Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[appellant2],
[appellant3],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
€ 200.000,- verrekend. De feitelijke levering van het verkochte vond plaats aansluitend aan de ondertekening van de overeenkomst door beide partijen.
3.Het geschil in eerste aanleg en de beslissing van de rechtbank
10 oktober 2012, na het schriftelijke bericht van de Stichting van overdracht van de economische eigendom door haar aan [de koper] bij brief van 25 september 2012, leidt de rechtbank de stilzwijgende instemming van Vepo met die overdracht af. Uit niets bleek immers van enig bezwaar daartegen harerzijds.
4.De beslissing in hoger beroep en de motivering ervan
Akte tussen de Stichting en [de koper] is van waarde
Medewerking aan contractsoverneming door Vepo?
5.De slotsom
6.De beslissing
uitsluitendbewijs door bewijsstukken wenst te leveren, hij die stukken op de roldatum 3 augustus 2021 in het geding dient te brengen;
beidepartijen, van hun advocaten en van de getuigen zal opgeven in de maanden
juli tot en met oktober 2021op de
roldatum 20 juli 2021, waarna dag en uur van het verhoor (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;