ECLI:NL:GHARL:2021:9829

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
19 oktober 2021
Publicatiedatum
19 oktober 2021
Zaaknummer
200.292.117/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de geldigheid van een vaststellingsovereenkomst tussen Priore Accountants & Belastingadviseurs en een geïntimeerde

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen Priore Accountants & Belastingadviseurs en een geïntimeerde. De zaak betreft de vraag of er een vaststellingsovereenkomst is gesloten tussen Priore Accountants & Belastingadviseurs en de geïntimeerde, die zou leiden tot een bindend advies over een verschuldigd bedrag van € 44.368,-. De rechtbank Noord-Nederland had eerder geoordeeld dat er geen vaststellingsovereenkomst was gesloten, en dit oordeel werd door het hof bevestigd. Het hof concludeerde dat de geïntimeerde niet met Priore Accountants & Belastingadviseurs, maar met een andere partij had gehandeld. De rechtbank had de vorderingen van Priore Accountants & Belastingadviseurs afgewezen, en het hof bekrachtigde dit vonnis. Het hof oordeelde dat de dagvaarding in hoger beroep was uitgebracht door Priore Accountants & Belastingadviseurs, maar dat de vaststellingsovereenkomst niet met hen was gesloten. De proceskosten in hoger beroep werden toegewezen aan de geïntimeerde, en Priore Accountants & Belastingadviseurs werd veroordeeld in de kosten van de procedure.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.292.117/01
(zaaknummer rechtbank Noord-Nederland 172321)
arrest van 19 oktober 2021
in de zaak van
Priore Accountants & Belastingadviseurs,
gevestigd te Heerenveen,
appellante,
bij de rechtbank: eiseres,
hierna ook wel:
Priore Accountants & Belastingadviseurs,
advocaat: mr. A. Speksnijder, die kantoor houdt te Akkrum,
tegen
[geïntimeerde],
wonende te [woonplaats] ,
geïntimeerde,
bij de rechtbank: gedaagde,
hierna:
[geïntimeerde],
advocaat: mr. J.M. Jansen, die kantoor houdt te Roden.

1.Het geding in eerste aanleg

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van het vonnis van
10 februari 2021 dat de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, heeft gewezen.

2.Het geding in hoger beroep

2.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding in hoger beroep van 23 maart 2021,
- de memorie van grieven van 4 mei 2021 met producties,
- de memorie van antwoord van 13 juli 2021.
2.2
Vervolgens hebben partijen de stukken voor het wijzen van arrest ingediend en heeft het hof een datum voor arrest bepaald.
2.3
Priore Accountants & Belastingadviseurs vordert in het hoger beroep - samengevat - dat het hof het vonnis van de rechtbank vernietigt, haar vorderingen alsnog toewijst, met veroordeling van [geïntimeerde] in de kosten van de procedure bij de rechtbank en bij het hof.

3.Waar gaat het in deze zaak om?

3.1
Het gaat in deze zaak om de vraag of Priore Accountants & Belastingadviseurs met [geïntimeerde] een vaststellingsovereenkomst heeft gesloten op basis waarvan een bindend advies is uitgebracht. Priore Accountants & Belastingadviseurs vordert van [geïntimeerde] nakoming van de vaststellingsovereenkomst en daarmee betaling aan haar van het door de bindend adviseur vastgestelde bedrag van € 44.368,-. [geïntimeerde] is van mening dat hij niet met Priore Accountants & Belastingadviseurs de vaststellingsovereenkomst heeft gesloten, maar met een andere partij.
3.2
De rechtbank heeft geoordeeld dat tussen Priore Accountants & Belastingadviseurs en [geïntimeerde] geen vaststellingsovereenkomst is gesloten en heeft de vorderingen afgewezen.
3.3
In hoger beroep heeft Priore Accountants & Belastingadviseurs één grief (één bezwaar) tegen het vonnis van de rechtbank geformuleerd, namelijk dat de rechtbank ten onrechte haar oordeel heeft gebaseerd op de overweging dat de door Priore Accountants & Belastingadviseurs aan haar vordering ten grondslag gelegde overeenkomst niet tussen haar en [geïntimeerde] tot stand is gekomen.
3.4
Het hof komt tot hetzelfde oordeel. Hierna zal het hof deze beslissing motiveren, door eerst de relevante feiten te vermelden en daarna het bezwaar van Priore Accountants & Belastingadviseurs tegen de beslissing van de rechtbank te bespreken. Het hof zal de door de rechtbank vastgestelde feiten, nu daartegen niet is gegriefd, overnemen en op onderdelen aanvullen.

4.De feiten

4.1
Uit een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel blijkt dat de vennootschap onder firma Jongensboek 2001 v.o.f. op 1 januari 2002 is opgericht. Zij bestaat uit de vennoten [vennoot1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] . De vennootschap gebruikt als handelsnamen Jongensboek 2001 v.o.f. en Priore Medical. De onderneming heeft als KVK-nummer [nummer1] . Het Rechtspersonen Samenwerkingsverbanden Informatie Nummer (hierna het RSIN) voor deze vennootschap is [nummer2] . Voorheen gebruikte deze vennootschap ook wel de handelsnaam Priore Bolhuis accountants & belastingadviseurs.
4.2
Blijkens een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel is de maatschap Priore accountants & belastingadviseurs op 1 januari 2004 opgericht. De maatschap wordt gevormd door de volgende maten: HHL 89 B.V., Frodo B.V., Sogni d'oro B.V., De Sable B.V. en de in 2007 toegetreden Saevus B.V. Vanaf de oprichting maakte ook Sogno B.V. deel uit van de maatschap tot haar uittreden in 2013. Deze vennootschappen zijn de persoonlijke vennootschappen van [vennoot3] , [vennoot1] , [vennoot4] , [vennoot2] , [vennoot5]
respectievelijk [naam1] . De maatschap gebruikt als handelsnamen Priore accountants &
belastingadviseurs en Priore Medical. De onderneming is geregistreerd onder KVK-nummer [nummer3] . Het RSIN van het samenwerkingsverband is [nummer4] .
4.3
Bij de rechtbank Leeuwarden heeft een procedure gelopen tussen enerzijds Priore Medical v.o.f. en [vennoot1] , [naam1] (later uitgetreden), [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] (in de procedure Priore Medical c.s. genoemd) en anderzijds [geïntimeerde] . Bij vonnis van 11 juli 2012 in die procedure heeft de rechtbank de vorderingen in conventie en reconventie afgewezen. [geïntimeerde] heeft in die procedure aangevoerd dat hij met Jongensboek 2001 v.o.f. heeft gehandeld en dus niet met Priore Medical v.o.f. en dat de vennootschap ten onrechte doet voorkomen dat genoemde vennoten zelf in het handelsverkeer zijn opgetreden en met hem zaken hebben gedaan, reden waarom volgens [geïntimeerde] naast Priore Medical v.o.f. ook de vennoten niet-ontvankelijk zijn in de vorderingen. Priore Medical c.s. heeft in die procedure aangevoerd dat zij meerdere handelsnamen voert en dat de genoemde vennoten zowel als vertegenwoordiger van de vennootschap als voor zichzelf in rechte kunnen optreden. De rechtbank stelt onder meer vast dat [geïntimeerde] zijn verweer dat Priore Medical v.o.f. niet bestaat, niet heeft gehandhaafd, zodat de rechtbank het ervoor houdt dat [geïntimeerde] (eveneens) heeft gehandeld met Priore Medical v.o.f., dat deze vennootschap eiseres is in die procedure en dat ter zake de samenwerking met Priore Medical v.o.f. ook de vennoten met wie [geïntimeerde] niet rechtstreeks heeft gehandeld, gebonden zijn aan de afspraken die zijn gemaakt. Ook [vennoot1] , [naam1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] zijn daarom, zo volgt uit het vonnis, bevoegd om [geïntimeerde] te dagvaarden.
4.4
Tegen deze uitspraak is hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Priore Medical v.o.f. en haar vennoten [vennoot1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] worden in die procedure gezamenlijk Priore genoemd.
4.5
Uit het proces-verbaal van de zitting van 31 augustus 2016 bij het hof blijkt dat deze partijen en [geïntimeerde] ter zitting een vaststellingsovereenkomst hebben gesloten om hun geschil te beëindigen. Deze vaststellingsovereenkomst houdt het volgende in:
‘1. Partijen zijn het erover eens dat tussen hen aldus zal worden afgerekend met als
uitgangspunt dat [geïntimeerde] de belastingadviespraktijk in Drachten vanaf 1 maart 2007
voor eigen rekening en risico heeft gedreven en dat hij een goodwill van € 82.000,- verschuldigd is voor de van Priore per genoemde datum overgenomen cliënten.
2. Partijen zullen binnen een week na heden gezamenlijk de SRA verzoeken een accountant
voor te dragen om bij wege van bindend advies vast te stellen welke bedragen ten aanzien
van de periode 1 maart 2007 tot en met 15 juni 2009 over en weer verschuldigd zijn bij een
afrekening als hiervoor bedoeld.
3. De bij het hof aanhangige procedure wordt doorgehaald.
4. Partijen dragen ieder de eigen kosten en kunnen geen rechten ontlenen aan de eerder in
deze procedure gewezen uitspraken.’
4.6
Deze vaststellingsovereenkomst is ondertekend door enerzijds [vennoot1] en [vennoot2]
’mede namens Jongensboek v.o.f., mede handelend onder de naam Priore Medical v.o.f., en de andere vennoten van deze v.o.f.’en anderzijds [geïntimeerde] .
4.7
Ter uitvoering van de vaststellingsovereenkomst is in september 2016 opdracht gegeven aan de heer [naam2] van [naam2] Mediation B.V. (hierna: [naam2] ) om bij wijze van bindend advies vast te stellen welke bedragen ten aanzien van de periode 1 maart 2007 tot en met
15 juni 2009 over en weer verschuldigd zijn tussen enerzijds Priore Medical v.o.f. en haar vennoten [vennoot1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] (gezamenlijk in het bindend advies Priore genoemd) en anderzijds [geïntimeerde] .
4.8
Op 28 juni 2019 heeft [naam2] zijn rapportage met het bindend advies uitgebracht. Daarin heeft hij bepaald dat [geïntimeerde] aan de wederpartij bij het bindend advies uiterlijk
1 september 2019 € 44.386,- moet betalen.
4.9
[geïntimeerde] heeft ondanks sommatie het bedrag onbetaald gelaten.

5.De beoordeling van het geschil

Standpunt van partijen
5.1
Priore Accountants & Belastingadviseurs heeft ter onderbouwing van haar vordering het volgende gesteld. Per 1 januari 2001 zijn [vennoot4] , [naam1] , [vennoot2] , [vennoot1] en [vennoot3] een maatschap dan wel vennootschap onder firma aangegaan. Per 1 januari 2002 hebben deze personen hun samenwerking nader mede bepaald onder de in het handelsregister ingeschreven namen Jongensboek 2001 v.o.f. en Priore Medical. Deze personen oefenen een bedrijf uit op basis van een tussen hen aangegane set van overeenkomsten. Zij maken daarbij in hoofdzaak gebruik van de handelsnaam Priore Accountants & Belastingadviseurs. Voorts hebben zij de naam Jongensboek v.o.f. gebruikt voor hun samenwerkingsafspraken. Per
1 januari 2004 is [vennoot5] toegetreden tot de maatschap en zijn per die datum de andere vennoten ook opgetreden als (direct en indirect) bestuurder van hun persoonlijke vennootschappen. Waar de vennoten persoonlijk zijn aangeduid in de procedures bij de rechtbank en het hof betrof dit volgens Priore Accountants & Belastingadviseurs hun handelen in de hoedanigheid van bestuurder en vertegenwoordiger van hun persoonlijke vennootschappen. Tijdens de zitting bij het hof op 31 augustus 2016 is bij de ondertekening van de vaststellingsovereenkomst, aldus Priore Accountants & Belastingadviseurs, stellig niet beoogd haar niet te vertegenwoordigen. Een dergelijke uitleg zou niet aansluiten bij de strekking van het compromis, namelijk om alsnog te komen tot een financiële regeling voor dat wat [geïntimeerde] aan Priore Accountants & Belastingadviseurs had onthouden.
5.2
[geïntimeerde] heeft betwist dat de vennoten [vennoot1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] handelden in hoedanigheid van bestuurder en vertegenwoordiger van hun persoonlijke vennootschappen bij het sluiten van de vaststellingsovereenkomst. Priore Accountants & Belastingadviseurs is een ander samenwerkingsverband, met andere maten en geregistreerd onder een ander KvK-nummer dan Priore Medical v.o.f., die met haar vennoten partij was bij de vaststellingsovereenkomst. [geïntimeerde] heeft zich niet gerealiseerd en redelijkerwijs kunnen realiseren dat (mede namens) Priore Accountants & Belastingadviseurs de vaststellingsovereenkomst werd gesloten. Uit de gevoerde procedures alsmede hetgeen
daaraan vooraf is gegaan en op is gevolgd, inclusief het bindend advies en de correspondenties, blijkt dat hij uitsluitend zaken heeft gedaan met en (in rechte) betrokken is door Priore Medical v.o.f., niet zijnde Priore Accountants & Belastingadviseurs.
Partij bij de vaststellingsovereenkomst?
5.3
Het hof stelt bij de beoordeling van het geschil voorop dat voor het antwoord op de vraag wie partij is bij een overeenkomst, moet worden gekeken naar hetgeen partijen jegens elkaar hebben verklaard en hetgeen zij over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden. Daarbij dient rekening te worden gehouden met alle omstandigheden van het geval. Dit is de in de jurisprudentie ontwikkelde zogenoemde Haviltex-norm, die dus niet alleen geldt voor de uitleg van de inhoud van overeenkomst, maar ook voor de vraag tussen welke partijen een overeenkomst is gesloten. Daardoor is niet doorslaggevend of een partij daadwerkelijk contractspartij heeft willen zijn, maar slechts wat kenbaar was voor de verschillende betrokken partijen. In dit geval is eveneens van belang dat de vraag in welke hoedanigheid een eisende partij optreedt, uitleg vraagt van het exploot waarmee de desbetreffende instantie wordt ingeleid; in dit geval de dagvaarding in hoger beroep. Ingevolge art. 3:59 BW zijn de artikelen 3:33 en 3:35 BW op deze uitleg overeenkomstig van toepassing. Het is krachtens de hoofdregel van artikel 150 Rv aan Priore Accountants & Belastingadviseurs om te stellen en bij tegenspraak te bewijzen dat de aan haar vordering ten grondslag gelegde vaststellingsovereenkomst (mede) met haar is overeengekomen. Tegen deze achtergrond overweegt het hof als volgt.
5.4
De dagvaarding in dit hoger beroep is uitgebracht door Priore Accountants & Belastingadviseurs. Priore Accountants & Belastingadviseurs en haar onderneming staan in het handelsregister als maatschap geregistreerd met een uniek RSIN en KvK-nummer.
Priore Medical v.o.f. , [vennoot1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] enerzijds en [geïntimeerde] anderzijds hebben, blijkens het proces-verbaal van de zitting bij het hof van
31 augustus 2016 hun geschil in dat hoger beroep beëindigd door een vaststellingsovereenkomst. Uit het handelsregister volgt dat de vennootschap onder firma Jongensboek 2001 v.o.f. als handelsnaam Priore Medical voert en dat zij wordt gevormd door de vennoten [vennoot1] , [vennoot2] , [vennoot3] , [vennoot4] en [vennoot5] . De vaststellingsovereenkomst is door [vennoot1] en [vennoot2] op eigen naam ondertekend ‘
mede namens Jongensboek 2001 v.o.f., mede handelend onder de naam Priore Medical v.o.f., en de andere vennoten van deze v.o.f.
Evenals de rechtbank concludeert het hof op basis van de ondertekening van de vaststellingsovereenkomst en de registratie in het handelsregister dat met Jongensboek 2001 v.o.f. dezelfde vennootschap onder firma wordt bedoeld als Priore Medical v.o.f. Deze vennootschap onder firma staat met een eigen onderneming in het handelsregister geregistreerd. Het KvK-nummer en het RSIN wijken af van die van Priore Accountants & Belastingadviseurs. Uit het handelsregister volgt dan ook dat Jongensboek 2001 v.o.f. en de maatschap Priore Accountants & Belastingadviseurs twee verschillende entiteiten zijn met elk een eigen onderneming en eigen afgescheiden vermogens. Priore Accountants & Belastingadviseurs is, blijkens het handelsregister, ook geen voortzetting van Jongensboek 2001 v.o.f. Dat met Priore Medical v.o.f. (mede) Priore Accountants & Belastingadviseurs wordt bedoeld, is door haar tegen deze achtergrond onvoldoende gemotiveerd gesteld. Dat Priore Accountants & Belastingadviseurs ook de handelsnaam Priore Medical voert, maakt niet, zoals de rechtbank terecht heeft overwogen, dat sprake is van hetzelfde samenwerkingsverband.
5.5
Priore Accountants & Belastingadviseurs heeft nog gesteld dat in de procedures bij de rechtbank en het hof waarbij de vennoten persoonlijk zijn aangeduid, het een handelen betrof in hoedanigheid van bestuurder en vertegenwoordiger van hun persoonlijke vennootschappen. Daarmee, zo begrijpt het hof haar stellingen, zouden deze vennoten ook bij het aangaan van de vaststellingsovereenkomst mede als maat van en namens Priore Accountants & Belastingadviseurs hebben gehandeld. Naar het oordeel van het hof vindt deze stelling geen steun in de procesaanduiding van partijen in het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 11 juli 2012, in de overwegingen van de rechtbank dienaangaande, noch in de procesaanduiding van partijen in het proces-verbaal van de zitting bij het hof van
31 augustus 2016. Uit de ondertekening van de vaststellingsovereenkomst blijkt dit evenmin. [vennoot1] en [vennoot2] hebben deze immers ondertekend op eigen naam mede namens de vennootschap onder firma en haar vennoten. Dat gezien die ondertekening ‘stellig niet is beoogd om niet de maatschap te vertegenwoordigen’ leidt zonder nadere toelichting die ontbreekt, niet tot een ander oordeel. Uit welke verklaringen en gedragingen [geïntimeerde] had moeten afleiden dat (ook) Priore Accountants & Belastingadviseurs partij was bij de vaststellingsovereenkomst, is niet duidelijk geworden. Ook uit het bindend advies volgt niet dat Priore Accountants & Belastingadviseurs (mede) als wederpartij van [geïntimeerde] optrad. Redengevende feiten of omstandigheden die een andere conclusie rechtvaardigen zijn onvoldoende gemotiveerd gesteld.
5.6
Het hof komt dan ook tot het oordeel dat geen vaststellingsovereenkomst is gesloten tussen Priore Accountants & Belastingadviseurs en [geïntimeerde] en dat daarmee de grondslag voor de vorderingen van Priore Accountants & Belastingadviseurs is komen te ontvallen. De grief slaagt niet en het vonnis van de rechtbank zal worden bekrachtigd.
De proceskosten van het hoger beroep
5.7
[geïntimeerde] heeft gevraagd Priore Accountants & Belastingadviseurs te veroordelen in het salaris van de (proces)advocaat naar dubbel liquidatietarief omdat zij gezien het vonnis in eerste aanleg een kansloze procedure zou hebben gevoerd en aldus misbruik heeft gemaakt van procesbevoegdheid. In hoger beroep heeft zij de feiten niet bestreden en niet duidelijk kunnen maken waarom op grond daarvan het oordeel van de rechtbank niet juist zou zijn.
5.8
De wettelijke regeling over proceskosten (artikelen 237 – 240 Rv) bevatten regels die, volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad, alleen in zeer bijzondere omstandigheden opzij kunnen worden gezet. Daarvoor is nodig dat gesproken kan worden van misbruik van procesrecht of onrechtmatig handelen. Het instellen van hoger beroep door Priore Accountants & Belastingadviseurs tegen afwijzing van haar stellingen in de procedure bij de rechtbank zou dan zo evident ongegrond moeten zijn, dat Priore Accountants & Belastingadviseurs daarvan had moeten afzien in verband met de betrokken belangen van [geïntimeerde] . Daarvan kan volgens de Hoge Raad pas sprake zijn als Priore Accountants & Belastingadviseurs haar hoger beroep baseert op feiten en omstandigheden waarvan zij de onjuistheid kende dan wel behoorde te kennen of op stellingen waarvan zij op voorhand moest begrijpen dat deze geen kans van slagen hadden. Bij het aannemen van misbruik van procesrecht of onrechtmatig handelen door het aanspannen van een procedure past terughoudendheid, gelet op het recht op toegang tot de rechter dat mede gewaarborgd wordt door art. 6 EVRM.
5.9
Hoewel Priore Accountants & Belastingadviseurs niet veel werk heeft gemaakt van de onderbouwing van haar grief, brengt de vereiste terughoudendheid mee dat niet kan worden gesproken van misbruik van procesrecht. Priore Accountants & Belastingadviseurs zal worden veroordeeld in de kosten van de procedure in hoger beroep naar enkel liquidatietarief. Die kosten aan de zijde van [geïntimeerde] worden begroot op € 772,- aan verschotten en € 2.031,- aan kosten advocaat (geliquideerd salaris van de advocaat: 1 punt, tarief IV).

6.De beslissing

Het hof:
bekrachtigt het vonnis van 10 februari 2021 van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden,
veroordeelt Priore Accountants & Belastingadviseurs in de proceskosten in hoger beroep en bepaalt deze kosten op € 772,- aan verschotten en op € 2.031,- voor geliquideerd salaris van de advocaat,
verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit arrest is gewezen door mrs. J.E. Wichers, J.H. Kuiper en I. Tubben en is door de rolraadsheer, in tegenwoordigheid van de griffier, in het openbaar uitgesproken op
19 oktober 2021.