Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
met het oogmerk die [benadeelde partij] , te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen.
Bewijsoverweging
alleonderlinge communicatie te laten plaatsvinden via het e-mailadres
[benadeelde partij] @gmail.comomdat zij op allerlei manieren door verdachte zou worden lastig gevallen. Vervolgens heeft op 17 juli 2018 een zogenoemd stopgesprek plaatsgevonden tussen verdachte en de politie, waarin onder meer aan verdachte is uitgelegd dat [benadeelde partij] aangifte wilde doen van belaging. De politie heeft in dat gesprek het gebruik van één e-mailadres voor onderlinge communicatie geadviseerd, aangezien contact (nog) niet geheel kon worden uitgesloten in verband met het gezamenlijke bedrijf van verdachte en aangeefster. In het gesprek met verdachte is expliciet aangegeven dat “als er dingen spelen met betrekking tot de kinderen”, verdachte zich eveneens kan wenden tot het betreffende e-mailadres en is hij erop gewezen “mevrouw niet meer persoonlijk te bellen omdat ze dat niet wil”.
“Jij leest mij niet de les voor. Ik bepaal zelf wel wat ik jou stuur”.Ook in het stopgesprek met de politie heeft verdachte een dergelijke uitlating gedaan door te zeggen dat hij zelf wel uitmaakt of hij haar daar belt. Dat verdachte het oogmerk had om aangeefster te dwingen iets te dulden, blijkt uit het hiervoor beschreven handelen.
Bewezenverklaring
met het oogmerk die [benadeelde partij] , te dwingen iets te dulden.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en maatregel
Contact- en gebiedsverbod
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
Vordering tenuitvoerlegging (16-175263-17)
Vordering tenuitvoerlegging (16-125703-18)
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) weken.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn/haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
taakstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen hechtenis.
- de veroordeelde voor de duur van 3 jaren zich niet bevindt op de [adres] te [plaats2] , en zich niet bevindt in een straal van 200 meter rondom de woning van mevrouw [benadeelde partij] aan de [adres] te [plaats2] en zich ook niet bevindt in een straal van 200 meter rondom het kinderdagverblijf [naam2] ;.
- de veroordeelde voor de duur van 3 jaren op geen enkele wijze - direct of indirect - contact opneemt, zoekt of heeft met mevrouw [benadeelde partij] . De enige uitzondering hierop is contact dat in het kader van de omgang van zijn kinderen noodzakelijk is, in welk geval dat contact enkel in overleg met en onder toezicht van de reclassering en/of de gezinsvoogd mag plaatsvinden.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
€ 500,00 (vijfhonderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€144,00 (honderdvierenveertig euro).
geldboetevan
€ 500,00 (vijfhonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
10 (tien) dagen hechtenis.