeldt in haar voorstel ook niet waarom haar verschuldigdheid van die facturen af zou hangen van de betaling door Iso-Bella van haar facturen. Het hof zal dit bedrag dan ook toewijzen. De over dit bedrag gevorderde wettelijke handelsrente is eveneens toewijsbaar.
De kosten van (herstel)werkzaamheden ter zake van de projecten [naam3] , [naam4] , [naam5] en [naam7]
3.8.
Iso-Bella vordert Indoor Solutions te veroordelen tot het betalen van vervangende schadevergoeding voor de kosten van (herstel)werkzaamheden inzake de projecten [naam3] , [naam4] , [naam5] en [naam7] .
3.9.
Het hof stelt voorop dat Indoor Solutions op grond van artikel 6:74 BW, buiten een geval van overmacht, verplicht is de schade te vergoeden die Iso-Bella lijdt als gevolg van een tekortkoming van Indoor Solutions. Hierbij is in het geval dat nakoming door Indoor Solutions niet blijvend onmogelijk is, vereist dat Indoor Solutions in verzuim is komen te verkeren, dat wil zeggen: is achtergebleven ter zake van een op haar rustende verbintenis. Op grond van het bepaalde in artikel 6:81 BW in samenhang gelezen met artikel 6:82 BW, geldt dat een schuldenaar in verzuim verkeert als hij bij een schriftelijke aanmaning in gebreke is gesteld, waarbij hem een redelijke termijn voor nakoming is gesteld, en nakoming binnen deze termijn is uitgebleven. Een schuldenaar kan ook zonder ingebrekestelling in verzuim komen te verkeren, onder meer als de schuldeiser uit een mededeling van de schuldenaar moet afleiden dat deze in de nakoming van de verbintenis zal tekortschieten (artikel 6:83 sub c BW).
3.10.
Het hof overweegt ten aanzien van project [naam7] dat Iso-Bella onvoldoende heeft onderbouwd dat de door haar gestelde tekortkomingen hebben plaatsgevonden in de nakoming van op Indoor Solutions jegens Iso-Bella rustende verplichtingen. In dat kader geldt het volgende. Iso-Bella stelt zich op het standpunt dat Indoor Solutions de werkzaamheden in het project [naam7] niet goed heeft uitgevoerd. Ter onderbouwing van die stelling verwijst zij naar het rapport van Ingenieursburo Wilms dat zij heeft laten opmaken (zie rov. 2.9). Uit dat rapport blijkt dat de bitumen dakbedekking verkeerd is aangebracht en dat de naden te kort of te lang zijn gebrand, waardoor de naden extra gevoelig zijn voor lekkage. Wilms concludeert dat de gehele dakbedekking moet worden vernieuwd en dat daarmee kosten van ca. € 3.750,- exclusief btw gemoeid zijn. Zoals het hof hiervoor al heeft overwogen, is tussen partijen niet in geschil dat het project [naam7] aanvankelijk door [naam2] is aangenomen. Indoor Solutions heeft verklaard dat zij [naam2] weliswaar heeft geholpen bij de uitvoering van de werkzaamheden aan het dak, maar dat deze werkzaamheden op dat moment nog vielen onder de contractuele verantwoordelijkheid van [naam2] . De foto’s van het dak die zijn genomen tijdens het leggen van de dakbedekking, heeft zij ook in die hoedanigheid – dus als onderaannemer van [naam2] – naar Iso-Bella verzonden. Ten aanzien van de factuur van 20 oktober 2020 (factuurnummer 202060) heeft Indoor Solutions verklaard dat deze factuur niet ziet op het leggen van het gehele dak, maar betrekking heeft op het materiaal dat zij gebruikt heeft bij het ophogen van de dakbedekking in verband met het aanleggen van een nieuwe hemelwaterafvoer en het opnieuw bevestigen daarvan. Deze stelling van Indoor Solutions strookt ook met het relatief geringe bedrag aan materiaalkosten, € 185,-, dat zij in rekening heeft gebracht. Iso-Bella heeft ter zitting van het hof in dit kader ook verklaard dat zij het grootste deel heeft voldaan van de kosten die betrekking hebben op het dak aan [naam2] . Dat Iso-Bella met Indoor Solutions een vaste prijs is overeengekomen waarvoor Indoor Solutions de werkzaamheden op het project [naam7] zou afmaken, inclusief het dak en de dakbedekking, is door Indoor Solutions betwist en verder niet door Iso-Bella onderbouwd, zodat het hof aan deze stelling voorbij gaat. Voor zover Iso-Bella zich op het standpunt stelt dat Indoor Solutions gehouden is de kosten van het herstel van het dak te vergoeden, omdat zij
feitelijkdegene is geweest die de werkzaamheden heeft uitgevoerd, volgt het hof haar niet. Zoals hiervoor overwogen, vielen de werkzaamheden aan het dak onder de aannemingsovereenkomst tussen Iso-Bella en [naam2] . Ook indien Indoor Solutions geholpen heeft met de feitelijke uitvoering van de werkzaamheden en daarbij fouten heeft gemaakt, kan daarom alleen [naam2] aansprakelijk worden gehouden voor die gebreken in het werk. De vordering tot betaling van vervangende schadevergoeding ter zake van het project [naam7] wordt dan ook afgewezen.
3.11.
Ten aanzien van de projecten [naam3] , [naam4] en [naam5] overweegt het hof als volgt. IsoBella heeft Indoor Solutions op 20 januari 2021 in gebreke gesteld (zie rov. 2.5). In reactie hierop heeft Indoor Solutions Iso-Bella laten weten dat zij haar werkzaamheden pas zou voortzetten nadat Iso-Bella haar meerwerkfacturen (zoals genoemd in rov. 2.6) zou betalen. Indoor Solutions schreef in dit verband:
“Bij deze is het geen dreiging het is een mededeling dat ik mijn werkzaamheden niet meer kan voort zetten omdat er nog een achterstand is in de betalingen.”en:
“Dan blijft er nog een bedrag open staan van 16.878,01 euro. Als deze betaling volledig is gedaan dan zal ik mijn werkzaamheden die er nog zijn afmaken.”.Het hof constateert dat Indoor Solutions hiermee een beroep doet op opschorting. Daartoe zou zij, op grond van artikel 6:52 BW, gerechtigd zijn als zij een opeisbare vordering op Iso-Bella zou hebben. Uit wat het hof hiervoor onder rov. 3.4 en 3.5 heeft overwogen, blijkt echter dat Indoor Solutions geen opeisbare vordering op Iso-Bella had. Dat heeft tot gevolg dat Indoor Solutions de nakoming van de op haar rustende verbintenissen niet mocht opschorten. Uit de mededeling op 23 januari 2023 dat zij haar werkzaamheden niet zal voortzetten als Iso-Bella de meerwerkfacturen niet zou betalen, mocht Iso-Bella onder deze omstandigheden afleiden dat Indoor Solutions in de nakoming van de verbintenissen zou tekortschieten. Als gevolg daarvan is het verzuim van Indoor Solutions op 23 januari 2021 ingetreden. Iso-Bella hoefde Indoor Solutions daarom niet langer in de gelegenheid te stellen haar (herstel)verplichtingen alsnog na te komen, maar kon in plaats daarvan aanspraak maken op vervangende schadevergoeding. Dat heeft zij gedaan in haar brief van 29 januari 2021 (rov. 2.7), die in zoverre geldt als omzettingsverklaring als bedoeld in artikel 6:87 BW.
3.12.
Iso-Bella heeft de werkzaamheden op het project [naam3] laten afmaken door DINO Klus & Afbouw en vordert in dat verband betaling van twee facturen ter hoogte van € 1.742,40,- (met nr. 2021-0003) en € 122,69 (met nr. 2021-0006) inclusief btw. Indoor Solutions stelt zich op het standpunt dat de werkzaamheden op project [naam3] al door haar waren afgerond, zodat hetgeen door DINO in rekening is gebracht niet toewijsbaar is. Bovendien is Indoor Solutions van mening dat de post ‘parkeerkosten’ ter hoogte van € 100,- in relatie tot de in rekening gebrachte materiaalkosten op factuur 2021-0006 volstrekt onverklaarbaar is. Het hof volgt Indoor Solutions hierin niet. Iso-Bella heeft Indoor Solutions op 20 januari 2021 geschreven dat (onder andere) project [naam3] nog niet was afgerond. Daarop heeft Indoor Solutions gereageerd met de mededeling dat zij haar werkzaamheden zou staken totdat Iso-Bella de meerwerkfacturen zou betalen. Daaruit volgt dat Indoor Solutions het project zelf (ook) niet als afgerond beschouwde. Verder heeft Iso-Bella toegelicht dat de post ‘parkeerkosten’ op de tweede factuur ziet op kosten die gemaakt zijn in het kader van het uitvoeren van de werkzaamheden die op de eerste factuur worden benoemd. Dat blijkt ook uit de mededeling op de eerste factuur waar staat:
“exclusief parkeerkosten die zullen later in rekening gebracht worden”.Onder deze omstandigheden is het hof van oordeel dat Indoor Solutions de facturen van DINO onvoldoende gemotiveerd heeft betwist. Het hof zal Indoor Solutions dan ook veroordelen tot betaling van het totaalbedrag van € 1.865,09 inclusief btw.
3.13.
Ook de werkzaamheden op project [naam4] zijn afgerond door Dino Klus & Afbouw. Iso-Bella vordert in dat verband betaling van een factuur ter hoogte van € 3.937,05 inclusief btw. Ook deze factuur acht het hof toewijsbaar. Net als bij project [naam3] strookt de stelling van Indoor Solutions dat het project al was afgerond niet met haar mededeling in de e-mail van 23 januari 2021 dat zij haar werkzaamheden zou voortzetten na betaling van de meerwerkfacturen. Het hof gaat er dus ook ten aanzien van dit project vanuit dat het werk nog niet was afgerond. Iso-Bella heeft in haar brief van 20 januari 2021 opgesomd welke werkzaamheden nog dienden te worden verricht. Anders dan Indoor Solutions stelt, komen de werkzaamheden die op de factuur van DINO worden benoemd daarbij nagenoeg geheel overeen met de werkzaamheden uit de brief van 20 januari 2021. Waarom – zoals Indoor Solutions aanvoert – het in rekening gebrachte arbeidsloon van € 2.880,- voor het verrichten van deze werkzaamheden in dit geval exorbitant is, heeft Indoor Solutions niet nader toegelicht en het hof ziet ook niet in waarom dit bedrag onredelijk zou zijn, gelet op de omvangrijke werkzaamheden die DINO heeft uitgevoerd. Indoor Solutions is dan ook gehouden de factuur van DINO te voldoen.
3.14.
Ter zake van project [naam5] heeft Iso-Bella de resterende werkzaamheden zelf afgerond. Zij vordert in dat verband betaling van € 359,98 door Indoor Solutions. Ook deze factuur is door Indoor Solutions onvoldoende gemotiveerd betwist en zal daarom worden toegewezen.
3.15.
De conclusie is dat Indoor Solutions gehouden is vervangende schadevergoeding aan Iso-Bella te betalen ter hoogte van in totaal (€ 1.865,09 + € 3.937,05 + € 359,98 =) € 6.162,12. Het hof merkt voor de volledigheid op dat de omstandigheid dat Indoor Solutions de kosten van afbouw van de projecten [naam3] , [naam4] en [naam5] dient te betalen, onverlet laat dat – nu geen sprake is van ontbinding van de overeenkomsten – Iso-Bella gehouden is eventuele openstaande termijnen van de aanneemsommen nog aan Indoor Solutions te voldoen.
De kosten van het deskundigenrapport
3.16.
Iso-Bella heeft ter zake van het project [naam7] een expertiserapport op laten maken door Ingenieursburo Wilms (zie rov. 2.9) De kosten hiervan bedragen € 629,20 inclusief btw. Iso-Bella wil deze kosten op Indoor Solutions verhalen. Omdat het hof hiervoor echter heeft overwogen dat Iso-Bella onvoldoende heeft onderbouwd dat de gestelde gebreken aan het dak van [naam7] zouden gelden als tekortkomingen in de nakoming van enige contractuele verplichting van Indoor Solutions jegens Iso-Bella, dienen de kosten van het deskundigenrapport voor rekening van Iso-Bella te blijven.
De buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke (handels)rente
3.17.
Iso-Bella heeft aanspraak gemaakt op de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Hierop is het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing. Net als de kantonrechter is het hof van oordeel dat Iso-Bella voldoende heeft gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. Het door Iso-Bella gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten is, ook nu haar vordering in hoger beroep deels wordt afgewezen, lager dan het in het Besluit bepaalde tarief. Het hof zal daarom de buitengerechtelijke incassokosten toewijzen tot het gevorderde bedrag van € 910,50.
3.18.
Het hof zal over de veroordeling tot betaling van de facturen van Iso-Bella ter hoogte van € 4.623,69 de wettelijke handelsrente toewijzen, omdat dit op de wet is gegrond en niet door Indoor Solutions is betwist. Verder zal het hof wettelijke rente toewijzen over de vervangende schadevergoeding van € 6.162,12 vanaf 3 september 2021 tot de dag van algehele betaling.
De conclusie
3.19.
Het hoger beroep slaagt deels. Voor de overzichtelijkheid zal het hof het vonnis van de kantonrechter van 23 februari 2022 in het geheel vernietigen. Indoor Solutions zal worden veroordeeld een bedrag van € 11.696,31 aan Iso-Bella te betalen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 4.623,69 vanaf de vervaldatum van de facturen tot de dag van algehele betaling en met de wettelijke rente over € 6.162,12 vanaf 3 september 2021 tot de dag van algehele betaling.
3.20.
Omdat Indoor Solutions grotendeels in het ongelijk zal worden gesteld, zal het hof haar tot betaling van de proceskosten zowel in hoger beroep als bij de kantonrechter veroordelen. Onder die kosten vallen ook de nakosten die nodig zijn voor de betekening van de uitspraak en de wettelijke rente daarover. De rente is verschuldigd vanaf veertien dagen na die betekening. [1]
3.21.
De veroordelingen in deze uitspraak kunnen ook ten uitvoer worden gelegd als een van partijen de beslissing van het hof voorlegt aan de Hoge Raad (uitvoerbaarheid bij voorraad).

4.De beslissing

Het hof:
4.1.
vernietigt het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland van 23 februari 2022;
4.2.
veroordeelt Indoor Solutions aan Iso-Bella te betalen een bedrag van € 11.696,31, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 4.623,69 vanaf de vervaldatum van de facturen tot de dag van algehele betaling, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 6.162,12 vanaf 3 september 2021 tot de dag van algehele betaling;
4.3.
veroordeelt Indoor Solutions tot betaling van de volgende proceskosten van Iso-Bella tot aan de uitspraak van de kantonrechter:
€ 1.013,- aan griffierecht;
€ 103,38 aan kosten voor het betekenen (bekendmaken) van de dagvaarding aan Iso-Bella;
€ 1.119,- aan salaris van de advocaat van Iso-Bella (3 procespunten x tarief € 373,-)
en tot betaling van de volgende proceskosten van Iso-Bella in hoger beroep:
€ 2.135,- aan griffierecht
€ 2.366,- aan salaris van de advocaat van (2 procespunten x appeltarief II);
4.4.
bepaalt dat al deze kosten moeten worden betaald binnen 14 dagen na vandaag. Als niet op tijd wordt betaald, dan worden die kosten verhoogd met de wettelijke rente;
4.5.
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
4.6.
wijst af wat verder is gevorderd.
Dit arrest is gewezen door mr. M.W. Zandbergen, mr. O.E. Mulder en mr. M. Aksu, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op dinsdag 30 mei 2023.

Voetnoten

1.HR 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853.