Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het procesverloop
2.Kern van het geschil
3.Omvang van de vordering / het geschil
dat het Uwe Gerechtshof moge behagen om bij arrest het tussen partijen gewezen vonnis van 23 december 2020[…]
te vernietigen en opnieuw rechtdoende bij arrest, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, zo nodig onder aanvulling en verbetering en/of wijziging van gronden van eiseres in eerste aanleg, zijnde appellante in hoger beroep, zulks onder gelijktijdige veroordeling van geïntimeerde in de kosten van de procedures in beide instanties, eveneens uitvoerbaar bij voorraad.”
4.De beoordeling
De afgelopen periode zijn we zeer nadrukkelijk in gesprek geweest over de ondersteuning aan de familie H. Deze gesprekken verliepen met op de achtergrond de lopende juridische procedures. De gemeente Ede heeft hierbij steeds geprobeerd het belang van de klant voorop te stellen. We hebben ruim de tijd gegeven om te komen tot een warme overdracht van de klant aan een andere aanbieder. Toen u daaraan niet meewerkte hebben we zelf een andere aanbieder gezocht en de begeleiding parallel opgestart. Ook de familie H. was nadrukkelijk betrokken bij deze keuzes en gesprekken. Mevrouw heeft aan ons en aan u bij herhaling aangegeven dat alle keuzes en besluiten via haar moesten verlopen. Ondanks dat u hiervan op de hoogte was heeft u meneer H. een document laten tekenen waarbij hij verzocht om verlenging van de indicatie bij uw zorgorganisatie.
dienstverlening in PGB aan bewoners van de gemeente Ede niet meer mogelijk is.” zo worden begrepen dat Gemeente Ede er geen vertrouwen in heeft dat [appellante] doeltreffende en cliëntgerichte zorg zal verlenen. [appellante] onderbouwt onvoldoende dat zij wel in staat is om doeltreffend en cliëntgericht zorg te verlenen die voldoet aan de eisen die Gemeente Ede daaraan mag stellen. Dat [appellante] een “verklaring van tevredenheid” van enkele cliënten overgelegd heeft, volstaat daarvoor niet. Die eisen mag Gemeente Ede stellen als [appellante] zelf als opdrachtnemer in opdracht van een inwoner van Ede zorg verleent (in het kader van een door Gemeente Ede verstrekt pgb) en ook als [appellante] als onderaannemer de zorg verleent. De hoofdaannemer is dan immers op dezelfde wijze ervoor verantwoordelijk dat de diensten doeltreffend en cliëntgericht worden verstrekt. De mededelingen in de brief zijn daarom niet onrechtmatig tegenover [appellante] .
aan de hoofdaannemermee te delen waarop haar bezwaar tegen het inzetten van [appellante] als onderaannemer is gebaseerd . Deze passage in de brief betekent dus niet dat Gemeente Ede op een later moment aan [appellante] wil meedelen waarop haar standpunt zoals dat in de brief is verwoord is gebaseerd: waar het standpunt van Gemeente Ede op is gebaseerd is, blijkt immers voldoende uit de brief zelf.
zonder meer aannemelijk” dat Gemeente Ede met ZorgPlus over [appellante] heeft gesproken. Gemeente Ede betwist dit en voert het volgende aan. Gemeente Ede kwam tot de conclusie dat [appellante] in onderaanneming de begeleiding van deze persoon uitvoerde. Gemeente Ede heeft toen contact opgenomen met [appellante] – en niet met ZorgPlus – om haar erop te wijzen dat in de overeenkomst tussen Gemeente Ede en ZorgPlus kwaliteitseisen waren overeengekomen en dat het risico bestond dat [appellante] daaraan niet zou voldoen.