Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 17 mei 2020 tot en met 19 mei 2020 te [plaats1] , gemeente [gemeente1] , althans in Nederland, opzettelijk heeft gehandeld in strijd met de gedragsaanwijzing gegeven krachtens artikel 509hh, eerste lid, onderdeel b van het Wetboek van strafvordering, te weten de gedragsaanwijzing d.d. 10 april 2020 gegeven door de officier van justitie van het Arrondissementsparket Noord-Nederland kort weergegeven inhoudende dat hij, verdachte,
hij op of omstreeks 6 november 2019 te [plaats1] , gemeente [gemeente1] , althans in Nederland, [naam1] , heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [naam1] (telefonisch) dreigend de woorden toe te voegen "ik vermoord je" en/of "je gaat bloeden voor datgene wat je mij aandoet" en/of "ik ga haar letterlijk en figuurlijk helemaal naar de kanker helpen. Zij is gewoon aan de beurt" en/of "ik maak je kapot", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
(zaak met parketnummer 18.098810.20)
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
hij in de periode van 17 mei 2020 tot en met 19 mei 2020 te [plaats1] , gemeente [gemeente1] , opzettelijk heeft gehandeld in strijd met de gedragsaanwijzing gegeven krachtens artikel 509hh, eerste lid, onderdeel b van het Wetboek van Strafvordering,
hij op 6 november 2019 te [plaats1] , gemeente [gemeente1] , [naam1] , heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling, door die [naam1] (telefonisch) dreigend de woorden toe te voegen "ik vermoord je" en "je gaat bloeden voor datgene wat je mij aandoet" en "ik ga haar letterlijk en figuurlijk helemaal naar de kanker helpen. Zij is gewoon aan de beurt" en "ik maak je kapot";
hij in de periode van 29 oktober 2019 tot en met 17 juli 2020, te [plaats1] , in de gemeente [gemeente1] , wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [naam1] ,
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
130 (honderddertig) dagen.
30 (dertig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.