In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 14 maart 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de onderhoudsplicht van de man jegens de vrouw. De vrouw had in eerste aanleg een verzoek ingediend om de beëindiging van de alimentatieverplichting van de man te heroverwegen. De rechtbank Midden-Nederland had eerder beslist dat de alimentatieverplichting van de man eindigde op 15 februari 2021, vanwege grievend gedrag van de vrouw. Het hof heeft de feiten en omstandigheden rondom het grievend gedrag van de vrouw onderzocht, waaronder haar frustratie van hulpverlenings- en omgangstrajecten, het niet naleven van zorgregelingen, en het indienen van meerdere juridische procedures tegen de man. Het hof concludeert dat het gedrag van de vrouw zodanig grievend is dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat zij nog een bijdrage in haar levensonderhoud van de man verlangt. Hierdoor bestaat er geen alimentatieverplichting meer van de man jegens de vrouw. Tevens heeft het hof geoordeeld dat de vrouw verplicht is om de onverschuldigd betaalde alimentatie van € 13.753,- terug te betalen aan de man, vermeerderd met wettelijke rente. De vrouw is ook veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, omdat zij de rechtsgang heeft bemoeilijkt. Het hof bekrachtigt de eerdere beschikking van de rechtbank en legt de terugbetalingsverplichting op.