ECLI:NL:GHARL:2022:1121

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
10 februari 2022
Publicatiedatum
14 februari 2022
Zaaknummer
P21/0355
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling in het kader van resocialisatie en behandeling

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 februari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Amsterdam van 28 september 2021, die de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met een jaar had verlengd. Het hof heeft als uitgangspunt genomen dat de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd dient te worden, omdat de behandeling en resocialisatie van de terbeschikkinggestelde meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van een jaar. De terbeschikkinggestelde heeft alle therapieën in de kliniek afgerond, maar zijn resocialisatietraject is vertraagd. De kliniek en externe deskundigen adviseren om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, terwijl de terbeschikkinggestelde zelf pleit voor een kortere verlenging van een jaar om zijn voortgang te kunnen beoordelen.

Het hof heeft de argumenten van beide partijen afgewogen. De terbeschikkinggestelde heeft aangegeven dat hij nog niet in staat is om onbegeleid verlof te praktiseren, terwijl de kliniek en externe deskundigen van mening zijn dat hij zich goed inzet en dat zijn behandeling goed verloopt. Het hof heeft vastgesteld dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel eist. Gezien de adviezen van de kliniek en de externe deskundigen, en de risico-inschattingen met betrekking tot recidivegevaar, heeft het hof besloten de beslissing van de rechtbank te vernietigen en de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen.

Uitspraak

TBS P21/0355
Beslissing d.d. 10 februari 2022
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van het openbaar ministerie in de zaak tegen
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [geboortedag] 1972,
verblijvende in Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) [instelling] te [plaats] .
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Amsterdam van 28 september 2021, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
  • het arrest van het gerechtshof Amsterdam van 10 september 2010, waarbij de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege werd opgelegd;
  • de pro justitiarapportage van psychiater T. den Boer van 30 juni 2021;
  • de pro justitiarapportage van GZ-psycholoog [GZ-psycholoog] van 9 augustus 2021;
  • het verlengingsadvies van FPC [instelling] van 1 september 2021;
  • de verlengingsvordering van de officier van justitie van 7 september 2021;
  • het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
  • de beslissing waarvan beroep;
  • de akte van beroep van de officier van justitie van 11 oktober 2021;
  • de appelmemorie van de officier van justitie van 22 oktober 2021;
  • de evaluatie van het begeleid verlof van de terbeschikkinggestelde en de aanvraag van een machtiging voor zijn onbegeleid (werk)verlof van 9 november 2021;
  • de aanvullende informatie van FPC [instelling] van 13 januari 2022 met als bijlagen de wettelijke aantekeningen van het derde en vierde kwartaal van 2021.
Het hof heeft ter zitting van 27 januari 2022 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. D.N.A. Brouns, advocaat te Amsterdam, en de advocaat-generaal mr. R.J.A. Segerink.

Overwegingen:

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde
De terbeschikkinggestelde heeft alle therapieën in de kliniek inmiddels afgerond. Dramatherapie heeft een half jaar stilgelegen door personeelswisselingen. Hij heeft nog steeds alleen begeleid verlof gepraktiseerd. Tijdens die verloven wordt hij tot op heden begeleid door mannen, terwijl hij daarbij vijfmaal zou moeten worden begeleid door vrouwen voordat hij onbegeleid begeleid verlof mag praktiseren. De machtiging voor het onbegeleide verlof is al in november 2021 verleend. De kliniek heeft niets gedaan met de aanbevelingen van de externe deskundigen die het wenselijk achten dat sneller wordt toegewerkt naar transmuraal verlof. Volgens het verlengingsadvies van de kliniek zou de uitkomst van het individuele delictsscenario (IDS) leidend zou zijn voor het vervolgtraject van de terbeschikkinggestelde, maar volgens de aanvullende informatie moet hij de terugkoppeling van de IDS nog krijgen. De behandeling van de terbeschikkinggestelde en zijn resocialisatietraject hebben vertraging opgelopen. De verlengingsduur van de terbeschikkingstelling moet worden beperkt tot een termijn van één jaar om de terbeschikkinggestelde te motiveren en de voortgang van zijn behandeling en resocialisatie in die periode te beoordelen.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De kliniek en de externe deskundigen adviseren de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar te verlengen. Uit de aanvullende informatie van de kliniek komt naar voren dat de terbeschikkinggestelde zich goed inzet. Zijn behandeling verloopt ook goed. Hij staat echter nog in het begin van zijn resocialisatietraject, waarin nog een aantal stappen moet worden gezet. De kliniek heeft een verloftraject met een geleidelijke uitbreiding van de vrijheden ingezet. De externe deskundigen vinden wel dat de vrijheden sneller kunnen worden uitgebreid, maar zij verwachten ook dat een voortvarende resocialisatie van de terbeschikkinggestelde nog langer dan een jaar zal duren. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot vernietiging van de verlengingsbeslissing van de rechtbank en tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaren.
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof zal de beslissing van de rechtbank vernietigen omdat het tot een andere verlengingsbeslissing komt.
Indexdelicten
Het gerechtshof Amsterdam heeft de terbeschikkinggestelde bij arrest van 10 september 2010 veroordeeld ter zake van – onder meer – verkrachting, meermalen gepleegd. Het gerechtshof Amsterdam heeft vastgesteld dat deze misdrijven zijn gericht tegen of veroorzaken gevaar voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen.
Stoornis en recidivegevaar
Uit het verlengingsadvies van de kliniek volgt dat er bij de terbeschikkinggestelde sprake is van een licht verstandelijke beperking en een antisociale persoonlijkheidsstoornis met narcistische trekken. Bij hem is daarnaast sprake van stoornissen in het gebruik van alcohol, cannabis en cocaïne, die allen gedwongen in remissie zijn. De diagnostische conclusies van de kliniek worden onderschreven door de externe deskundigen Den Boer en [GZ-psycholoog] .
Bij het wegvallen van de terbeschikkingstelling schat de kliniek het risico op seksueel delictgedrag als hoog en het risico op gewelddadig delictgedrag als matig tot hoog in. Psycholoog [GZ-psycholoog] schat het recidiverisico van gewelddadig en seksueel delictgedrag als hoog in wanneer de terbeschikkinggestelde alleen in de maatschappij moet functioneren. Op basis van de gebruikte risicotaxatie-instrumenten ziet psychiater De Boer een zorgelijk profiel met een verhoogd risico op herhaling van soortgelijke feiten als de indexdelicten.
Verlenging
Gelet op de advisering en op hetgeen overigens ter zitting naar voren is gekomen, is het hof van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel eist.
Het hof heeft als uitgangspunt dat de terbeschikkingstelling verlengd dient te worden met een termijn van twee jaren wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling en resocialisatie van de terbeschikkinggestelde in het bestaande juridische kader meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar. Het hof ziet in dit geval geen aanleiding om af te wijken van dit uitgangspunt en de eenduidige adviezen van de kliniek en de externe deskundigen om de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaren te verlengen.
De externe deskundigen verschillen weliswaar met de kliniek van mening over het tempo waarin de vrijheden van de terbeschikkinggestelde kunnen worden uitgebreid, maar zij verwachten niet dat huidige maatregel binnen een één jaar (voorwaardelijk) kan worden beëindigd. Psychiater Den Boer schrijft in zijn pro justitiarapportage dat de terbeschikkinggestelde aan het begin van zijn resocialisatietraject staat en nog een aantal stappen zal moeten zetten, waaronder onbegeleid en transmuraal verlof. Volgens Den Boer ligt het niet in de rede om te verwachten dat het door hem voorgestane resocialisatietraject met een voortvarende uitbreiding van vrijheden binnen twee jaar zal leiden tot een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege. Psycholoog [GZ-psycholoog] verwacht eveneens dat het resocialisatietraject meer tijd dan twee jaren zal vergen.
Uit de aanvullende informatie van de kliniek komt naar voren dat de begeleide verloven van de terbeschikkinggestelde in de afgelopen periode zonder problemen zijn verlopen. De kliniek heeft een machtiging aangevraagd voor onbegeleid verlof ten behoeve van werk, met als tussenstap begeleid verlof met vrouwelijke begeleiders. Per 30 november 2021 is de kliniek gemachtigd de terbeschikkinggestelde dit verlof te laten praktiseren. De afgelopen periode is zijn contact met vrouwelijke stafleden en verlofbegeleiders geëvalueerd. Hij heeft zich gehouden aan de concrete afspraken die met hem zijn gemaakt. Zijn verlof wordt in de komende periode conform het verlofplan opgebouwd. Het ingezette traject, bestaande uit het opbouwen van onbegeleid verlof ten behoeve van werk, het aanvragen van onbegeleide sociale en recreatieve verloven en het toewerken naar transmuraal verlof, zal niet binnen een jaar gerealiseerd zijn. Daarom volhardt de kliniek in haar verlengingsadvies.

Beslissing

Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Amsterdam van 28 september 2021 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[terbeschikkinggestelde].
Verlengt de terbeschikkingstelling met een termijn van
twee jaar.
Aldus gedaan door
mr. M.E. van Wees als voorzitter,
mr. M. Keppels en mr. E.A.K.G. Ruys als raadsheren,
en dr. J. Lucieer en drs. D.M.L. Versteijnen als raden,
in tegenwoordigheid van mr. D. van der Geld als griffier,
en op 10 februari 2022 in het openbaar uitgesproken.
mr. E.A.K.G. Ruys en de raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.