2.7.De vof en [G] hebben op 4 november 2005 een onderhandse overeenkomst tot kredietverstrekking in rekening-courant getekend. Daarin staat, voor zover van belang, het volgende vermeld.
“OVEREENKOMST TOT KREDIETVERSTREKKING IN REKENING-COURANTDe ondergetekenden:
1. de vennootschap onder firma Haarmode Rinie V.O.F. vertegenwoordigd door haar vennoot de heer [X] , hierna te noemen: geldgever;
en
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [G] B.V., (…), hierna te noemen: geldnemer;
Overwegende:
- dat geldnemer aan geldgever een kredietfaciliteit in rekening-courant heeft verstrekt tot een bedrag van maximaal € 150.000; (…)
verklaren te zijn overeengekomen als volgt:
Artikel 1
De geldnemer verklaart aan de geldgever – die dit aanneemt – een krediet in rekening-courant te hebben verstrekt tot een bedrag van € 150.000 (zegge: honderdvijftig duizend euro).
Artikel 2
Deze overeenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd en kan door ieder der partijen worden opgezegd met inachtneming van een termijn van ten minste drie maanden. Gedurende de opzegtermijn zal de geldgever van het krediet geen gebruik meer kunnen maken en terstond na afloop van die termijn moet de geldgever een eventueel debetsaldo voldoen. Overigens kan de geldnemer de kredietlimiet te allen tijde geheel naar eigen inzicht wijzigen.
Artikel 3
Zowel de creditrente (…) alsmede de debetrente (…) bedraagt een percentage gelijk aan het per 1 januari van enig jaar geldende percentage van het 1 maands euribor vermeerderd met 1,5 punten.
De rente wordt jaarlijks door de geldnemer berekend en geadministreerd op de door geldnemer ter zake van deze overeenkomst aan te houden rekening, hierna te noemen: de rekening.
Artikel 4
De geldnemer is bevoegd alle bedragen die door of ten gunste van de geldgever worden gestort, alsmede de ten laste van geldgever komende betalingen op de rekening te boeken.
Artikel 5
De geldgever is gehouden op eerste aanvraag van de geldnemer in de door de geldnemer gewenste vorm en omvang zekerheid te stellen of gestelde zekerheid aan te vullen.
Artikel 6
Deze overeenkomst kan door geldnemer met onmiddellijke ingang worden beëindigd en het door de geldgever verschuldigde is terstond en zonder opzegging, ingebrekestelling of andere formaliteit opeisbaar in de volgende gevallen:
a. wanneer de geldgever nalatig is in de nakoming van, of in strijd handelt met een bepaling van deze akte;
b. wanneer de geldgever overlijdt, failliet wordt verklaard of surséance van betaling aanvraagt, in geval van boedelafstand door de geldgever, wanneer het vermogen van de geldgever geheel of gedeeltelijk onder bewind of onder beheer wordt gesteld, wanneer een andere geldnemer beslag legt ten laste van de geldgever of anderszins verhaal wordt gezocht op het vermogen van de geldgever;
c. wanneer ten behoeve van de geldnemer gestelde zekerheden in waarde zijn verminderd of zijn tenietgegaan.
(…)”