ECLI:NL:GHARL:2022:2218
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep kort geding
- R. Prakke-Nieuwenhuizen
- Th.C.M. Willemse
- S.C.P. Giesen
- Rechtspraak.nl
Executiegeschil in kort geding over schorsing van tenuitvoerlegging van een ontbindingsvonnis van de huurovereenkomst
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding dat is ingesteld door [appellant] tegen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [geïntimeerde] Onroerend Goed B.V. De procedure is gestart naar aanleiding van een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 4 augustus 2021, waarin de huurovereenkomst tussen partijen is ontbonden en [appellant] is veroordeeld tot ontruiming van de gehuurde bedrijfsruimte. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
[Appellant] heeft in hoger beroep gevorderd om de uitvoerbaarheid bij voorraad van het vonnis te schorsen totdat het hof op het hoger beroep heeft beslist. De kantonrechter heeft deze vordering in een kort geding op 7 september 2021 afgewezen. In hoger beroep heeft [appellant] opnieuw om schorsing van de tenuitvoerlegging verzocht. Het hof heeft vastgesteld dat de ontruiming van het gehuurde op 9 september 2021 heeft plaatsgevonden, waardoor de executie van het vonnis al geheel is voltooid.
Het hof overweegt dat [appellant] geen belang meer heeft bij de vordering tot schorsing, aangezien de ontruiming al heeft plaatsgevonden. Het hof concludeert dat het hoger beroep faalt en bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter. Tevens wordt [appellant] veroordeeld in de kosten van het hoger beroep, die zijn vastgesteld op € 772,- voor griffierecht en € 1.671,- voor salaris van de advocaat. De nakosten en wettelijke rente worden ook toegewezen, met specifieke voorwaarden voor betaling.