Uitspraak
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
Die afspraken gingen onder andere over taxatie van de waarde van het pand [adres1] , bepaling van het exploitatiesaldo van het pand [adres1] over de periode 2005 tot en met 2009, taxatie van de waarde van de aandelen en taxatie van de waarde van het pand [adres2] in [plaats1] (het oorspronkelijke bedrijfspand in het centrum van [plaats1] , dat was verhuurd en eigendom was van Beheer). Wat [geïntimeerde] op basis van al deze (waarde)bepalingen aan [appellant] zou moeten betalen, zou worden afgetrokken van het openstaande bedrag van de lening van € 1.200.000 die [appellant] verschuldigd was aan [geïntimeerde] . Dit betrof een hypothecaire vordering van Friesland Bank op [appellant] uit geldlening, die [geïntimeerde] in december 2009 overnam van de bank nadat deze had gedreigd met veiling van het bedrijfspand vanwege een betalingsachterstand. De broers hebben in 2010 en de jaren daarna geen uitvoering gegeven aan de afspraken in de vaststellingsovereenkomst.
Hij vraagt het hof het vonnis te vernietigen voor zover het de hiervoor in rov. 2.4 onder 2 vermelde beslissing betreft. Hij wil dat voor recht wordt verklaard dat de koopprijs voor het eigendomsdeel van de kinderen van [appellant] in het pand [adres1] € 700.000 bedraagt in plaats van het door de rechtbank vastgestelde bedrag van € 840.000, althans een bedrag lager dan € 840.000.
3.Het oordeel van het hof
Rente over de hypotheekvordering van [geïntimeerde] op [appellant]
- Hoe moet de renteafspraak worden uitgelegd?
- Artikel 1: de onverdeelde helft van het pand [adres1] zal door de kinderen van [appellant] worden overgedragen aan [geïntimeerde] . De broers zullen ieder een taxateur aanwijzen om de waarde van het pand te bepalen. Indien de taxateurs er niet in slagen gezamenlijk voor 1 februari 2010 tot deze waardebepaling(en) te komen, zullen zij samen een derde taxateur aanwijzen die een doorslaggevende stem zal hebben. Hierbij zal uiterlijk op 1 maart 2010 een definitieve taxatie gereed zijn. Binnen één maand nadat de koopprijs is vastgesteld, dient de akte van levering van de onverdeelde helft van het pand te worden verleden voor de notaris.
De koopprijs wordt verrekend met de schuld wegens geldlening die [appellant] heeft aan [geïntimeerde] op grond van de cessie van de hypotheekvordering van Friesland Bank op [appellant] .
- Artikel 2: de exploitatie van het pand [adres1] over de afgelopen vijf jaar wordt door de broers geformaliseerd en vastgelegd op een wijze zodat daaruit blijkt wat partijen over en weer nog van elkaar te vorderen hebben. Indien zij verschil van mening hebben over de vaststelling van de uit de exploitatie voortvloeiende vordering/schuld zal deze bindend worden vastgesteld door twee accountants. De broers wijzen daartoe ieder vóór 31 januari 2010 een accountant aan. De accountants dienen gezamenlijk binnen twee maanden na de opdracht tot vaststelling van de uit de exploitatie voortvloeiende vordering/schuld te komen. Indien de accountants er niet in slagen gezamenlijk tot deze waardebepaling te komen, zullen zij samen een derde accountant aanwijzen die een doorslaggevende stem zal hebben. De onderlinge verhoudingen zullen uiterlijk 1 maart 2010 zijn bepaald.
- Artikel 3: Tremmal zal haar aandelen in Beheer in eigendom overdragen aan de houdstermaatschappij van [geïntimeerde] tegen een door partijen in onderling overleg te bepalen koopprijs, die bij verschil van mening bindend zal worden vastgesteld door twee register valuators. De broers wijzen daartoe vóór 31 januari 2010 ieder een register valuator aan. De register valuators dienen vóór 1 maart 2010 tot een koopprijs te komen. Vanaf 1 januari 2009 tot de datum van overdracht van de aandelen zal een rentevergoeding van 3,5% worden betaald.
De waardering van de tot het vermogen van Beheer behorende registergoederen zal door de broers in onderling overleg geschieden. Bij verschil van mening daarover zal de waarde bindend worden vastgesteld door twee taxateurs. De broers wijzen daartoe ieder vóór 31 januari 2010 een taxateur aan. De taxateurs dienen binnen twee weken na de opdracht tot een gezamenlijk bepaalde waardering te komen. Indien de taxateurs er niet in slagen tot deze waardebepaling(en) te komen, zullen zij samen een derde taxateur aanwijzen die een doorslaggevende stem zal hebben. Binnen één maand nadat de koopprijs aldus is vastgesteld, dient de akte van levering van de aandelen te worden verleden voor de notaris.
- Artikel 6: indien uit de verrekening van de punten 1 tot en met 3 met de geldlening van [geïntimeerde] aan [appellant] mocht blijken dat [appellant] een vordering heeft op [geïntimeerde] , dan zal die vordering binnen twee weken na de vaststelling als hiervoor bedoeld door [geïntimeerde] worden voldaan door overboeking van het verschuldigde bedrag op de bankrekening van [appellant] . Indien uit de verrekening mocht blijken dat [appellant] nog een schuld heeft aan [geïntimeerde] , dan zal die schuld worden omgezet in een overeenkomst van geldlening ter grootte van hetzelfde bedrag. Over die schuld zal door [appellant] een jaarlijkse rente dienen te worden voldaan gebaseerd op de driemaands EURIBOR, verhoogd met 1%. De lening dient in zeven jaarlijkse termijnen te worden afgelost. De rente dient maandelijks te worden voldaan.
Dat [appellant] belang had bij een spoedige afwikkeling maakt dat niet anders. Dat belang had [geïntimeerde] in beginsel immers ook. Partijen hadden het daarbij zelf in de hand dat het tot uitvoering van de afspraken over de waardebepalingen, overdrachten en verrekeningen zou komen. Daarbij geldt dat, als een partij niet zou meewerken, de andere partij zo nodig in rechte nakoming zou kunnen afdwingen om tot de gewenste afwikkeling te komen. Die mogelijkheid stond ook voor [appellant] open. Een einddatum voor de rente was dus niet nodig om hem tegen het (ongerechtvaardigd) oplopen van de vordering van [geïntimeerde] te beschermen.
- Conclusie ten aanzien van de rente over de hypotheekvordering
Waardering pand [adres1]
Het hof ziet daarom geen reden om een andere koopprijs aan te houden dan de rechtbank heeft gedaan. Dit betekent dat zowel de grieven van [appellant] als de incidentele grieven van [geïntimeerde] op dit punt falen.
Rente over het exploitatiesaldo
Uit deze formulering volgt dat over het vast te stellen bedrag van de vordering/schuld rente is verschuldigd tot aan de verrekening. Alleen is niet bepaald welk rentepercentage geldt.
Naar het oordeel van het hof brengt een redelijke uitleg van de overeenkomst mee dat de contractuele rente die voor de hypotheekvordering geldt ook bij deze verrekenpost wordt toegepast. Dit gelet op het directe verband dat in de bepaling wordt gelegd met deze vordering en de daarover tot aan de verrekening verschuldigde rente (3,5%). Het sluit ook aan bij de rente die volgens artikel 3 voor een andere verrekenpost geldt (eveneens 3,5%). Verder ontbreken aanwijzingen dat partijen een andere rentevoet voor ogen hebben gehad. De wettelijke rente is niet van toepassing: dit betreft de gefixeerde schadevergoeding die op grond van de wet verschuldigd is wegens vertraging in de voldoening van een geldsom, over de tijd dat de schuldenaar met de voldoening daarvan in verzuim is geweest (zie artikel 6:119 BW). Die situatie doet zich hier niet voor. Het beroep op verjaring gaat ook niet op. Het hof verwijst daarvoor naar hetgeen in rov. 3.11 is overwogen en merkt daarbij nog op dat het hier niet gaat om een aanspraak op vergoeding van wettelijke rente (zoals [appellant] stelt in randnummer 41 van het verweerschrift, waarnaar hij verwijst in de toelichting op grief V).
Dit betekent dat ook grief V faalt.
Vaststelling restantschuld
Proceskosten, beslagkosten en kosten van de deskundige
4.De beslissing
€ 4.851 aan salaris van de advocaat van [geïntimeerde] (0,5 x 2 punten x appeltarief VII);