Uitspraak
[appellant],
Smiled,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [appellant], een werknemer, en Smiled B.V., zijn werkgever, over de afwikkeling van een arbeidsovereenkomst. [appellant] was werkzaam bij Smiled op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Tijdens zijn dienstverband heeft Smiled een lening van € 5.000,- aan [appellant] verstrekt, die bedoeld was voor het inlossen van een persoonlijke schuld aan de bestuurder van Smiled. Na beëindiging van de arbeidsovereenkomst heeft Smiled aanspraak gemaakt op terugbetaling van deze lening en heeft het bedrag verrekend met het laatste salaris van [appellant].
[appellant] heeft in reconventie betaling van achterstallig salaris en een provisie van € 4.000,- gevorderd. De kantonrechter heeft in een eerder vonnis geoordeeld dat de lening toewijsbaar is, maar de vordering van [appellant] tot betaling van provisie is afgewezen. [appellant] is in hoger beroep gegaan, waarbij hij de vernietiging van het vonnis van de kantonrechter heeft gevorderd en zijn vorderingen in reconventie heeft herhaald.
Het hof heeft geoordeeld dat de leningsovereenkomst rechtsgeldig is en dat Smiled deze kan verrekenen met het salaris van [appellant]. Echter, het hof heeft ook geoordeeld dat [appellant] recht heeft op een provisie van € 1.000,- op basis van de provisieregeling, omdat hij een project heeft aangebracht dat aan de voorwaarden voor provisie voldoet. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd voor zover het de provisie betreft en Smiled veroordeeld tot betaling van dit bedrag aan [appellant]. De proceskosten zijn in reconventie gecompenseerd.