Uitspraak
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
primairde werkelijke advocaatkosten die Neone heeft gemaakt in deze procedure;
3.De verzoeken aan de kantonrechter
4.4. De beoordeling in het principaal en incidenteel hoger beroep
Is goed [verzoeker]”. Aan [D] , werkzaam op de administratie van Neone, heeft [verzoeker] gemaild dat hij zich bij [B] en [C] heeft ziekgemeld. Hierna hebben partijen op dezelfde dag per e-mail met elkaar gecommuniceerd. Daarin schrijft [verzoeker] onder meer dat de inhoud en uitkomst van het gesprek van 8 oktober als een verrassing kwam, dat hij daarvan slecht heeft geslapen en dat hij zich om die reden die ochtend ziek heeft gemeld, omdat hij zich op dat moment alles behalve goed voelde. Hij heeft daaraan toegevoegd: “
Ik hecht er echter aan om jullie te informeren dat ik mij vanaf morgen volledig beschikbaar houd voor werkzaamheden en daarom zal trachten morgen, zoals met jullie gisteren besproken aanwezig zal zijn op de Taxi expo”. Hierna volgen nog een mail van Neone en een antwoordmail van [verzoeker] over het op 8 oktober 2019 gevoerde gesprek. Op 10 oktober 2019 vond de jaarlijkse vakbeurs Taxi Expo plaats. [verzoeker] was daar niet aanwezig, zonder bericht aan Neone. [C] heeft [verzoeker] gebeld, waarop [verzoeker] per whatsapp van 10.45 uur heeft geantwoord dat hij bij de huisarts zat. [C] heeft daarop gereageerd met “
Ok, ik dacht Taxi Expo… Wil je straks nog even wat vragen maar bel of app mij maar als het uitkomt”. [verzoeker] heeft daar op gereageerd: “
Is het dringend? Zojuist bij huisarts geweest en mijn bloeddruk geeft veel te hoge waarden aan (…) moet volgende week terugkomen”, waarop als reactie van [C] volgde: “
is niet dringend, [verzoeker]”. Op vrijdag 11 oktober 2019 is [verzoeker] niet op het werk verschenen en heeft [C] hem (na een whatsapp-berichtje) gebeld. In dit telefoongesprek heeft [verzoeker] gezegd dat zijn huisarts hem had geadviseerd rust te nemen en dat hij afspraken met relaties had afgezegd. [C] heeft [verzoeker] in dat gesprek gezegd dat zij overleg zou voeren met [B] en er bij [verzoeker] op terug zou komen. In de ochtend van maandag 14 oktober 2019 heeft [C] [verzoeker] telefonisch uitgenodigd voor een gesprek, waarop [verzoeker] heeft gereageerd dat hij dat vanwege zijn gezondheidstoestand niet kon. In de middag van 14 oktober heeft Neone [verzoeker] telefonisch op staande voet ontslagen. In de e-mail van dezelfde datum heeft Neone onder meer geschreven: “
Aan het begin van deze middag (vandaag) heeft [C] opnieuw telefonisch contact met jou opgenomen en je te kennen gegeven dat Neone jouw ziekmelding niet accepteert, omdat zij deze en jouw hiervoor omschreven gedragingen in onderlinge samenhang bezien zo zeer in strijd acht met jouw arbeidsrechtelijke verplichtingen, en jij daarmee bovendien de met grote omzichtigheid na het faillissement weer opgebouwde contacten met onze relaties zonder enige noodzaak ernstig in gevaar hebt gebracht, dat om die reden niet in redelijkheid van Neone kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren, en dat wij dus genoodzaakt zijn onze arbeidsovereenkomst met jou om die reden op te zeggen, waarna je op staande voet bent ontslagen .”
volledig beschikbaar” houdt voor werkzaamheden is in dezelfde zin genuanceerd, in die zin dat hij daaraan toevoegt dat hij daarin schrijft dat hij zal “
trachten” aanwezig te zijn op de Taxi Expo. De e-mail bevatte in die zin geen onvoorwaardelijke toezegging. Dat neemt niet weg dat het hof het met Neone eens is dat [verzoeker] er beter aan had gedaan om op 10 oktober 2019 te laten weten dat hij zich (nog) niet tot werken in staat achtte, dat hij naar de huisarts ging en daarom niet op het werk zou verschijnen. Tegen de achtergrond van de contacten tussen partijen de dag daarvoor, in samenhang bezien met het gesprek tussen [verzoeker] en de directie op 8 oktober 2019, is het nalaten daarvan echter niet een ernstig verzuim. Ditzelfde geldt voor het verwijt dat hij zonder toestemming de huisarts heeft bezocht.
is niet dringend [verzoeker]”, hoefde [verzoeker] zich redelijkerwijs niet opnieuw ziek te melden. Hij had immers na de ziekmelding van 9 oktober 2019 het werk nog niet hervat. Tegen die achtergrond valt het [verzoeker] evenmin te verwijten dat hij op 11 oktober 2019 geen contact opnam met Neone. Neone wist, of kon weten dat [verzoeker] niet op zijn werk was omdat hij zich daartoe wegens ziekte niet in staat voelde. Vaststaat dat [verzoeker] in het telefoongesprek dat die dag plaatsvond heeft gezegd dat hij van de huisarts rust moest nemen. [verzoeker] heeft door overlegging van een verslag van het bezoek aan de huisarts voldoende aangetoond dat hij kampte met serieuze klachten. In dat verslag is immers onder E (dat blijkens de verklaring onderaan staat voor Evaluatie: conclusie/diagnose van de huisarts) te lezen “
Stress werk” en onder P (dat staat voor Plan: wat huisarts voor advies geeft) onder meer “
hoge tensie/pols: rust bewaren”. Als advies staat daarin tweemaal opgenomen “
rust bewaren”, waarmee ook voldoende aannemelijk is dat de huisarts dat inderdaad aan [verzoeker] heeft geadviseerd. [verzoeker] is enkele dagen nadien bovendien met klachten per ambulance naar het ziekenhuis vervoerd en daar onderzocht. Dat is een “korte opname”, zoals de kantonrechter heeft overwogen en is door Neone, anders dan zij stelt, (ook in hoger beroep) niet betwist. Als Neone twijfelde aan de vraag of [verzoeker] werkelijk ziek was, had het op haar weg gelegen om op dat moment de bedrijfsarts in te schakelen. Dat heeft zij ten onrechte nagelaten. Het gaat dan ook niet aan om [verzoeker] te verwijten dat hij geen deskundigenoordeel heeft aangevraagd: er was geen oordeel van de bedrijfsarts en het lag ook niet op de eerste plaats op de weg van [verzoeker] om de bedrijfsarts te consulteren, omdat de verwijten van Neone op dat moment niet inhielden dat zij de ziekte van [verzoeker] betwistte. Ook in de e-mail van 14 oktober 2019, waarin het ontslag op staande voet is verwoord, valt zo’n betwisting niet voldoende duidelijk te lezen. Daarin staat dat Neone de ziekmelding van [verzoeker] niet accepteert, omdat zij deze en de in de e-mail omschreven gedragingen in strijd acht met zijn arbeidsrechtelijke verplichtingen. In die e-mail wordt vooral ingegaan op de handelingen van [verzoeker] rond de ziekmelding, maar daarin staat niet dat Neone betwist dat [verzoeker] ziek is.