Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
en die bij de kantonrechter optrad als gedaagde partij maar ook zelf een vordering heeft ingesteld,
die is gevestigd in Zwolle,
en die bij de kantonrechter optrad als eisende partij en zich heeft verweerd tegen de vordering van [appellant] ,
1.Het verdere verloop van de procedure bij het hof
- het H12 formulier van mr. Giard van 9 maart 2022, met als bijlage het Technisch Expertiserapport van [bedrijf1] met bijlagen;
- de akte houdende producties van Univé, met producties 13 en 14;
- het verslag (proces-verbaal), met de daarin genoemde spreekaantekeningen van mr. Loman, van de mondelinge behandeling die op 1 april 2022 is gehouden. Een ter gelegenheid van de mondelinge behandeling verzochte vermeerdering van eis aan de zijde van Univé is, na verzet door [appellant] , door de raadsheer-commissaris geweigerd wegens strijd met een goede procesorde.
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
“
4.1.4 U pleegt fraude
schadeals u
fraudeert. Heeft u
gefraudeerdmet schade en hebben wij deze
schade vergoed? Dan moet u deze aan ons terugbetalen. Daarnaast:
fraudeontdekken. U krijgt
fraudeaan ons terugbetalen;(…)”.
Verder staat op pagina 16 van de Algemene Voorwaarden:
“Wat bedoelen wij met …? (…)
schade vergoeden, waar u of een ander eigenlijk geen recht op heeft. Of u probeert ons te misleiden. Het maakt niet uit hoe u dit probeert. (…)”
“(…) Op donderdag, 23 maart 2017, omstreeks 07:15 uur, heb ik de personenauto geparkeerd aan de [straat] te [plaats1] op een openbare weg. (…) Ik heb de personenauto afgesloten middels de daarvoor bestemde handzender en ik heb gecontroleerd dat de personenauto was afgesloten. Toen ik op donderdag, 23 maart 2017, omstreeks 12:00 uur, de personenauto weer in gebruik wilde nemen zag ik dat deze door onbekende(n) was weggenomen. Ik heb geen sporen ontdekt die te maken kunnen hebben met de diefstal van mijn personenauto. (…) Mijn collega heeft zijn buren ingelicht, maar zij hebben niets van deze diefstal gemerkt.”In het gesprek op 7 september 2017 met de heer [medewerker1 Univé] (afdeling Speciale Zaken van Univé) (hierna: [medewerker1 Univé] ) in het bijzijn van de heer [medewerker2 Univé] ( [functie1] Fraudebeheersing van Univé Veiligheidszaken) heeft [appellant] het volgende over de vermeende diefstal verteld:
“(…) Op donderdag 23 maart 2017 omstreeks 07.15 uur parkeerde ik de personenauto (merk
7 december 2017 van de heer [medewerker P-CVD] (hierna: [medewerker P-CVD] ) werkzaam bij P-CVD. Om te beginnen concludeerden zowel [medewerker ID-tech] als [medewerker P-CVD] dat de auto geen braaksporen had, het portier onbeschadigd was en het alarmsysteem functioneerde. Ook hebben [medewerker ID-tech] en [medewerker P-CVD] de twee originele sleutels die [appellant] bij Univé heeft ingeleverd uitgelezen. Hoofdsleutel 1 werd door de echtgenote van [appellant] gebruikt en hoofdsleutel 2 gebruikte [appellant] zelf. Uit de onderzoeken blijkt dat hoofdsleutel 1 op 11 maart 2017 om 19:13 uur voor het laatst werd gebruikt en een kilometerstand van 77.229 had. Hoofdsleutel 2 is op
23 maart 2017 om 12:06 uur voor het laatste keer is gebruikt en had toen een kilometerstand van 79.030. Op het moment dat de auto werd teruggevonden had de auto een kilometerstand van 79.032. Beide onderzoekers concluderen dat hoofdsleutel 1 op 23 maart 2017 voor het laatst is geüpdatet om 12:06 uur en dat hoofdsleutel 2 op dat moment, dus ten tijde van de beweerde diefstal, in het voertuig aanwezig was. Verder heeft [medewerker P-CVD] het boordnetgeheugen van de auto uitgelezen. Uit de gegevens uit het boordnetgeheugen blijkt de auto in de nacht van 23 maart 2017 om 03:03 uur werd ingeschakeld en 34 minuten later om 03:27 uur werd uitgeschakeld. De ochtend van 23 maart 2017 werd de motor om 10:02 uur ingeschakeld en om 10:53 uur weer uitgeschakeld. Om 11:25 uur werd weer de auto ingeschakeld voor 44 minuten waarna de auto werd geparkeerd om 12:09 uur.
“(…) Volgens opdrachtgever is de onderhavige Audi A6 voorzien van een zogenaamd keyless-entry systeem. Vermoedelijk is door de dader het zendersignaal van de sleutel opgevangen, de code gekopieerd, en hiermee de betrokken auto geopend om vervolgens te starten en weg te rijden. We noemen dit in vakjargon de Aplification Ralay Attack (SARA) methode. In het door mij gehouden
1. Kunt u onderzoeken of er af-fabriek een keyless-entry systeem op mijn auto is gemonteerd?
“(…) Tijdens het onderzoek op 22-09-2017 werd door ondergetekende vastgesteld door middel van een test dat de Audinietwas voorzien van een keyless entry systeem of achteraf ingebouwd keyless entry systeem. Dit werd destijds niet beschreven in het rapport [het rapport1] , maar in het papieren
“Ik ben een keer door [appellant] gebeld dat zijn auto (Audi) gestolen was en hij belde rond de middag. (…) Hij vroeg mij of ik hem wilde ophalen en dat was in de gemeente [de gemeente] in de buurt van [het hotel] . Ik pikte hem op op een parkeerplaats aan het water en kennelijk was daar zijn auto gestolen (…) Ik was die dag dat [appellant] mij belde niet ergens met hem naartoe geweest. (…)U zegt mij dat [appellant] aangifte, die u zojuist toonde, heeft gedaan dat zijn auto gesloten is op 23 maart 2017 tussen 07:15 uur en 12:00 uur op de [straat] te [plaats1] en dat is niet juist. Ik zou niet weten waarom hij dat heeft gedaan want ik haalde hem toch echt op in [de gemeente] na de diefstal van zijn auto.”[appellant] heeft in hoger beroep een aanvullende verklaring van [naam1] overlegd, waarin [naam1] onder meer heeft verklaard.
“Simpel gezegd heb ik bedoeld dat de auto ontvreemd was en [appellant] via [het autobedrijf] een tijdelijk (ivm 30 dagen termijn van zijn verzekering) huur voertuig zijnde Audi A4 tot zijn beschikking heeft gehad. Zelf heb ik hem daar naartoe gebracht, juist omdat zijn auto was ontvreemd en hij geen vervoer meer had. (…) [appellant] is deze dag in mijn aanwezigheid geweest en heeft het voertuig zeker niet zelfstandig verplaatst of enig opdracht daartoe gegeven. (…) Verder is het mij onbekend wat ik nu aan u kenbaar moet of kan maken omtrent deze situatie.(…)”
3.16.Nu [appellant] de uitgebreide onderbouwde stellingen van Univé onvoldoende gemotiveerd heeft betwist, komt het hof niet toe aan het bewijsaanbod van [appellant] . Het voorgaande betekent dat het hoger beroep van [appellant] niet slaagt. Dat geldt ook voor zover [appellant] opkomt tegen de veroordeling tot betaling van de wettelijke rente en de proceskosten.
- griffierecht € 2.106,-
- salaris advocaat € 2.884,- (2 punten x appeltarief III).
4.De beslissing
€ 2.106,- aan griffierecht,
€ 2.884,- aan salaris van de advocaat van Univé,
€ 163,- aan nakosten (kosten die ontstaan na deze uitspraak);
14 dagen nadat de deurwaarder deze uitspraak heeft betekend aan Univé zijn betaald;