Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 17 december 2019 te [plaats1] , gemeente [gemeente1] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, één of meer bankbiljetten (in totaal voor 320 euro), in elk geval enig goed/geld, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [naam1] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op of omstreeks 13 december 2019 te [plaats2] , gemeente [gemeente2] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, één of meer bankbiljetten (in totaal voor 90 euro), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [naam2] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
het hof begrijpt: verdachte en medeverdachte). De jongen zonder baardje (
het hof begrijpt: medeverdachte) vroeg of hij het geld kon controleren op echtheid. Nadat aangever het geld liet zien, pakte de jongen zonder baardje het af en stak het in zijn broekzak. De jongens liepen naar de elektrische fiets van aangever, één van hen deed deze op slot en haalde de sleutel uit het slot. Vervolgens zag aangever dat de jongens hard wegliepen. Aangever heeft de politie gebeld en verdachte en medeverdachte zijn aangehouden. Medeverdachte bleek het geld van aangever in zijn jaszak en onderbroek te hebben gestopt. Aangever heeft van de politie zijn geld teruggekregen. [1]
het hof begrijpt: in [plaats2] ). Aangever zou voor € 90,- aan vuurwerk kopen. Op de afgesproken tijd zag aangever twee jongens staan (
het hof begrijpt: verdachte en medeverdachte). Eén van hen vroeg aangever of hij het geld bij zich had. Aangever liet hierop het geld zien. Eén van de jongens vroeg of het geld echt was en of aangever het geld wilde geven. Aangever gaf daarop het geld. De jongens vertelden dat ze gingen controleren of het geld echt was en ze liepen weg. Aangever is achter de jongens aan gelopen. Aangever heeft nog gezegd dat het niet enkel zijn eigen geld was, maar ook dat van zijn vrienden. Aangever zag dat de jongens gewoon doorliepen en deden alsof ze niets hoorden. Toen de jongens doorhadden dat aangever achter ze aan kwam, liepen ze de andere kant op. [5]
Bewezenverklaring
hij op 17 december 2019 te [plaats1] tezamen en in vereniging met een ander bankbiljetten (in totaal voor 320 euro), die aan een ander dan aan verdachte en zijn mededader toebehoorden, te weten aan [naam1] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op 13 december 2019 te [plaats2] , gemeente [gemeente2] , tezamen en in vereniging met een ander, bankbiljetten (in totaal voor 90 euro), die aan een ander dan aan verdachte en zijn mededader toebehoorden, te weten aan [naam2] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstraf, bestaande uit een
werkstrafvoor de duur van
28 (achtentwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
14 (veertien) dagen jeugddetentie.
1 (één) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.