In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 augustus 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vaststelling van het vaderschap van de verzoeker. De verzoeker, geboren in 1984, heeft de rechtbank verzocht om vast te stellen dat [naam1], geboren in 1960 en overleden in 2019, zijn vader is. De rechtbank had eerder het verzoek van de verzoeker afgewezen, maar het hof oordeelt dat de bewijsmiddelen voldoende zijn om te concluderen dat [naam1] de verwekker is van de verzoeker. Het hof heeft daarbij gekeken naar verschillende bewijsstukken, waaronder verklaringen van de moeder van de verzoeker en DNA-onderzoek dat de verwantschap tussen de verzoeker en een oom van hem bevestigde.
Tijdens de mondelinge behandeling op 22 juli 2021 heeft de verzoeker verklaard dat hij, indien zijn verzoek wordt toegewezen, de geslachtsnaam [naam1] wenst te dragen. Het hof heeft deze verklaring geaccepteerd en vastgesteld dat de verzoeker de geslachtsnaam van zijn vader zal hebben. De beslissing van het hof vernietigt de eerdere beschikking van de rechtbank en stelt vast dat [naam1] de juridische vader van de verzoeker is. De griffier zal een afschrift van deze uitspraak zenden naar de ambtenaar van de burgerlijke stand voor verdere verwerking.