ECLI:NL:GHARL:2021:9521

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
7 oktober 2021
Publicatiedatum
11 oktober 2021
Zaaknummer
TBS P21/0201
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de verlenging van terbeschikkingstelling op basis van verlaagd recidiverisico en voldaan aan voorwaarden

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 7 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Oost-Brabant, die op 28 mei 2021 de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met een jaar had verlengd. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling afgewezen. Het hof baseert deze beslissing op het advies van een onafhankelijke psychiater en aanvullende informatie van de reclassering, waaruit blijkt dat het recidiverisico van de terbeschikkinggestelde zodanig is teruggebracht dat het verantwoord is om de maatregel te beëindigen.

De terbeschikkinggestelde, geboren in 1984, heeft in de afgelopen periode positieve ontwikkelingen doorgemaakt. Hij heeft een zelfstandige woning betrokken in ’s-Hertogenbosch en de overdracht van hulpverlening is geregeld. De onafhankelijke psychiater heeft in haar rapportage van 4 maart 2021 geadviseerd om de maatregel te beëindigen, mits aan bepaalde voorwaarden werd voldaan. Het hof heeft vastgesteld dat aan deze voorwaarden is voldaan, en dat de terbeschikkinggestelde in staat is om zonder de maatregel verder te functioneren.

De advocaat-generaal heeft gepleit voor bevestiging van de beslissing van de rechtbank, maar het hof is van mening dat de veiligheid van anderen niet langer een verlenging van de terbeschikkingstelling vereist. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling afgewezen, waardoor de terbeschikkinggestelde weer in vrijheid kan terugkeren in de maatschappij.

Uitspraak

TBS P21/0201
Beslissing d.d. 7 oktober 2021
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1984,
wonende op [woonplaats] .
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ’s-Hertogenbosch, van 28 mei 2021. Deze beslissing houdt in de verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar en wijziging van de voorwaarden.
Het hof heeft gelet op dezelfde stukken als de rechtbank en verder op:
̶ het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
̶ de beslissing waarvan beroep;
̶ de akte van beroep van de terbeschikkinggestelde van 4 juni 2021;
̶ de aanvullende informatie van de reclassering, GGZ IrisZorg, van 16 september 2021, met als bijlage het voortgangsverslag van 3 augustus 2021.
Het hof heeft ter zitting van 23 september 2021 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. V.S.J. Chorus, advocaat te Nuth, en de advocaat-generaal mr. V. Smink.

Overwegingen:

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde
De terbeschikkinggestelde heeft zich op het standpunt gesteld dat de beslissing waarvan beroep dient te worden vernietigd en de vordering tot verlenging van de maatregel dient te worden afgewezen. Er zijn geen gronden meer aanwezig voor verlenging van de maatregel. Blijkens de rapportages wordt het recidiverisico bij beëindiging van de maatregel ingeschat als laag. Aan de voorwaarden voor beëindiging zoals genoemd in het rapport van de onafhankelijke psychiater, namelijk dat verhuizing en overdracht van hulpverlenging is geregeld, is voldaan. De terbeschikkinggestelde beschikt over een woning en de hulpverlening is overgedragen aan Humanitas. In de afgelopen periode heeft de terbeschikkinggestelde zich voldoende bewezen. Hij heeft laten zien dat hij op een adequate manier kan omgaan met spanningen en op juiste wijze invulling kan geven aan toenemende vrijheden. Alles overziend is het tijd dat er een punt wordt gezet achter de maatregel en de terbeschikkinggestelde weer volledig in vrijheid kan terugkeren in de maatschappij.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot bevestiging van de beslissing waarvan beroep. Aan de voorwaarden voor verlenging van de maatregel is voldaan. Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van een combinatie van zeer ernstige stoornissen. Hoewel hij in de afgelopen periode een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt is het, mede gelet op de adviezen van de reclassering en de onafhankelijke psychiater, nog te vroeg om de maatregel definitief te beëindigen. Recent heeft de terbeschikkinggestelde een zelfstandige woonruimte betrokken. De nieuwe woonsetting lijkt blijkens de stukken in het dossier geen ideale plek te zijn. Het is van belang dat wordt gemonitord hoe de terbeschikkinggestelde omgaat met eventuele strubbelingen met medebewoners en met verleidingen op het gebied van alcohol. Hoewel de wens van betrokkene om de maatregel te beëindigen begrijpelijk is, is een verlenging van de maatregel met een jaar geïndiceerd
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof zal de beslissing waarvan beroep vernietigen, omdat het tot een andere beslissing komt.
Overwegingen
Het hof is – anders dan de rechtbank en de advocaat-generaal – van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen inmiddels niet langer verlenging van de terbeschikkingstelling vereist en dat derhalve, met vernietiging van het vonnis waarvan beroep, de vordering van het openbaar ministerie dient te worden afgewezen.
IrisZorg heeft in het advies van 29 maart 2021 – kort gezegd – geadviseerd de maatregel te verlengen met één jaar. De reclassering heeft aangegeven dat de terbeschikkinggestelde op dat moment voor een belangrijke stap stond in zijn leven, namelijk de verhuizing naar een zelfstandige woning in ’s-Hertogenbosch. In dat kader werd een goede overgang naar een nieuwe woning van groot belang geacht, evenals het vinden van een huisarts en een apotheek en het regelen van ambulante woonondersteuning. Omdat de verlenging van de maatregel en de aanstaande verhuizing elkaar kruisen, voelde de reclassering zich voor een dilemma gesteld. De reclassering heeft dit dilemma als volgt omschreven:
“Een heel jaar verlenging van de maatregel terwijl het recidiverisico laag wordt geschat en de bereidheid van betrokkene om mee te werken aan ambulante ondersteuning of nu beëindigen terwijl er zo’n belangrijke en spannende verhuizing staat te gebeuren.”
De onafhankelijke psychiater, Heinsman-Carlier, heeft in haar rapportage van 4 maart 2021 – kort gezegd – geadviseerd de maatregel te beëindigen onder de voorwaarde dat verhuizing en overdracht van hulpverlening op korte termijn zijn geregeld. Indien niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, wordt geadviseerd de maatregel te verlengen met één jaar. Bij beëindiging van de maatregel wordt het recidiverisico op korte termijn als laag en op lange termijn als laag tot matig ingeschat. De onafhankelijke psychiater heeft in dat verband opgemerkt dat de terbeschikkinggestelde binnen zijn mogelijkheden heeft kunnen profiteren van de behandeling. De terbeschikkinggestelde accepteert hulp en kan ook zelf actief om hulp vragen. Door het verbeteren van sociale en communicatieve vaardigheden ervaart hij minder spanningen in alledaagse contacten. Hoewel pijn en de ziekte van Crohn belangrijkste risicofactoren blijven, geeft de terbeschikkinggestelde blijk van goede zelfverzorging en staat hij onder medische controle. Huisvesting en zorg voor zijn gezondheid zijn versterkt door de inzet van een mentor en bewindvoerder. Deze omstandigheden tezamen zullen voldoende bescherming bieden tegen ontregeling.
Op 1 mei 2021 – kort voor de verlengingszitting bij de rechtbank – is de terbeschikkinggestelde verhuisd naar een zelfstandige woning in ’s-Hertogenbosch. Hij kan hier in principe twee jaar blijven wonen.
De rechtbank heeft de maatregel met een jaar verlengd omdat op dat moment nog niet voldaan was aan de voorwaarden zoals gesteld door de reclassering en de onafhankelijke psychiater, om tot een beëindiging van de maatregel te komen. Weliswaar had de verhuizing naar ’s-Hertogenbosch kort voor de zitting plaatsgevonden, maar de overdracht van de hulpverlening was op dat moment nog niet geregeld Sindsdien is blijkens de recente aanvullende informatie van de reclassering op 1 juni 2021 de ambulante ondersteuning van Humanitas gestart en dat contact verloopt voorspoedig. Humanitas bezoekt de terbeschikkinggestelde eenmaal per week en ondersteunt hem op alle voorkomende leefgebieden, onder andere ondersteuning met betrekking tot medicatie en contacten met zijn familie. Het contact met Humanitas zal bij het wegvallen van het huidige justitiële kader worden voortgezet. Met hulp van de reclassering en de mentor van de terbeschikkinggestelde is de medicatie naar een huisarts en apotheek in ’s-Hertogenbosch overgezet. De verhuizing is goed verlopen en de terbeschikkinggestelde heeft het naar zijn zin in zijn nieuwe woning. Met onrustige en stressvolle situaties rondom zijn woning weet de terbeschikkinggestelde goed om te gaan. Van incidenten en/of terugval in alcoholgebruik is niet gebleken en daarnaast houdt de terbeschikkinggestelde zich aan de afspraken en voorwaarden.
De terbeschikkinggestelde heeft ter zitting bij het hof verklaard dat hij het contact met Humanitas als zeer prettig ervaart en hij dit contact in de toekomst ook wil behouden. Verder heeft hij aangegeven de hulp en begeleiding van zijn mentor en bewindvoerder eveneens te willen behouden voor de toekomst en tevreden te zijn met zijn huidige woning.
Alles in onderling verband en samenhang bezien stelt het hof vast dat het recidiverisico zodanig is teruggebracht dat het verantwoord is de maatregel te beëindigen. Het hof wijst in dat verband in het bijzonder op het advies van de onafhankelijke psychiater en de aanvullende informatie van de reclassering zoals hiervoor is weergegeven. Thans is voldaan aan de in het advies van de onafhankelijke psychiater gestelde voorwaarden, namelijk dat de verhuizing en de overdracht van hulpverlenging zijn geregeld. Het recidiverisico wordt ingeschat als laag. De hulp en begeleiding die de terbeschikkinggestelde op dit moment krijgt, kan ook zonder het kader van de maatregel worden voortgezet.
Het hof volgt dan ook niet het advies van de reclassering om de maatregel voort te zetten vanwege de soms onrustige en stressvolle situatie rondom diens woning. Tot nu toe heeft de terbeschikkinggestelde in deze omstandigheden stabiel gefunctioneerd. In het kader dat na beëindiging van de maatregel resteert, kan worden bezien of het nodig is dat de terbeschikkinggestelde verhuist en kan die eventuele verhuizing worden begeleid.
Het hof zal daarom de maatregel beëindigen.

Beslissing

Het hof:
̶
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ’sHertogenbosch, van 28 mei 2021 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[terbeschikkinggestelde];
̶
Wijst afde vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling.
Aldus gedaan door
mr. W.A. Holland als voorzitter,
mr. M.E. van Wees en mr. E.A.K.G. Ruys als raadsheren,
en drs. D.M.L. Versteijnen en drs. C.J.J.C.M. van Gestel als raden,
in tegenwoordigheid van mr. F.A.A.M. van der Veen als griffier,
en op 7 oktober 2021 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.