ECLI:NL:GHARL:2022:8622
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. van Schuijlenburg
- M. Verstraaten
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de beslissing van de kantonrechter inzake verkeerssanctie voor parkeren op een voetpad of trottoir
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 oktober 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag. De zaak betreft een verkeerssanctie die aan de betrokkene was opgelegd voor het parkeren op een trottoir of voetpad. De kantonrechter had het beroep van de betrokkene gegrond verklaard, maar het hof heeft deze beslissing bevestigd. De betrokkene, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. B. de Jong, stelde dat de sanctie onterecht was opgelegd omdat er geen bord G7 aanwezig was om het voetpad aan te duiden. Het hof oordeelde echter dat de aanwezigheid van een bord niet vereist is voor de vaststelling van de gedraging. De betrokkene had op 15 november 2019 om 22:42 uur geparkeerd op de Roxenissestraat in Zoetermeer, wat leidde tot de sanctie van € 95,-. Het hof concludeerde dat de verklaring van de ambtenaar in het zaakoverzicht voldoende was om de gedraging vast te stellen, en dat de betrokkene op de hoogte was van de locatie van de overtreding. Het verzoek om proceskostenvergoeding werd afgewezen, en het hof bevestigde de beslissing van de kantonrechter.