12.Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 47, 51, 57 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart het openbaar ministerie ter zake van het onder 1 meer subsidiair, 1 meest subsidiair, 2A, 2B, 3A en 3B tenlastegelegde niet-ontvankelijk in de vervolging.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 primair tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 primair bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
14 (veertien) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: een horloge.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 53]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 53] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 53] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 28]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 28] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 200.000,00 (tweehonderdduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 28] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 200.000,00 (tweehonderdduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 54]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 54] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 100.000,00 (honderdduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 54] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 100.000,00 (honderdduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 30]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 30] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 65.000,00 (vijfenzestigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 30] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 65.000,00 (vijfenzestigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 10]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 10] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 175.000,00 (honderdvijfenzeventigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 10] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 175.000,00 (honderdvijfenzeventigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 11]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 11] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 60.000,00 (zestigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 11] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 60.000,00 (zestigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 12]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 12] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 23.250,00 (drieëntwintigduizend tweehonderdvijftig euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 12] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 23.250,00 (drieëntwintigduizend tweehonderdvijftig euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 25]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 25] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 100.000,00 (honderdduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 25] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 100.000,00 (honderdduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 55]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 55] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 106.000,00 (honderdzesduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 55] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 106.000,00 (honderdzesduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 36]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 36] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 36] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 13]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 13] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 150.000,00 (honderdvijftigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 13] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 150.000,00 (honderdvijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 14]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 14] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 40.000,00 (veertigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 14] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 40.000,00 (veertigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 31]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 31] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 71.000,00 (eenenzeventigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 31] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 71.000,00 (eenenzeventigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 46]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 46] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 80.000,00 (tachtigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 46] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 80.000,00 (tachtigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 15]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 15] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 15] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 16]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 16] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 75.000,00 (vijfenzeventigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 16] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 75.000,00 (vijfenzeventigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 56]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 56] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 29.000,00 (negenentwintigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 56] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 29.000,00 (negenentwintigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 17]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 17] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 78.000,00 (achtenzeventigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 17] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 78.000,00 (achtenzeventigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 6]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 6] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 100.000,00 (honderdduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 6] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 100.000,00 (honderdduizend euro ) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 4]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 4] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 175.000,00 (honderdvijfenzeventigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 4] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 175.000,00 (honderdvijfenzeventigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 45]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 45] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 45] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 47]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 47] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 47] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 42]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 42] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 110.000,00 (honderdtienduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 42] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 110.000,00 (honderdtienduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkenen 40 en 41]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkenen 40 en 41] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 115.000,00 (honderdvijftienduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkenen 40 en 41] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 115.000,00 (honderdvijftienduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 38]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 38] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 38] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 18]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 18] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 18] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 37]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 37] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 60.000,00 (zestigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 37] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 60.000,00 (zestigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 49]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 49] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 30.000,00 (dertigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 49] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 30.000,00 (dertigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 19]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 19] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 19] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 26]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 26] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 285.000,00 (tweehonderdvijfentachtigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 26] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 285.000,00 (tweehonderdvijfentachtigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 32]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 32] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 100.000,00 (honderdduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 32] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 100.000,00 (honderdduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 7]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 7] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 15.000,00 (vijftienduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 7] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 15.000,00 (vijftienduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 22]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 22] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 130.000,00 (honderddertigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 22] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 130.000,00 (honderddertigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkenen 33 en 34]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkenen 33 en 34] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 60.000,00 (zestigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkenen 33 en 34] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 60.000,00 (zestigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 29]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 29] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 92.000,00 (tweeënnegentigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 29] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 92.000,00 (tweeënnegentigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 24]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 24] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 100.000,00 (honderdduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 24] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 100.000,00 (honderdduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 43]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 43] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 55.000,00 (vijfenvijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 43] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 55.000,00 (vijfenvijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkenen 51 en 52]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkenen 51 en 52] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 60.000,00 (zestigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkenen 51 en 52] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 60.000,00 (zestigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 27]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 27] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 27] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 48]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 48] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 55.000,00 (vijfenvijftigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 48] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 55.000,00 (vijfenvijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 21]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 21] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 45.000,00 (vijfenveertigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 21] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 45.000,00 (vijfenveertigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 20]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 20] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 20] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 57]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 57] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 57] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 39]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 39] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 60.000,00 (zestigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 39] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 60.000,00 (zestigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkenen 27 en 28]
Verklaart de benadeelde partij [betrokkenen 27 en 28] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 35]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 35] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 35] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 44]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 44] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 78.000,00 (achtenzeventigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 44] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 78.000,00 (achtenzeventigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 50]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 50] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50.000,00 (vijftigduizend euro) ter zake van materiële schade,waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 50] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50.000,00 (vijftigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [betrokkene 3]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [betrokkene 3] ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 40.000,00 (veertigduizend euro) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [betrokkene 3] , ter zake van het onder 1 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 40.000,00 (veertigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte of zijn mededader(s) aan een van beide betalingsverplichtingen hebben voldaan, de andere vervalt.
Aldus gewezen door
mr. A. van Maanen, voorzitter,
mr. G. Dam en mr. P.L.M van Gorkom, raadsheren,
in tegenwoordigheid van B.J. Berendsen, griffier,
en op 1 april 2022 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Bijlage 1: De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
[rechtspersoon 1] , op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van
1 november 2005 tot en met 31 december 2009, in de gemeente(n) Westerveld en/of
Doetinchem en/of Bronckhorst en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer rechtsperso(o)n(en) en/of een of meer natuurlijk(e) perso(o)n(en), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te
bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse
hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, onder meer
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 3] , een geldbedrag van (totaal) € 40.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 13] , een geldbedrag van (totaal) € 150.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 12] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--, en/of
€ 350,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 19] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 16] , een geldbedrag van (totaal) € 75.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 21] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans euro 45.000,=, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 22] en/of mevrouw [betrokkene 23] , een geldbedrag van (totaal) € 130.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 17] , een geldbedrag van (totaal) € 78.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 6] een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 4] , een geldbedrag van (totaal) € 225.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 14] , een geldbedrag van (totaal) € 55.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 25] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 7] en/of mevrouw [betrokkene 8] , een geldbedrag van (totaal)
€ 90.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 15] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- mevrouw [betrokkene 24] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 26] , een geldbedrag van (totaal) € 285.250,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 11] , een geldbedrag van (totaal) € 60.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 18] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 10] , een geldbedrag van (totaal) € 175.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en of mevrouw [betrokkene 20] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- [betrokkenen 27 en 28] , een geldbedrag van (totaal)
€ 50.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
een of meer ander(e) geldbedrag(en) van een of meer ander(en),
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en) en/of het ter
beschikking stellen van gegevens met geldswaarde in het handelsverkeer en/of tot het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, (tot een totaalbedrag van ongeveer € 5.150.831,16),
hebbende verdachte en/of zijn medeverdachte(n) en/of een of meer ander(en) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid voorgewend en/of doen voorwenden
(in (persoonlijke) gesprek(ken) en/of in een prospectus en/of bij presentatie(s) en/of in brochures en/of in folder(s) en/of in flyer(s) en/of in nieuwsbrief/nieuwsbrieven en/of in e- mailbericht(en) en/of op website(s)):
A. zich aan het publiek, althans aan een of meer van voornoemde personen
gepresenteerd als ware [rechtspersoon 1] door de AFM gecontroleerd en/of
goedgekeurd en/of [rechtspersoon 1] beschikte over een vergunning om effecten
(aan het publiek) aan te bieden; en/of
B. (vervolgens) aan het (benaderde) publiek, althans aan een of meer van
voornoemde personen (tot zekerheid van de belegging(en) en/of investering(en)
en/of participatie(s) en/of inleg van geld(en) en/of geldlening(en))
voorgespiegeld/voorgewend en/of doen voorspiegelen/voorwenden:
BI. dat de directie van [rechtspersoon 1] bestond uit een
ex-directeur/financieel manager van de [bank 2] en/of ervaren managers geweest
waren bij grote ondernemingen; en/of'
B2. dat de belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of
inleg van geld(en) en/of geldlening(en) (volledig) zouden worden geïnvesteerd
(in vastgoed in Polen via projectontwikkelaar [rechtspersoon 5] ); en/of
B3, dat de belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of
inleg van geld(en) en/of geldlening(en) veilig en/of (vrijwel) risicoloos
was/waren, althans een beperkt risico kende(n); en/of
B4. dat de belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of
inleg van geld(en) en/of geldlening(en) na (de oplevering van) een project
terug zou(den) worden betaald, althans vrij beschikbaar kwam(en); en/of
B5. dat de belegger(s) en/of deelnemer(s) en/of participant(en) volledig
(100%) zouden meedelen in de projectwinst; en/of
B6. dat de belegger(s) en/of deelnemer(s) en/of participant(en) maandelijks
een of meer geldbedrag(en) uitbetaald/uitgekeerd kre(e)g(en) als ware het een
of meer rendement(en) en/of opbrengst(en) van hun/zijn/haar belegging(en)
en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of inleg van geld(en) en/of
geldlening(en); en/of
B7. dat het (geprognosticeerde en/of gegarandeerde) rentepercentage, afhankelijk van het project, per jaar tussen de 10 en 20 procent, althans 8 procent bedroeg; en/of
B8. dat het eerste voorschot rendement van 8 procent 6 weken na de stortingsdatum van de belegging(en) en/of investering(en) en /of participatie(s) en /of inleg van geld(en) en/of geldlening(en) zou plaatsvinden; en/of
B9. dat het tweede voorschot rendement 12 maanden na de eerste rendementsuitkering zou plaatsvinden; en/of
B10. dat het project [project 1] was afgerond en op 1 juli 2007 zou worden opgeleverd en/of het project [project 2] / [project 3] goed, althans (geheel) volgens plan liep en/of
B11. dat kosten zouden worden bekostigd uit de 'zuivere winst',
waardoor een of meer van voornoemde perso(o)n(en) en/of een of meer andere perso(o)n(en) (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte,
zulks terwijl hij verdachte, al dan niet in vereniging met een of meer andere(n), tot
bovenomschreven strafbare feit(en) opdracht heeft gegeven, dan wel feitelijke leiding heeft gegeven aan boven omschreven verboden gedraging(en)
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 november 2005 tot en met 31 december 2009, in de gemeente(n) Westerveld en/of Doetinchem en/of Bronckhorst en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer rechtsperso(o)n(en) en/of een of meer natuurlijk(e) perso(o)n(en), althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen, (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels , onder meer
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 3] , een geldbedrag van (totaal) € 40.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 13] , een geldbedrag van (totaal) € 150.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 12] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--, en/of
€ 350,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 19] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 16] , een geldbedrag van (totaal) € 75.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 21] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans euro 45.000,=, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 22] en/of mevrouw [betrokkene 23] , een geldbedrag van (totaal) € 130.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 17] , een geldbedrag van (totaal) € 78.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 6] een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 4] , een geldbedrag van (totaal) € 225.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 14] , een geldbedrag van (totaal) € 55.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 25] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 7] en/of mevrouw [betrokkene 8] , een geldbedrag van (totaal)
€ 90.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 15] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- mevrouw [betrokkene 24] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 26] , een geldbedrag van (totaal) € 285.250,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 11] , een geldbedrag van (totaal) € 60.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 18] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 10] , een geldbedrag van (totaal) € 175.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en of mevrouw [betrokkene 20] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- [betrokkenen 27 en 28] , een geldbedrag van (totaal)
€ 50.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
een of meer ander(e) geldbedrag(en) van een of meer ander(en),
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en) en/of het ter
beschikking stellen van gegevens met geldswaarde in het handelsverkeer en/of tot het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, (tot een totaalbedrag van ongeveer € 5.150.831,16),
hebbende verdachte en/of zijn medeverdachte(n) en/of een of meer ander(en) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid voorgewend en/of doen voorwenden
(in (persoonlijke) gesprek(ken) en/of in een prospectus en/of bij presentatie(s) en/of in brochures en/of in folder(s) en/of in flyer(s) en/of in nieuwsbrief/nieuwsbrieven en/of in e- mailbericht(en) en/of op website(s)):
A. zich aan het publiek, althans aan een of meer van voornoemde personen
gepresenteerd als ware [rechtspersoon 1] door de AFM gecontroleerd en/of
goedgekeurd en/of [rechtspersoon 1] beschikte over een vergunning om effecten
(aan het publiek) aan te bieden; en/of
B. (vervolgens) aan het (benaderde) publiek, althans aan een of meer van
voornoemde personen (tot zekerheid van de belegging(en) en/of investering(en)
en/of participatie(s) en/of inleg van geld(en) en/of geldlening(en))
voorgespiegeld/voorgewend en/of doen voorspiegelen/voorwenden:
BI. dat de directie van [rechtspersoon 1] bestond uit een
ex-directeur/financieel manager van de [bank 2] en/of ervaren managers geweest
waren bij grote ondernemingen; en/of'
B2. dat de belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of
inleg van geld(en) en/of geldlening(en) (volledig) zouden worden geïnvesteerd
(in vastgoed in Polen via projectontwikkelaar [rechtspersoon 5] ); en/of
B3, dat de belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of
inleg van geld(en) en/of geldlening(en) veilig en/of (vrijwel) risicoloos
was/waren, althans een beperkt risico kende(n); en/of
B4. dat de belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of
inleg van geld(en) en/of geldlening(en) na (de oplevering van) een project
terug zou(den) worden betaald, althans vrij beschikbaar kwam(en); en/of
B5. dat de belegger(s) en/of deelnemer(s) en/of participant(en) volledig
(100%) zouden meedelen in de projectwinst; en/of
B6. dat de belegger(s) en/of deelnemer(s) en/of participant(en) maandelijks
een of meer geldbedrag(en) uitbetaald/uitgekeerd kre(e)g(en) als ware het een
of meer rendement(en) en/of opbrengst(en) van hun/zijn/haar belegging(en)
en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of inleg van geld(en) en/of
geldlening(en); en/of
B7. dat het (geprognosticeerde en/of gegarandeerde) rentepercentage, afhankelijk van het project, per jaar tussen de 10 en 20 procent, althans 8 procent bedroeg; en/of
B8. dat het eerste voorschot rendement van 8 procent 6 weken na de stortingsdatum van de belegging(en) en/of investering(en) en /of participatie(s) en /of inleg van geld(en) en/of geldlening(en) zou plaatsvinden; en/of
B9. dat het tweede voorschot rendement 12 maanden na de eerste rendementsuitkering zou plaatsvinden; en/of
B10. dat het project [project 1] was afgerond en op 1 juli 2007 zou worden opgeleverd en/of het project [project 2] / [project 3] goed, althans (geheel) volgens plan liep en/of
B11. dat kosten zouden worden bekostigd uit de 'zuivere winst',
waardoor een of meer van voornoemde perso(o)n(en) en/of een of meer andere perso(o)n(en) (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[rechtspersoon 1] op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 november
2005 tot en met 31 december 2009,in de gemeente(n) Westerveld en/of Doetinchem en/of
Bronckhorst en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer
natuurlijk(e) perso(o)n(en) en/of een of meer rechtsperso(o)n(en), althans alleen ;
(telkens) opzettelijk enig goed te weten een of meer geldbedrag(en) (tot een totaalbedrag van ongeveer EUR 5.150.831,16) afkomstig van
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 3] , een geldbedrag van (totaal) € 40.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 13] , een geldbedrag van (totaal) € 150.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 12] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--, en/of
€ 350,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 19] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 16] , een geldbedrag van (totaal) € 75.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 21] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans euro 45.000,=, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 22] en/of mevrouw [betrokkene 23] , een geldbedrag van (totaal) € 130.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 17] , een geldbedrag van (totaal) € 78.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 6] een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 4] , een geldbedrag van (totaal) € 225.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 14] , een geldbedrag van (totaal) € 55.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 25] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 7] en/of mevrouw [betrokkene 8] , een geldbedrag van (totaal)
€ 90.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 15] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- mevrouw [betrokkene 24] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 26] , een geldbedrag van (totaal) € 285.250,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 11] , een geldbedrag van (totaal) € 60.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 18] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 10] , een geldbedrag van (totaal) € 175.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en of mevrouw [betrokkene 20] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- [betrokkenen 27 en 28] , een geldbedrag van (totaal)
€ 50.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
en/of een of meer ander(e) geldbedrag(en) van een of meer ander(en),
in elk geval een of meer geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan een of meer aan hierboven genoemde personen en/of een of meer van de investeerders binnen [rechtspersoon 1] , althans aan een of meer ander(en) dan aan [rechtspersoon 1] en/of haar
medeverdachte(n), anders dan door misdrijf, te weten als belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of inleg van geld(en) en/of geldlening(en), onder zich had(den), telkens zich wederrechtelijk heeft/hebben toegeëigend, zulks terwijl hij verdachte, al dan niet in vereniging met een of meer andere(n), tot bovenomschreven strafbare feit(en) opdracht heeft gegeven, dan wel feitelijke leiding heeft gegeven aan boven omschreven verboden gedraging(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 november 2005 tot en met
31 december 2009, in de gemeente(n) Westerveld en/of Doetinchem en/of Bronckhorst en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer natuurlijk(e) perso(o)n(en) en/of een of meer rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
(telkens) opzettelijk enig goed te weten een of meer geldbedrag(en) (tot een totaalbedrag van ongeveer EUR 5.150.83 1,16) afkomstig van
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 3] , een geldbedrag van (totaal) € 40.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 13] , een geldbedrag van (totaal) € 150.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 12] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--, en/of
€ 350,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 19] , een geldbedrag van (totaal) € 25.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 16] , een geldbedrag van (totaal) € 75.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 21] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans euro 45.000,=, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 22] en/of mevrouw [betrokkene 23] , een geldbedrag van (totaal) € 130.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 17] , een geldbedrag van (totaal) € 78.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 6] een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 4] , een geldbedrag van (totaal) € 225.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 14] , een geldbedrag van (totaal) € 55.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 25] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 7] en/of mevrouw [betrokkene 8] , een geldbedrag van (totaal)
€ 90.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 15] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- mevrouw [betrokkene 24] , een geldbedrag van (totaal) € 100.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 26] , een geldbedrag van (totaal) € 285.250,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 11] , een geldbedrag van (totaal) € 60.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer [betrokkene 18] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en/of mevrouw [betrokkene 10] , een geldbedrag van (totaal) € 175.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- de heer en of mevrouw [betrokkene 20] , een geldbedrag van (totaal) € 50.000,--,
althans een of meer geldbedrag(en) en/of
- [betrokkenen 27 en 28] , een geldbedrag van (totaal)
€ 50.000,--, althans een of meer geldbedrag(en) en/of
een of meer ander(e) geldbedrag(en) van een of meer ander(en),
in elk geval een of meer geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan een of meer aan hierboven genoemde personen en/of een of meer van de investeerders binnen [rechtspersoon 1] , althans aan een of meer ander(en) dan aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n), anders dan door misdrijf, te weten als belegging(en) en/of investering(en) en/of participatie(s) en/of inleg van geld(en) en/of geldlening(en), onder zich had(den), telkens zich wederrechtelijk heeft /hebben toegeëigend;
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 326 Wetboek van Strafrecht