Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.1. Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 31 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over het gezag van de ouders over hun minderjarige kind, geboren in 2008. De moeder had verzocht om het gezamenlijk gezag te beëindigen en het gezag alleen aan haar toe te kennen, evenals om vervangende toestemming voor een geslachtsnaamwijziging van het kind. De rechtbank Noord-Nederland had eerder deze verzoeken afgewezen. Het hof oordeelde dat de omstandigheden sinds de eerdere beschikking waren gewijzigd, aangezien de vader sinds 2012 geen contact meer had met het kind en feitelijk niet betrokken was bij de opvoeding. Het hof concludeerde dat het in het belang van het kind was dat de moeder alleen het gezag uitoefende. De vader had geen bezwaar tegen de beëindiging van zijn gezag, mits dit in het belang van het kind was. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank vernietigd en het gezag over het kind alleen aan de moeder toegewezen. Tevens werd opgemerkt dat de moeder nu als wettelijke vertegenwoordiger het verzoek tot geslachtsnaamwijziging kan indienen zonder toestemming van de vader. Het hof benadrukte dat het aan de moeder is om, in overleg met het kind, een weloverwogen beslissing te nemen over de geslachtsnaamwijziging.