Uitspraak
1.Het procesverloop
2.De feitenvaststelling
3.Het geschil
Graag wil ik met u tot een correcte oplevering komen (voor zover nog mogelijk) want dit project is ook voor onze toekomst een belangrijke leerstoel geworden[…]”.
4.De beoordeling in hoger beroep
Graag wil ik met u tot een correcte oplevering komen (voor zover nog mogelijk) want dit project is ook voor onze toekomst een belangrijke leerstoel geworden” uitgelegd moet worden als een mededeling dat het werk klaar is om te worden opgeleverd (in de zin van artikel 7:758 BW).
een nostalgisch deurbel geluid welke in de buitenomgeving duidelijk waarneembaar is”. In de mail van 20 november 2017 schreef Gelmo “
het signaal en de bel zijn door ons niet correct aan te leveren”. Dat levert een gebrek op. Artikel 7:759 lid 1 BW bepaalt dat de aannemer daarvoor aansprakelijk is. Artikel 7:759 lid 2 BW bepaalt echter dat de opdrachtgever niet in alle gevallen kan vorderen dat de aannemer het gebrek herstelt. Uit artikel 6:87 BW volgt dat in gevallen waar nakoming blijvend onmogelijk is, de wederpartij alleen schadevergoeding kan vorderen. Het betoog van Gelmo komt erop neer dat zij feitelijk niet kan nakomen: het nostalgische belgeluid dat [appellant] wenst, kan zij niet leveren. [appellant] weerspreekt dat onvoldoende. Hij heeft specifieke eisen voor het geluidsignaal maar voert niet aan dat er een digitaal geluidsbestand bestaat dat aan zijn eisen voldoet. Dat betekent dat Gelmo niet (tot tevredenheid van [appellant] ) kan nakomen.
omdat dit op zich niets met de poort[…]
had te maken”. [appellant] vordert nakoming van die afzonderlijke overeenkomst . Hij moet daarom voldoende concreet stellen wat de inhoud van die overeenkomst is en waarom Gelmo in de nakoming ervan tekortgeschoten is. Concreet stelt [appellant] echter niet meer dan dat hij geen in te graven ankers of staanders wilde, maar voetplaten en dat de lamp niet in de koker past en de koker niet in de lamp. Beide partijen hebben op de comparitiezitting in eerste aanleg verklaard dat zij gesproken hebben over een bevestigingssysteem waarbij de bouten niet meer zichtbaar zijn. Volgens Gelmo gaat het om staanders of ankers, die onzichtbaar onder de lampen gemonteerd kunnen worden door ze in te graven. Die ankers heeft Gelmo afgeleverd. Volgens [appellant] is besproken dat het zou gaan om ronde voetplaten, maar hij legt niet uit hoe een voetplaat, waarbij de bouten die de voetplaat verankeren onzichtbaar zouden zijn, eruit zou zien . Over het totstandkomen en de inhoud van de overeenkomst stelt [appellant] verder niets concreets. Het hof is dan ook van oordeel dat [appellant] onvoldoende onderbouwt dat in te graven staanders niet aan de overeenkomst beantwoorden. Dat de door Gelmo geleverde staanders niet passen, is door [appellant] ook niet voldoende concreet onderbouwd. De overgelegde foto van de lamp (op de voetplaat) naast het anker, volstaat daarvoor niet. Een voldoende concreet bewijsaanbod ontbreekt op dit punt.