Uitspraak
[verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1960,
Het hoger beroep
Het onderzoek van de zaak
Het vonnis waartegen het hoger beroep is gericht
De tenlastelegging
zij in of omstreeks de periode van 1 maart 2012 tot en met 1 november 2013, in de gemeente [gemeente 3] en/of in de gemeente [gemeente 1] en/of de gemeente [gemeente 4] en/of de gemeente [gemeente 5] en/of de gemeente [gemeente 2] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
zij in of omstreeks de periode van 1 maart 2012 tot en met 1 november 2013, in de gemeente [gemeente 1] en/of de gemeente [gemeente 4] en/of de gemeente [gemeente 5] en/of de gemeente [gemeente 2] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
zij in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 1 juli 2015, in de gemeente [gemeente 1] en/of in de gemeente [gemeente 6] en/of in de gemeente [gemeente 2] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt,
zij in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 1 juli 2015, in de gemeente [gemeente 1] en/of in de gemeente [gemeente 6] en/of in de gemeente [gemeente 2] , althans in Nederland,
Bewijsverweren van de verdediging
follow the money(het volgen van geldstromen). Het kan daarom niet anders zijn dan dat de opzet van de verdachte ook op het plegen van het onder
Overwegingen ten aanzien van de ten laste gelegde feiten
reeds op voorhanddaadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van de geldbedragen; dat was nu juist de crux van de fraudeconstructie. Immers, verdachten hebben de onmiddellijk uit eigen misdrijven - d.i. oplichting van Logius en van de Belastingdienst en door valsheid in geschrift - afkomstige gelden aanvankelijk doen overmaken op de rekeningen van tal van speciaal daartoe uit Oost-Europa geronselde katvangers. Dit betrof zoals gezegd rekeningen waar verdachten, en niet de katvangers, feitelijk de beschikking over hadden. Vervolgens hebben zij de toeslagen steeds doen pinnen van de betreffende rekening door (al of niet weer anderen dan) vorenbedoelde katvangers. Hiermee is op doelgerichte wijze - de inzet van katvangers dient immers per definitie geen redelijke economische grond - naar het oordeel van het gerechtshof reeds bij de ontvangst van de toeslagen een mistgordijn opgeworpen teneinde de criminele herkomst van de gelden zoals die ten slotte zijn aangetroffen of gestort op de rekeningen van, of in contanten bij, de familie [naam 19] [96] te verhullen [97] .
De bewezenverklaring
zij op tijdstippen in de periode van 1 maart 2012 tot en met 5 november 2013 in de gemeente [gemeente 1] telkens tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een flatgebouw aan de [straat 4] heeft weggenomen poststukken, waaronder poststukken verzonden door/namens Logius inhoudende de activeringscode van (een) DigiD-account(s) en/of poststukken verzonden door/namens de Belastingdienst met betrekking tot (de bevestiging van) de aanvraag van zorgtoeslag en/of huurtoeslag, toebehorende aan de geadresseerde van het poststuk
zij in de periode van 1 maart 2012 tot en met 1 november 2013 in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen telkens opzettelijk digitale formulier(en) aanvraag voor de zorgtoeslag en/of huurtoeslag ten name van een groot aantal (te weten 370 of daaromtrent) derden (te weten verschillende bewoners van flatgebouwen aan de [straat 1] en/of de [straat 2] en/of de [straat 3] en/of de [straat 4] en/of de [straat 5] en/of de [straat 6] , alle te [gemeente 1] ), waaronder ten name van:
zij in de periode van 1 januari 2012 tot en met 18 februari 2014 in Nederland tezamen en in vereniging met anderen van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers hebben zij, verdachte, en/of haar mededaders van geldbedragen de herkomst verborgen of verhuld, terwijl zij, verdachte, wist dat het voorwerp - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf,
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
- de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de omstandigheid dat de verdachte zich gedurende een periode van twintig maanden samen met een ander of anderen schuldig heeft gemaakt aan grootschalige DigiD-fraude. Door binnen de fraudeconstructie misbruik te maken van de vertrouwelijke positie van [medeverdachte 4] bij de Belastingdienst heeft zij, onder grove aantasting van de integriteit van de Belastingdienst, de vertrouwelijke persoonsgegevens van grote aantallen personen misbruikt. Het gerechtshof rekent dat de verdachte zwaar aan, omdat mensen sterk afhankelijk zijn van DigiD om overheidszaken te regelen. Dit alles moet geheel veilig kunnen geschieden en mensen moeten er ook op kunnen vertrouwen dat dit veilig gebeurt. Door het gedrag van de verdachte en haar medeverdachten kan het vertrouwen in dienstverlening via het internet in brede lagen van de maatschappij in ernstige mate worden ondermijnd. Indien men dat vertrouwen in de veiligheid verliest en dus in de betrouwbaarheid van het gebruik van het internet voor privé en zakelijke doeleinden, kan dat ontwrichtend werken voor het economisch verkeer, de toegankelijkheid tot overheidsdiensten en het betalingsverkeer bemoeilijken en de kosten daarvan opdrijven. Het moet voor de desbetreffende personen, maar ook voor de samenleving, bovendien beangstigend zijn dat vertrouwelijke gegevens, enkel door criminelen in hun zoektocht naar financieel gewin, in vreemde en kwaadwillende handen komen.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
14 (veertien) maanden.