2.2 ((De rechtsvoorgangster van) GDB heeft [eiser] een pensioentoezegging gedaan. Deze toezegging is op of omstreeks 1 december 1993 vastgelegd in de zogenoemde pensioenbrief. De toezegging heeft betrekking op een ouderdomspensioen, een weduwenpensioen, een wezenpensioen en een bijzonder wezenpensioen. Voor zover van belang staat in deze pensioenbrief vermeld:
Artikel 1
Definities
In deze pensioenregeling wordt verstaan onder:
a. ingangsdatum : 01.12.1993
b. pensioendatum : 01.07.2020
(…)
e. de Maatschappij : Zwitserleven
Artikel 2
Vorm van de pensioenaanspraken
De pensioenaanspraken hebben de volgende vorm:
a. een ouderdomspensioen, ingaande bij Uw in leven zijn op de pensioendatum en uit te keren zolang U leeft;
b. een weduwenpensioen, ingaande bij Uw overlijden mits uw echtgenote dan leeft en uit te keren zo lang zij leeft;
(…)
Artikel 3
Opzet van de pensioenregeling
1. Bij de berekening van de beoogde pensioenen wordt uitgegaan van:
a. Uw pensioenjaren;
b. Uw pensioengrondslag;
2. Onder pensioenjaren wordt verstaan de jaren gelegen tussen 01.12.1992 en de pensioendatum. Het voor de pensioenberekening in aanmerking te nemen aantal pensioenjaren wordt afgerond op jaren en volle maanden.
3. De pensioengrondslag wordt voor het eerst op de ingangsdatum en vervolgens jaarlijks vastgesteld op het dan overeengekomen jaarsalaris verminderd met de hierna omschreven AOW-franchise. (…)
4. Voor de berekening van de beoogde pensioenen zal niet van een lagere pensioengrondslag worden uitgegaan dan die waarop die pensioenen laatstelijk waren gebaseerd, tenzij de verlaging van de pensioengrondslag van strukturele aard is.
Artikel 4
Grootte van het beoogde ouderdomspensioen
Het beoogde jaarlijkse ouderdomspensioen bedraagt 1.75% van de op de ingangsdatum geldende pensioengrondslag vermenigvuldigd met Uw aantal pensioenjaren.
Bij verhoging van de pensioengrondslag wordt het beoogde jaarlijks ouderdomspensioen verhoogd met 1.75% van die verhoging vermenigvuldigd met Uw aantal pensioenjaren.
Verhoging van het beoogde ouderdomspensioen vindt slechts plaats met inachtneming van het in artikel 10 lid 3 bepaalde.
Artikel 5
Grootte van het beoogde weduwenpensioen
Het beoogde jaarlijks weduwenpensioen bedraagt 70% van het in artikel 4 berekende ouderdomspensioen.
Ter uitvoering van deze pensioenregeling hebben wij U in staat gesteld een verzekering te sluiten met de Maatschappij (polisnummer …) onder de bij haar geldende bepalingen. (…)
De grootte en vorm van de verzekering is/worden zodanig bepaald dat de verzekerde kapitalen, daarbij tevens rekening houdend met de gegarandeerde winstuitkeringen, voldoende zijn om op de uitkeringsdatum de beoogde aanvullende pensioenen te verkrijgen.
Hierbij is uitgegaan van een prognose van de op die datum geldende koopsomtarieven voor dadelijk ingaande pensioenen. (…)
3. Indien de pensioengrondslag, het aantal pensioengerechtigde kinderen, de burgerlijke staat en/of de prognose van de koopsomtarieven verandert, zullen wij U in staat stellen - indien dit naar het oordeel van de Maatschappij nodig is - de verzekering aan te passen. Een verhoging van de beoogde pensioenen alsmede een aanpassing van de verzekering vindt slechts plaats voor zover de Maatschappij deze volgens de daarvoor overeengekomen regels aanvaardt.
4. Indien uit de verzekering hogere of lagere pensioenuitkeringen voortvloeien dan is beoogd - als gevolg van afwijkingen van de in lid 2 aangegeven prognoses en/of als gevolg van de voor de verzekering geldende bepalingen - zullen de pensioenaanspraken gelijk zijn aan die hogere resp. lagere bedragen
5. (…) De betaling van premie voor de verzekering ontheft ons van iedere financiële verplichting ter zake van deze aanvullende pensioenregeling.
Artikel 11
Financiering
De kosten van de pensioenregeling zijn geheel door ons verschuldigd tot de datum van uitdiensttreding.