ECLI:NL:GHARL:2022:10388
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tussenarrest inzake onderzoekswensen met betrekking tot Encrochat in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 december 2022 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van een verdachte die eerder door de rechtbank Overijssel was veroordeeld. De verdachte, geboren in 1966 en thans verblijvende in PI Vught, heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank van 15 maart 2022. Dit tussenarrest betreft de beslissingen van het hof op de onderzoekswensen van de verdediging met betrekking tot de interceptie van Encrochat-berichten. De verdediging heeft verzocht om aanhouding van de regiezitting in afwachting van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad, maar dit verzoek is afgewezen. Het hof heeft geoordeeld dat de huidige stand van zaken geen aanleiding geeft om de zaak aan te houden, en dat de onderzoekswensen van de verdediging niet toereikend zijn onderbouwd. Het hof heeft de verzoeken tot het horen van getuigen en het voegen van stukken afgewezen, met als argument dat de rechtmatigheid van de Franse opsporingshandelingen niet door de Nederlandse rechter kan worden getoetst op basis van het vertrouwensbeginsel. Het hof heeft de zaak geschorst voor onbepaalde tijd, met de opdracht de verdachte op een later tijdstip opnieuw op te roepen.