Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[vestigingsplaats](hierna: belanghebbende)
heffingsambtenaarvan
de gemeente Midden-Drenthe(hierna: de heffingsambtenaar)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Vaststaande feiten
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
tegen een vergoedinghouden van verblijf met overnachting. Daartoe voert belanghebbende aan dat geen directe relatie bestaat tussen het verblijven en overnachten enerzijds en de onder 2.2 genoemde jaarvergoeding anderzijds. De natuurlijke persoon is namelijk dezelfde vergoeding verschuldigd indien hij en/of zijn gezinsleden geen enkele nacht in de chalet/stacaravan verblijven of overnachten, aldus belanghebbende. Deze opvatting van belanghebbende is echter onjuist. Vaststaat dat de jaarvergoeding (mede) wordt betaald voor de mogelijkheid aldaar te kunnen verblijven en overnachten. Daarmee is sprake van een vergoeding als bedoeld in artikel 1 van de Verordening toeristenbelasting (vgl. HR 7 juni 2002, nr. 36.316, ECLI:NL:HR:2002:AD3600). Nu de overige elementen van het belastbare feit niet in geschil zijn, heeft (ook) met betrekking tot het houden van verblijf met overnachting op de jaarplaatsen het belastbare feit als bedoeld in artikel 1 van de Verordening toeristenbelasting zich hier voorgedaan.
5.Griffierecht en proceskosten
6.Beslissing
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).