Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
1.1. Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift tevens verzoek tot schorsing met bijlage(n), ingekomen op 16 november 2022;
- het verweerschrift;
- een brief namens de GI van 28 december 2022 met bijlage(n).
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissingIn de zaak met zaaknummer 200.318.795/02Het schorsingsverzoek
In de zaak met zaaknummer 200.318.795/01Het ouderlijk gezag
De GI heeft ter zitting naar voren gebracht dat in februari 2023 over het opvoedperspectief van [de minderjarige2] zal worden beslist. [de minderjarige2] verblijft op dit moment elke week van maandag tot en met woensdag bij de vrouw en niet uitgesloten is dat haar perspectief (deels) bij de vrouw zal worden bepaald. In dat geval zullen partijen meer nog dan nu met elkaar moeten communiceren over [de minderjarige2] , bijvoorbeeld in het kader van de omgang. Het hof acht hen daartoe, mede gelet op de emotieregulatieproblematiek van de man, zonder begeleiding van de GI niet in staat.
6.De beslissing
19 september 2022, en in zoverre opnieuw beschikkende: