Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[verzoeker](de man), wonende te [woonplaats1] , verzoeker in hoger beroep, advocaat: mr. R.H. Wormhoudt te Amsterdam,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 9 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de kinderalimentatie en de draagkracht van de man, die onder bewind staat. De man had verzocht om kwijtschelding van de kinderalimentatie, maar het hof oordeelde dat het feit dat hij onder bewind staat niet betekent dat hij geen draagkracht heeft. De bewindvoerder had als formele procespartij tijdig financiële gegevens van de man moeten aanleveren, maar dit is niet gebeurd. Het hof concludeert dat de man onvoldoende heeft aangetoond dat hij geen draagkracht heeft om de kinderalimentatie te betalen. De rechtbank had eerder bepaald dat de man vanaf 2 januari 2020 een lager bedrag aan kinderalimentatie moest betalen, maar het hof zag geen reden om deze ingangsdatum te wijzigen naar 31 december 2016, zoals de man had verzocht. Het hof bekrachtigde de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland van 14 september 2020, waarin de man was veroordeeld tot betaling van € 25,- per kind per maand. De man had drie grieven ingediend, maar deze faalden alle. Het hof benadrukte dat de man zijn financiële situatie niet voldoende had onderbouwd en dat de bewindvoerder verantwoordelijk is voor het aanleveren van relevante financiële gegevens.