Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep, verder te noemen: de moeder,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 31 mei 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ontslag van de moeder als mentor van haar dochter. De moeder was eerder door de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, op 12 mei 2021 ambtshalve ontslagen als mentor wegens gewichtige redenen. De dochter, geboren in 1996, lijdt aan het Björeson Forsmann Lehman syndroom en functioneert op het verstandelijk niveau van een peuter. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder, ondanks haar belangrijke rol in het leven van de dochter, tekortschiet in haar verantwoordelijkheden als mentor. De moeder heeft de afgelopen jaren bijgedragen aan het isolement van de dochter en haar afhankelijkheid van haar. Het hof heeft ook opgemerkt dat er geen werkbare contacten zijn ontstaan tussen de moeder en de mentor, en dat er geen zorgplan tot stand is gekomen voor de dochter. De vader van de dochter heeft zijn zorgen geuit over de situatie en heeft gepleit voor ondersteuning in de zorg voor de dochter. Het hof heeft geconcludeerd dat het in het belang van de dochter is dat er een professionele mentor wordt aangesteld en dat de moeder haar medewerking moet verlenen aan de totstandkoming van een zorgplan. De grief van de moeder is afgewezen en de beschikking van de kantonrechter is bekrachtigd.