Uitspraak
1.[geïntimeerde1] ,
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
2.5 De bedoeling van het hoger beroep van [appellante] is dat de vorderingen van moeder en [geïntimeerde1] alsnog worden afgewezen. [appellante] vraagt het hof daarnaast voor recht te verklaren dat de sanctie/straf van de cautio Socini niet is ingetreden en dat zij niet is onterfd. [appellante] heeft zes grieven (bezwaren) tegen het bestreden vonnis.
3.Het oordeel van het hof
‘bankverklaringen omtrent het vermogen van de erflater per de datum van zijn overlijden’over te leggen of haar daarin inzage te geven. [geïntimeerde1] betwist dat [appellante] dat aan haar heeft gevraagd; dat zou pas tijdens deze procedure voor het eerst zijn gebeurd. Het hof ziet ook hier geen grond voor weigering. Niet staat vast dat [appellante] dat aan [geïntimeerde1] heeft gevraagd. Bovendien heeft de notaris op3 februari 2018 een ontwerp van de akte gestuurd mét een bijlage met een overzicht van de nalatenschap en de banktegoeden. Niet gesteld of gebleken is dat [appellante] toen contact heeft gezocht met de notaris voor vragen of opmerkingen (terwijl de notaris haar daarop uitdrukkelijk heeft gewezen). [appellante] is toen ook niet verschenen op de (eerste) afspraak voor het passeren van de akte op 23 februari 2018, waarbij zij ook niet heeft aangegeven dat zij verhinderd zou zijn (ook daarop heeft de notaris haar uitdrukkelijk gewezen).
verdelingvan de nalatenschap van haar vader. Die medewerking was ook onder het nieuwe erfrecht nog nodig. De notaris heeft in de akte ook die verdeling opgenomen.